Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
1
> Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag
de Voorzitter van de Tweede Kamer Rijnstraat 50
Den Haag
Postbus 16375
der Staten-Generaal 2500 BJ Den Haag
Postbus 20018 www.minocw.nl
2500 EA DEN HAAG
Onze referentie
VO/BVB/114781
Bijlagen
---
Datum 14 april 2009
Betreft Zelfstandige exameninstellingen VO
Hierbij informeer ik u over mijn beleid voor de particuliere scholen en instellingen
die examens Voortgezet Onderwijs mogen afnemen en diploma's uitreiken. Dit is
tevens mijn beleidsreactie op de rapportage `Zelfstandige exameninstellingen
Voortgezet Onderwijs, leerlingenpopulatie en examenresultaten' van de Inspectie
van het Onderwijs, die ik u hierbij aanbied.
1. Context
De bevoegdheid tot het afnemen van examens door particuliere scholen en
instellingen is opgenomen in twee wetten: de Wet op het voorgezet onderwijs,
artikel 56 (WVO) voor de scholen en de Wet educatie en beroepsonderwijs,
artikel 1.4a.1 (WEB) voor de instellingen. Tussen beide wetten verschillen de
voorwaarden voor het verkrijgen van een licentie en de regels die gelden ten
aanzien van de inrichting van het onderwijs, de toe te laten doelgroep en de
inrichting van het examen. De particuliere scholen en instellingen die in het bezit
zijn van een licentie mogen eindexamens afnemen en diploma's uitreiken: op
basis van de WVO als school voor voortgezet onderwijs, op basis van de WEB als
instelling voor voortgezet onderwijs voor volwassenen (vavo).
Deze particuliere scholen en instellingen zijn lang buiten beeld gebleven. Met de
recente bezoeken van de inspectie en bij de formulering van het toezichtkader is
duidelijk geworden, dat deze onderwijsaanbieders de daarvoor geldende
wettelijke kaders en beperkingen niet allemaal en niet altijd scherp voor de geest
hebben gehad. In het bijzonder is niet altijd voldoende rekening gehouden met
het onderscheid tussen het regime dat op grond van de WVO geldt voor het
onderwijs aan jongere leerlingen en het regime dat voor volwassen leerlingen
geldt op grond van de WEB.
Het betreft zes bevoegde gezagsorganen, waarvan de scholen die beschikken
over een aanwijzing op grond van artikel 56 WVO en de instellingen voor
volwasseneneducatie met diploma-erkenning op grond van artikel 1.4a.1 WEB,
VO examens mogen afnemen en diploma's uitreiken. Op 1 oktober 2007 volgden
in totaal 3.037 leerlingen onderwijs bij deze scholen en instellingen.
a
2. Bevindingen Inspectie Onze referentie
VO/BVB/114781
De Inspectie van het Onderwijs heeft in de rapportage over de
kwaliteitsonderzoeken aan deze scholen en instellingen, enkele wezenlijke
knelpunten geconstateerd, namelijk:
- niet voldoende duidelijkheid over het hebben van een passende
aanwijzing of toestemming voor het afnemen van examens VO en tevens
het niet volledig voldoen aan de wettelijke vereisten die gelden voor de
betrokken licentie;
- het toelaten van jongeren onder de achttien jaar tot de
volwasseneneducatie;
- de examenresultaten met grote verschillen tussen de cijfers voor het
schoolexamen en het centraal examen.
3. Beleidsreactie
De scholen en instellingen hebben naar mijn mening gehandeld zoals hen goed
leek om zoveel mogelijk leerlingen zo snel mogelijk aan een diploma te helpen.
Vanzelfsprekend acht ik het wenselijk dat iedere jongere beschikt over een
passende startkwalificatie en dat schooluitval wordt voorkomen. Het aangeboden
onderwijs moet echter wel van voldoende kwaliteit zijn en geschieden binnen de
kaders van de wet. Ik ben sinds september 2008 in gesprek met
vertegenwoordigers van deze onderwijsaanbieders naar aanleiding van wensen
van hun kant om ruimte te verkrijgen.
In dat kader heb ik hen ook gewezen op de wettelijke kaders en de
kwaliteitseisen. De scholen en instellingen moeten zo snel mogelijk binnen de
voor de school of instelling geldende wetgeving gaan functioneren. Ik wil de
huidige situatie niet laten voortduren en ik heb dan ook een traject voor
verbetering ingezet.
Hierna ga ik nader in op de knelpunten die de inspectie heeft geconstateerd ten
aanzien van:
- licenties;
- 16- en 17- jarigen in het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs;
- verschillen tussen de examencijfers se en ce.
Per knelpunt ga ik in op de maatregelen die ik neem.
4. Licenties
4.1 Knelpunt
Op grond van de WVO dienen de art. 56 scholen - per school - te beschikken over
een aanwijzing. Dit is in de praktijk niet het geval. De aanwijzing berust op het
niveau van het bevoegd gezag. Dit betekent dat de scholen van een bepaalde
onderwijsaanbieder verspreid over het land geen `eigen' aanwijzing hebben en dat
er ook, zonder een aanvraag in te dienen, nieuwe scholen zijn gestart.
Bovendien dient een school om voor een aanwijzing in aanmerking te komen te
voldoen aan bij wet gestelde vereisten, zoals die ten aanzien van de cursusduur,
de bevoegdheid van de leraren en het eindexamen (vakkenpakket, wijze van
Pagina 2 van 5
afnemen). De juiste cursusduur, dat wil zeggen het zijn van een school voor Onze referentie
mavo, havo, vwo met een 4 resp. 5 of 6 jarige duur komt niet overal voor. Deze VO/BVB/114781
scholen profileren zich met name met het aanbieden van een versneld traject
(bijvoorbeeld de twee laatste jaren in één jaar) om het diploma te halen.
Daarmee wordt niet voldaan aan de wet om als school voor een aanwijzing in
aanmerking te komen. Toestemming voor het aanbieden van een versneld traject
naast de volledige opleiding is evenmin bij het ministerie van OCW aangevraagd.
4.2 Maatregelen
In december 2008 is de scholen verzocht om gegevens te leveren, opdat ik alsnog
aanwijzingen kan verstrekken op basis van de status quo zonder dat het traject
van aanvragen behoeft te worden doorlopen en met maximaal twee jaar de tijd
om aan alle vereisten te gaan voldoen.
Ten aanzien van de particuliere vavo-instellingen onder de WEB is hetzelfde
verzocht, zij het dat anders dan in het kader van de WVO op grond van de WEB
geen locatiebeperking geldt en dus is aangegeven dat een instelling meerdere
leslocaties kan hebben. De instelling zelf maakt de afweging of men al dan niet
per leslocatie een licentie wenst. Er is daarbij gewezen op het risico, dat indien de
licentie van een instelling, wegens niet voldoen aan de vereisten, moet worden
ingetrokken, dat gevolgen heeft voor alle vestigingen waar die opleiding wordt
aangeboden.
Met het volgende traject voorzie ik in het oplossen van het knelpunt rond de
licenties:
- ik stel de betrokken, reeds bestaande scholen en instellingen in de
gelegenheid om mij op korte termijn, dat wil zeggen vóór 15 mei 2009, te
melden met welke licentie op basis van welk wettelijk regime zij hun
onderwijs op basis van de status quo op een locatie willen aanbieden;
- vervolgens zal ik aan iedere school of instelling een passende licentie
verstrekken; het is mijn bedoeling dat dit vóór het komend schooljaar is
geregeld;
- de scholen en instellingen die aldus een (hernieuwde) passende licentie
hebben verkregen, dienen binnen twee jaar volledig te voldoen aan de
wettelijke vereisten;
- na het verstrijken van die twee jaar zal de Inspectie op de naleving van
de wet toezien en handhaven waarna de licentie kan worden ingetrokken;
- bij bestaande scholen en instellingen die in dit kader niet vóór de
genoemde datum de benodigde gegevens hebben geleverd, waardoor ik
deze niet vóór het schooljaar 2009-2010 een passende licentie kan
verstrekken, bezie ik voor welke vestigingen en locaties de conclusie moet
worden getrokken dat er aldaar geen bevoegdheid is tot het afnemen van
examens en het uitreiken van diploma's;
- nieuwe scholen of instellingen, die nog niet functioneren in het schooljaar
2008-2009 dienen een aanvraag in te dienen conform artikel 56 WVO
respectievelijk artikel 1.4a.1 van de WEB en dus aan de vereisten te
voldoen; totdat de aanwijzing of de diploma-erkenning is verstrekt
kunnen aldaar geen examens worden afgenomen en diploma's uitgereikt.
Pagina 3 van 5
5. 16 en 17-jarigen in het volwassenenonderwijs Onze referentie
VO/BVB/114781
5.1 Knelpunt
In het bekostigd onderwijs bestond op basis van een tijdelijke regeling tot 1
januari 2006 de mogelijkheid voor gemeenten om leerlingen van 16 of 17 jaar op
individuele basis ontheffing te geven voor het volgen van volwassenenonderwijs.
Deze regeling is door gemeenten zo uitgelegd dat dit door de
leerplichtambtenaren voor de groep leerlingen van 16 en 17 jaar ook in het
niet-bekostigd, particulier onderwijs werd toegestaan.
Per 1 januari 2006 is de tijdelijke regeling vervallen en is in het Besluit
Samenwerking VO-BVE vastgelegd dat in het bekostigd onderwijs een bekostigde
VO school in individuele gevallen en bepaalde situaties een leerling van 16 of 17
jaar naar een andere VO school of naar het vavo kan laten gaan terwijl deze,
onder de verantwoordelijkheid van VO, bij de VO-school blijft ingeschreven. Zowel
de tijdelijke regeling, als het Besluit Samenwerking VO-BVE gelden niet voor de
particuliere scholen. Het is dus momenteel wettelijk niet toegestaan dat 16 en 17-
jarigen particulier vavo volgen. Sommige besturen zijn er echter van uit gegaan
dat deze mogelijkheid ook voor hen bestond. Zij hebben aldus gehandeld en
hechten zeer aan de mogelijkheid om leerlingen van die leeftijd het vavo te laten
volgen. Bij andere besturen komt dit slechts in een enkel individueel geval voor.
5.2 Maatregelen
De particuliere aanbieders van vavo vinden dat ook voor hen de mogelijkheid
moet worden gecreëerd om 16 en 17-jarigen toe te laten. Ik sta daar positief
tegenover en ik zal verkennen welke stappen daartoe gezet moeten worden en
onder welke condities een en ander zou kunnen worden geregeld. Ik merk op dat
ook in het bekostigd onderwijs voorwaarden gelden voor de uitbesteding; het
moet er in alle gevallen om gaan dat de leerling door die uitbesteding een grotere
kans heeft om een diploma te behalen.
Vóór het eind van dit kalenderjaar zal ik hierover mijn standpunt bepalen. Tot die
definitieve besluitvorming zal ik aan het deelnemen van 16- en 17-jarigen aan het
particuliere vavo geen consequenties verbinden.
6. Verschillen tussen de examencijfers se en ce
6.1 Knelpunt
De resultaten van de centrale examens in dit particulier onderwijs liggen naar het
oordeel van de inspectie op een zeer laag niveau. De examenresultaten zijn,
ondanks verbeteringen in 2008, nog steeds zodanig dat volgens de inspectie de
meeste van deze scholen en instellingen onvoldoende waarborgen dat de
leerlingen beschikken over het vereiste kennis- en beheersingsniveau.
6.2 Maatregelen
Ik deel de mening van de inspectie dat deze verschillen niet toelaatbaar zijn in
het licht van de vergelijkbaarheid van diploma's, de waarde ervan en het
vertrouwen in de integriteit van de examentoetsing.
Pagina 4 van 5
Onz referentie
Ik acht dit mede in het licht van de hierboven geschetste knelpunten, zeer VO/BVB/114781
zorgelijk, ook al is er sprake van bewustwording en een lichte verbetering bij de
scholen en instellingen. Ik hecht daarom aan het intensieve toezicht door de
Inspectie en de nieuwe ronde kwaliteitsonderzoeken in het najaar van 2009.
Dit niet bekostigde onderwijs zal evenals het bekostigde onderwijs VO de
verschillen tussen de cijfers voor se en ce dienen te verkleinen conform de
normen als gesteld in mijn brief van 23 oktober 2008 (TK 2008-2009, 31289,
nr. 44). De inspectie zal haar intensieve toezicht op de maatregelen die de
scholen en instellingen treffen om deze verschillen te verkleinen op deze scholen
en instellingen handhaven.
7. Tot slot
7. Tot slot
De inspectie heeft ernstige knelpunten gesignaleerd. Ik heb in deze brief
uiteengezet welke maatregelen ik neem om binnen twee jaar de volgende,
gewenste situatie te bereiken:
- licenties zijn voor het schooljaar 2009/2010 op orde;
- scholen en instellingen voldoen aan alle voorwaarden voor het eind van
het schooljaar 2010/2011;
- duidelijkheid over de mogelijkheden voor het aanbieden van
volwassenenonderwijs aan 16/17-jarigen;
- geïntensiveerd toezicht door de inspectie op het verschil se en ce.
In het kader van zorgvuldig bestuurlijk handelen hanteer ik alvorens te gaan
handhaven een tijdpad van maximaal twee jaar, te rekenen vanaf 1 augustus
2009, om de aanbieders van dit niet-bekostigde onderwijs de tijd te geven alsnog
volledig aan de wetgeving te gaan voldoen en de kwaliteit van het onderwijs te
verbeteren.
Ik voorzie dat door mijn maatregelen de scholen en instellingen over twee jaar
zullen voldoen aan de voorwaarden voor het verkrijgen, hebben en houden van
hun licentie. Indien dit niet zo is, zal ik overgaan tot handhaving, waarbij de
bevoegdheid om examens af te nemen en diploma's uit te reiken kan komen te
vervallen. Ik vertrouw er op dat, met het intensieve toezicht van de inspectie, de
examenresultaten aanzienlijk zullen verbeteren en een aanvaardbaar niveau
zullen bereiken. Tenslotte is het ook voor de scholen en instellingen zelf van
wezenlijk belang dat sprake is van betrouwbare examinering.
Voor het eind van dit kalenderjaar zal ik u informeren over de voortgang.
Marja van Bijsterveldt-Vliegenthart
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Pagina 5 van 5