1 1
> Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6
der Staten-Generaal 2597 JG Den Haag
Binnenhof 4 Postbus 20901
2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 61 71
F 070 351 78 95
Contactpersoon
---
T -
Ons kenmerk
VenW/DGMo-2009/2708
Uw kenmerk
Datum 14 april 2009 2009Z05064/2009D1339
Onderwerp Rapport TNS Consult "Marktobservaties Rail 2008" Bijlage(n)
---
Geachte voorzitter,
Conform uw verzoek van 19 maart 2009 ontvangt u hier bijgevoegd in bijlage 2
het rapport "Marktobservatie Rail 2008" (3 maart 2009), dat in opdracht van de
Inspectie Verkeer en Waterstaat is opgesteld door het bureau TNS Consult.
Het rapport is geschreven in opdracht van de Inspectie Verkeer en Waterstaat. De
Inspectie bevindt zich in een proces van een nieuwe oriëntering op de inrichting
van haar toezichttaken, aan de hand van een `veranderagenda'. Deze
heroriëntatie vindt plaats in nauw contact met de sector waar de ontwikkelingen
in de spoorwegmarkt een belangrijk gegeven zijn. De Inspectie heeft de behoefte
zich een beeld te kunnen vormen over de wijze waarop de voor de veiligheid
relevante ontwikkelingen in de spoorwegmarkt worden beleefd door actoren,
vooral ook op het niveau van de uitvoering. De signalen in het rapport zijn
gebaseerd op 24 interviews en representeren dan ook niet de geautoriseerde en
geobjectiveerde weergave van standpunten van de partijen die in het spoor
verantwoordelijkheid dragen. De rapporteurs zijn op zoek gegaan naar mogelijke
knelpunten. Uitdrukkelijk is door hen gesteld dat het rapport niet moet worden
gelezen als een risicoanalyse. Het rapport bevat dan ook geen hoofdstuk met
conclusies en aanbevelingen. Gegeven de achtergrond en de functie van het
rapport geef ik niet op alle signalen afzonderlijk een inhoudelijke reactie.
Ik herken me niet in het beeld dat in het rapport over de veiligheid op het spoor
wordt geschetst, maar sluit me aan bij de constatering van de Inspecteur
Generaal Verkeer en Waterstaat over de feitelijke veiligheidssituatie op het spoor.
In haar aanbiedingsbrief stelt zij:
a
Pagina 1 van 4
Datum
"De inhoud van deze kwalitatieve rapportage doet niets af van de resultaten
weergegeven in de (periodieke) rapportages met een kwantitatieve en Ons kenmerk
geobjectiveerde inslag: de jaarlijks uitgebrachte Trendanalyse Rail en de VenW/DGMo-2009/2708
Veiligheidsbalans......In de Veiligheidsbalans staat beschreven dat uit een
Europese vergelijking opgemaakt door Eurostat voor het jaar 2006 blijkt, dat
Nederland tot de veiligste landen van Europa behoort, gemeten naar het aantal
doden, exclusief suïcide, per miljard reizigerskilometers. Verder meldt de
Veiligheidsbalans dat over het algemeen de veiligheid van reizigers zich positief
ontwikkelt en de veiligheid van het goederenvervoer geen aanleiding geeft tot
zorg."
Ook verwijs ik graag naar mijn brief aan uw Kamer van 10 december 2008
(Tweede Kamer 2008-2009, 29984 nr. 163), waarin ik ben ingegaan op de
veiligheid en kwaliteit van het spoor, in reactie op het onderzoek van FNV
Bondgenoten over het spooronderhoud. De Inspectie Verkeer en Waterstaat en
ProRail herkennen geen van beide dat de veilige berijdbaarheid en de kwaliteit
van het spoor in het geding zouden zijn en dat beperkingen aan het treinverkeer
opgelegd zouden moeten worden. Zo is bijvoorbeeld de kwaliteit van de wissels
de laatste tijd juist sterk verbeterd door een intensief onderhoudsprogramma.
Deze conclusie is in lijn met die van McKinsey over de beschikbaarheid van het
spoor.
Een aantal van de weergegeven signalen zijn eerder onderkend op basis van de
feitelijk waargenomen situatie, en daarop heeft de Inspectie haar
toezichtsactiviteiten al gericht. De observaties in het rapport zullen feitelijk
getoetst worden en, waar nodig, verder betrokken worden bij de totstandkoming
van een nieuw toezichtarrangement als resultaat van de genoemde
veranderagenda. Al met al is mijn standpunt dat de gepleegde inventarisatie een
aantal nuttige observaties bevat, die, zoals gezegd, de Inspectie Verkeer en
Waterstaat bij haar veranderopgave zal betrekken.
Ook vindt u hieronder de beantwoording van vragen van het lid Cramer
(ChristenUnie)1.
1. Kent u het bericht "Veiligheid spoor in geding"? 2
1. Ja
2. Waarom laat de Inspectie Verkeer en Waterstaat een onderzoek naar
spoorveiligheid door een marktonderzoeksbureau uitvoeren en niet door een
bureau dat meer gespecialiseerd is in openbaar vervoer en spoortechniek?
2. Het onderzoek is door een marktonderzoeksbureau verricht om nu juist de
beleving van personen in beeld te krijgen. TNS Consult is daarin
gespecialiseerd.
1 Uw kenmerk 2009Z05225
2 De Telegraaf, 19 maart 2009
Pagina 2 van 4
3. Is het waar dat de opleidingstrajecten van machinisten en spoorarbeiders bij
Datum
de diverse spoorbedrijven verschillen? Zo ja, vindt u deze verschillen
verantwoord? Ons kenmerk
VenW/DGMo-2009/2708
3. De eindtermen van de opleiding voor machinisten en voor personen met een
veiligheidsfunctie zijn voor iedereen gelijk. Examens worden door een
onafhankelijke instantie afgenomen. Spoorwegondernemers en andere
bedrijven die op het spoor actief zijn verzorgen in de regel zelf de manier
waarop praktijkervaring wordt opgedaan binnen vastgestelde kaders.
4. Worden nieuwe machinisten soms te snel na hun opleiding al ingezet met
teveel verantwoordelijkheid, in verband met een tekort aan voldoende
gekwalificeerd personeel?
4. In de Regeling spoorwegpersoneel is een aantal bepalingen opgenomen over
het verplichte praktijkprogramma. In de Regeling wordt bepaald dat
spoorwegondernemingen ervoor moeten zorgen dat machinisten na hun
theoretische opleiding, een praktiijkopleiding volgen onder leiding van een
mentormachinist. De Inspectie ziet erop toe dat de spoorwegondernemingen
zich aan deze regels houden. De Inspectie is bezig met een onderzoek naar
de opleidingen van machinisten dat binnenkort zal worden afgedaan. Nadat
dit onderzoek is afgerond zal ik het naar de Tweede Kamer sturen.
5. Is de tijd om de nodige onderhoudswerkzaamheden aan het spoor te
verrichten vaak te krap? Zo ja, hoeveel en welke acties onderneemt ProRail
om dit te voorkomen?
5. De spoorwegcapaciteit die wordt vrijgemaakt voor werkzaamheden is volgens
ProRail en de Inspectie niet te krap. Voor het uitvoeren van
onderhoudswerkzaamheden geldt een zogenaamd onderhoudsrooster. Door
het maken van afwegingen tussen treinverkeer (beschikbaarheid) en beheer
(onderhoud) biedt het onderhoudsrooster voldoende tijd voor de nodige
onderhoudswerkzaamheden. ProRail streeft ernaar door de inzet van nieuwe
technieken en door aanpassing van de processen het capaciteitsbeslag voor
werkzaamheden terug te dringen.
ProRail zorgt ervoor dat de werkzaamheden veilig worden uitgevoerd. De
Inspectie ziet erop toe dat dit goed gebeurt.
6. Is het waar dat veiligheidsfunctionarissen onder druk worden gezet om een
loopje te nemen met de voorschriften? Zo ja, wie is hiervoor
verantwoordelijk?
6. De Inspectie heeft hiervoor geen aanwijzingen. Het signaal uit de TNS
rapportage zal getoetst worden aan de feitelijke situatie en, waar nodig,
worden meegenomen bij de inrichting van nieuwe toezichtsplannen.
Ook ProRail heeft aangegeven hiervoor geen aanwijzingen te hebben. ProRail
hanteert het uitgangspunt "je werkt veilig of je werkt niet" en draagt dit
uitgangspunt ook actief uit aan haar opdrachtnemers, de
onderhoudsaannemers.
Pagina 3 van 4
7. Op welke manier speelt veiligheid een rol bij de aanbestedingen van
Datum
spooronderhoud? Is het voldoende om ervan uit te gaan dat spooraannemers
voldoen aan de wettelijke veiligheidseisen? Ons kenmerk
VenW/DGMo-2009/2708
7. Aanbestedingen van spooronderhoud worden alleen gegund aan
aannemingsbedrijven die aan van tevoren beschreven kwaliteitseisen voldoen.
Veiligheidszorg is een belangrijk element van deze eisen. Door de branche is
een Normenkader Veilig Werken (NVW) vastgesteld, waaraan aannemers
dienen te voldoen. Het NVW is van toepassing ongeacht de wijze van
aanbesteding en contracteringsvorm. De naleving van die regels en meer in
het algemeen de verdere ontwikkeling van de veiligheidsnormering is
ondergebracht bij de Stichting RailAlert, opgericht door ProRail, de grote
procesaannemers en ingenieursbureaus.
Wanneer de Inspectie onvolkomenheden in de infrastructuur vaststelt worden
adequate maatregelen getroffen. Dit stelsel geeft de Inspectie vertrouwen dat
de veiligheid rond baanwerkzaamheden goed is geborgd. Overigens voert
ProRail zelf ook met enige regelmaat inspecties en audits uit op de naleving
van het NVW.
8. Op welke wijze is het preventief schouwen georganiseerd en verloopt de
uitvoering naar wens?
8. ProRail is als beheerder verantwoordelijk voor de kwaliteit en de
betrouwbaarheid van de infrastructuur. Het schouwen van het spoor is zo
geregeld dat volgens een tijdschema, dat afhankelijk is van de intensiteit van
het gebruik, wordt gekeken of het spoor voldoet aan de technische eisen die
in regelgeving is vastgelegd. De Inspectie ziet erop toe dat ProRail zich aan
zijn verplichtingen houdt. Er zijn geen indicaties dat de uitvoering van dit
schouwproces niet goed verloopt.
Tot voor kort gebeurde het schouwen grotendeels nog door personen die in
en langs het spoor kijken hoe bijvoorbeeld de wissels er bij liggen. Met ingang
van de dienstregeling 2009 maken de aannemers gebruik van zeven
innovatieve hulpmiddelen. Het gaat hier om videoschouwtreinen die opnames
maken van het spoor. Op basis van die opnames bepaalt de aannemer of hij
nader moet inspecteren of dat onderhoudswerkzaamheden nodig zijn.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings
Bijlagen:
Bijlage 1: brief "Aanbieding rapport TNS Consult Marktobservatie Rail 2008",
Inspectie Verkeer en Waterstaat. 23 maart 2009
Bijlage 2: rapport Marktobservaties Rail 2008, TNS Consult, 3 maart 2009
Pagina 4 van 4
Ministerie van Verkeer en Waterstaat