2009Z03735 Vragen van de leden Van Gent (GroenLinks), Van Bochove (CDA) en Leerdam (PvdA) aan de staatssecretarissen van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie over de Bon Futuro gevangenis op Curaçao. (Ingezonden 3 maart 2009) 1 Welke aanvullende maatregelen heeft de Antilliaanse minister van Justitie precies genomen naar aanleiding van de dodelijke schietpartij in de Bon Futuro gevangenis te Curaçao? Is het waar dat recent een gedetineerde in de Bon Futuro gevangenis te Curaçao ernstig met een mes is mishandeld en afgeperst door medegedetineerden? Moet hieruit afgeleid worden dat ook de aanvullende maatregelen te kort schieten om de veiligheid van gedetineerden in deze gevangenis te garanderen? Uit informatie die ik heb verkregen van de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen, is mij gebleken dat er sinds september 2008 in het kader van Plan Veiligheid Nederlandse Antillen (PVNA) een aantal verbeteringen in de Bon Futuro gevangenis zijn doorgevoerd.Op personeel vlak is men bezig met de invulling van het nieuwe management. De werving en selectie van nieuwe directeuren en hoofden bedrijfsvoering bevindt zich in een afrondende fase. De werving en selectie van nieuwe Unithoofden voor diverse afdelingen start deze maand. Om de veiligheid binnen de inrichting te verbeteren wordt uitvoering gegeven aan het plaatsen van een intern camera observatiesysteem, waarmee de gemeenschappelijke ruimten voor gedetineerden worden geobserveerd. Tevens is er een nieuw intern ICT- netwerk aangelegd, waarmee alle afdelingen onderling met elkaar zijn verbonden. Ook is deze maand gestart met de bouw van een nieuw transporthof en ingangspartij van de gevangenis. Hiermee wordt de controle bij de toegang van zowel bezoekers en goederen als personeel geoptimaliseerd. Mij is bekend dat op 30 januari jl. een incident heeft plaatsgevonden in de Bon Futuro gevangenis te Curaçao waarbij een gedetineerde is mishandeld door mede gedetineerden. Op basis van dit incident is niet te concluderen dat de aanvullende maatregelen tekort schieten. Uit informatie die ik heb verkregen van de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen blijkt dat het aantal geweldadige incidenten in de Bon Futuro gevangenis sinds 2005 is afgenomen. Hieruit valt op te maken dat, hoewel de situatie in de gevangenis nog steeds zeer zorgwekkend is, er wel vorderingen op dit terrein worden gemaakt. 2 Heeft in dit recente geval van ernstige mishandeling de betrokken gedetineerde vooraf melding heeft gemaakt van bedreigingen aan zijn adres? Zo ja, welke maatregelen heeft het gevangenispersoneel genomen om de gedetineerde hiertegen te beschermen? Bestaat er aanleiding om te veronderstellen dat penitentiaire medewerkers van de Bon Futuro betrokken zijn bij afpersingspraktijken van medegedetineerden? Ik ben niet bekend met de details van dit incident. Uit informatie die ik heb verkregen van de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen blijkt wel dat de gedetineerde na het incident is overgeplaatst naar een andere afdeling. Er zijn mij op dit moment geen aanwijzingen bekend dat penitentiaire medewerkers van de Bon Futuro gevangenis betrokken zijn bij afpersingspraktijken. 3 Waaruit bestaat de bescherming van gedetineerden door het gevangenispersoneel? Zijn u andere gevallen bekend waarin gedetineerden door medegedetineerden zijn bedreigd of mishandeld en waar adequate bescherming door gevangenispersoneel uitbleef? In algemene zin geldt dat indien een gedetineerde wordt bedreigd, zijn veiligheid prioriteit is. Een mogelijkheid om de gedetineerde te beschermen is overplaatsing naar een andere afdeling of een andere inrichting binnen de Nederlandse Antillen. Hierbij dient de directeur van de gevangenis zorg te dragen voor een passend detentieregime. Ik ben niet in kennis gesteld van incidenten waarbij gedetineerden door medegedetineerden zijn bedreigd of mishandeld waarbij adequate bescherming uitbleef. 4 Wordt bijgehouden hoe vaak het voorkomt dat gedetineerden door gedetineerden worden bedreigd of slachtoffer worden van geweld? Zo ja, hoe vaak doen zich dergelijke incidenten voor en is er sprake van het structureel uitblijven van adequate bescherming van gedetineerden? Zie het antwoord op vraag 1 en 3. 5 Is het waar dat adequate medische zorg voor de betrokken gedetineerde ontbreekt en dat hij in een isoleercel, mogelijk zelfs onder inhumane omstandigheden, is geplaatst omdat er anders niet voor zijn veiligheid kon worden ingestaan? Zo ja, vindt u dan ook dat hier allerminst sprake is van passende detentie en wat doet u precies om ervoor te zorgen dat de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen hieraan op de meest korte termijn een einde maakt? Kan deze gedetineerde op korte termijn de medische zorg krijgen die hij nodig heeft? Zie het antwoord op vraag 3. Uit informatie die ik verkregen heb van de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen blijkt dat de gedetineerde niet is overgeplaatst naar een isoleercel, maar naar een andere afdeling. De gedetineerde heeft medische zorg ontvangen. 6 Bent u over dit incident reeds geïnformeerd door de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen? Zo ja, op welke wijze heeft u de Antilliaanse minister van Justitie op zijn verantwoordelijkheden gewezen en tot welke maatregelen heeft u hem opgeroepen? Op ambtelijk niveau is contact geweest over het incident dat heeft plaatsgevonden. Zoals ik reeds heb gemeld tijdens het algemene overleg met de commissie NAAZ op 4 maart jl., zal ik eind maart spreken met de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen. Ik zal dan met hem bespreken hoe Nederland een meer dwingende bijdrage kan leveren aan de verbetering van het Nederlands-Antilliaanse gevangeniswezen. 7 Bent u bereid in dit speciale geval, in goed overleg met de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen, ervoor te zorgen dat de desbetreffende gedetineerde zijn straf in Nederland kan uitzitten? Voor de overdracht van executie van strafvonnissen vanuit de Nederlandse Antillen en Aruba aan Nederland, zijn tussen deze landen afspraken gemaakt. Deze afspraken zijn vastgelegd in het `scenario overdracht executie strafvonnissen vanuit de Nederlandse Antillen en Aruba aan Nederland'. Hierin staan ondermeer de juridische basis, de criteria, de procedure en de feitelijke uitvoering in Nederland beschreven. Een verzoek tot overname van een strafexecutie wordt gedaan door de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen of Aruba en wordt gericht aan de minister van Justitie in Nederland. Bij het verzoek worden gevoegd het advies van de Procureur- generaal bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba, het vonnis en overige relevante gegevens die van belang zijn voor de toetsing van het verzoek. Tot op heden heeft de minister van Justitie in Nederland nog geen verzoek tot overname van betrokken gedetineerde van zijn ambtgenoot van de Nederlandse Antillen ontvangen. Mocht een verzoek worden ingediend dan zal dat op de gebruikelijke wijze in behandeling worden genomen.---- --
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties