4. Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Gerven over Reclame
bij fysiotherapeuten door Agis
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Gerven over Reclame bij
fysiotherapeuten door Agis
Kamerstuk, 7 april 2009
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
7 april 2009
CZ-K-U-2914077
Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van
Gerven (SP) over Reclame bij fysiotherapeuten door Agis (6685).
Hoogachtend,
de minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat Agis in ruil voor hogere tarieven
reclamezuilen laat plaatsen bij fysiotherapeuten en apothekers? 1)
Antwoord 1
Daar heb ik kennis van genomen.
Vraag 2
Deelt u de mening van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor
Fysiotherapie (KNGF) dat het koppelen van kwaliteitsbeleid aan reclame
ongewenst is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen gaat u
nemen?
Antwoord 2
Het bevorderen van kwaliteit en transparantie in de zorg is één van de
speerpunten van mijn beleid. De wijze waarop hier invulling aan wordt
gegeven kan variëren. De NZa onderzoekt of de aard van het
informatiemateriaal toegestaan kan worden en of het geoorloofd is de
koppeling te maken van een hogere vergoeding per prestatie op grond
van kwaliteitseisen aan de voorwaarde om informatiemateriaal van de
verzekeraar ter beschikking te stellen. De NZa zal mij informeren over
de uitkomsten van dit onderzoek, vooruitlopend hierop zal ik geen
maatregelen nemen.
Vraag 3
Erkent u dat door het bieden van hogere tarieven zorgverleners min of
meer gedwongen worden om reclame te maken voor Agis? Zo ja, deelt u de
mening dat dit ongewenst is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke
maatregelen gaat u nemen?
Antwoord 3
Fysiotherapeuten zijn vrij om kiezen voor een intensief contract met
Agis. Bij het aangaan van dit contract kiezen fysiotherapeuten voor
het voeren van kwaliteitsbeleid en een onderdeel betreft het plaatsen
van de informatiezuil met daarin informatie voor patiënten. De vraag
of het plaatsen van de informatiezuil met patiënteninformatie
geoorloofd is, is afhankelijk van de aard van de informatie. De NZa
onderzoekt dit momenteel en zal mij informeren over de uitkomsten van
dit onderzoek. Ik wil hier niet op vooruitlopen en zal derhalve nu
geen maatregelen nemen.
Vraag 4
Erkent u dat door de eis van het bijhouden van klantervaringen
fysiotherapeuten te maken krijgen met extra bureaucratie en mogelijke
problemen in de vertrouwensrelatie met patiënten? Zo ja, welke
maatregelen gaat u nemen?
Antwoord 4
Nee dat erken ik niet. Ik hecht veel waarde aan het bevorderen van
transparantie over kwaliteit van zorg, het bijhouden van
klantervaringen draagt hieraan bij. Mede op basis van klantervaringen
kan de patiënt een weloverwogen keuze maken welke zorgaanbieder het
beste aansluit bij zijn vragen en wensen. Het verzamelen van
klantervaringen gebeurt geanonimiseerd en brengt de vertrouwensrelatie
tussen patiënt en behandelaar niet in gevaar. Bovendien zijn patiënten
niet verplicht om hieraan mee te werken.
Vraag 5
Wat is uw reactie op het persbericht van het KNGF dat zorgverzekeraars
alleen hun eigen positie en marktaandeel beschermen? 2) Welke
maatregelen gaat u nemen om zorg te dragen voor een eerlijkere
onderhandelingsverhouding tussen zorgverlener en zorgverzekeraar?
Antwoord 5
Mijn reactie op het persbericht van het KNGF is dat de
marktpositioneringsstrategie een zaak is die iedere zorgverzekeraar
voor zich moet vaststellen, zij het natuurlijk binnen de gestelde
wetten en regelingen zoals de Wet Marktordening Gezondheidszorg en de
Mededingingswet. Wat de onderhandelingsverhoudingen tussen
zorgverleners en zorgverzekeraars betreft verwijs ik naar eerdere
uitspraken van de NMa over de relatie tussen fysiotherapeuten en
zorgverzekeraars. Ik zie geen aanleiding om op dat vlak maatregelen te
nemen.
1) NOS, 15 februari 2009
2) Persbericht KNGF, 2 februari 2009
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport