Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

Neanderthaler jaagt geraffineerd en onverschrokken

31 maart 2009

De Neanderthaler, het 'domme' neefje van de mens, was in staat om de meest indrukwekkende beesten buit te maken. Dit wijst erop dat de Neanderthalers toch beschikten over een flinke dosis gezond verstand. NWO-onderzoeker Gerrit Dusseldorp onderzocht hun dagelijkse zoektocht naar eten om zo inzicht te krijgen in het complexe gedrag van de Neanderthaler. Uit zijn analyse blijkt dat de jacht zeer kennisintensief was. Dusseldorp promoveert op 2 april aan de Universiteit Leiden.

Hoewel inmiddels duidelijk is dat de Neanderthalers geen aaseters maar juist jagers waren, is nog onduidelijk hoe de jacht in zijn werk ging. Dusseldorp onderzocht hoe geraffineerd de jachtmethoden van Neanderthalers nou eigenlijk waren. Uit zijn analyse van twee archeologische vindplaatsen blijkt dat Neanderthalers in warme beboste omgevingen een voorkeur hadden voor solitair levende prooidieren. Opvallend genoeg gingen ze in koudere, minder beboste omgevingen juist achter moeilijk te vangen kuddedieren aan gingen.

De Neanderthalers lieten zich niet makkelijk afschrikken door hun prooidieren. Neushoorns, bizons en zelfs roofdieren zoals de bruine beer stonden op het menu. Dusseldorp stelt vast dat, net als bij de moderne mens, de omgeving en de beschikbaarheid van voedsel bepalend was voor de keuze voor een prooi en de jachtmethode. Wanneer de omstandigheden het toelieten, leefden Neanderthalers in grote groepen en lagen zelf de meest aantrekkelijke en moeilijk te vangen prooien binnen handbereik.

Coördinatie en communicatie

Hoewel kuddedieren zich moeilijk laten verrassen en isoleren, leefden op de open steppes wel veel prooidieren. Dit grotere aanbod trok grote groepen Neanderthalers aan. Dat de neanderthalers in staat waren de moeilijk te vangen prooidieren te pakken te krijgen, betekent dat zij goed konden coördineren én goed met elkaar konden communiceren.

De vangst van elk prooidier brengt een specifiek kosten-batenplaatje met zich mee. Zo leveren sommige moeilijk te vangen prooidieren bijvoorbeeld wel veel calorieën of hebben ze een bruikbare, dikke vacht. Dusseldorp gebruikte deze gegevens om te kijken waar de voorkeur van de Neanderthalers naar uit ging. Op dezelfde wijze analyseerde hij de prooien van hyena's. Hyena's waren belangrijke concurrenten van de Neanderthaler, met een vergelijkbaar voedingspatroon.

Dusseldorp toont aan dat Neanderthalers, dankzij hun intelligentie, zelfs hyena's overtroffen bij het vangen van de sterkste prooidieren. Al met al blijken de Neanderthalers bekwame jagers met veel inzicht te zijn geweest. Het imago van de Neanderthaler als brute krachtpatser is dus van de baan.

Dit onderzoek maakte deel uit van het NWO-project Thoughtful Hunters? The Archaeology of Neandertal Communication and Cognition. Dusseldorp vervolgt zijn onderzoek met een post-doc in Johannesburg. Hier zal hij zich richten op de in Afrika geëvolueerde moderne mens.

..............................

Meer informatie:

* Gerrit Dusseldorp (Universiteit Leiden)
* tel.: +31 (0)71 527 2931 g.dusseldorp@arch.leidenuniv.nl
* promotiedatum: 2 april 2009

* promotor: prof. dr. Wil Roebroeks, copromotor: prof. dr. Raymond Corbey

laatst gewijzigd op 31 maart 2009