1 1
> Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6
der Staten-Generaal 2597 JG Den Haag
Binnenhof 4 Postbus 20901
2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 61 71
F 070 351 78 95
Contactpersoon
---
T -
Ons kenmerk
VenW/DGMo-2009/2710
Uw kenmerk
Datum 1 april 2009 -
Onderwerp Beantwoording vraag van het lid Mastwijk in het AO Spoor van Bijlage(n)
---
19 februari 2009
Geachte voorzitter,
Tijdens het Algemeen Overleg Veiligheid d.d. 19 februari 2009 heb ik de
toezegging gedaan u te informeren over de mogelijkheid de Belgische intercity
goed te laten aanlanden op station Roosendaal en het perron op dit station aan te
passen aan de Belgische instaphoogte. In het AO heb ik toegezegd hierover in
overleg te treden met ProRail.
Ik heb inmiddels overleg gehad met ProRail. Volgens de planning van het
Implementatieplan Toegankelijkheid van NS en ProRail (u toegezonden bij brief
van 29 september 20061) en de versnelling van dit Implementatieplan waarover u
op 22 december 20082 bent geïnformeerd zullen de perrons in Roosendaal al in
2010 worden aangepast aan de Europese norm (760 mm ten opzichte van
bovenkant spoor). Met deze aanpassing voldoen de perrons aan de Europees
afgesproken norm TSI-PRM (Technische Specificatie inzake Interoperabiliteit voor
mensen met een functiebeperking) en zijn deze aangepast conform de scope van
het programma Toegankelijkheid. Nieuw in gebruik genomen Belgische treinen
hebben op dit moment al een instaphoogte van 750 mm. De aanlanding van
Belgische treinen op stations in Nederland zal op termijn dus geen problemen
moeten veroorzaken. De liften op station Roosendaal zijn reeds een aantal jaar
geleden geplaatst.
Bovenop deze versnelling van het programma Toegankelijkheid ziet ProRail geen
mogelijkheid om de verbouwing van de perrons in Roosendaal verder te
versnellen. Dit heeft uiteraard te maken met de noodzakelijke voorbereidingstijd
en de beschikbare treinvrije perioden.
Naast de perronhoogte op station Roosendaal speelt ook een aantal andere
technische aspecten om de NMBS-intercity Charleroi-Brussel-Antwerpen-Essen
naar Roosendaal te laten doorrijden. Ik heb ProRail daarom verzocht een
onderzoek uit te voeren naar de aanpassingen die hiervoor nodig zijn en de
kosten die hieraan zijn verbonden. Dit onderzoek richt zich onder andere op de in-
1 DGP/SPO/U.06.02435
2 Tweede Kamer 2008-2009, 25847, nr. 76
a
Pagina 1 van 2
en uitstapmechanismen van de NMBS-trein, zoals deuren en uitklaptreden. In dit
Datum
onderzoek wordt ook gekeken naar het systeem voor treindetectie en de
stroomvoorziening.
Ons kenmerk
VenW/DGMo-2009/2710
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings
Pagina 2 van 2
Ministerie van Verkeer en Waterstaat