Universiteit van Tilburg 12 maart 2009
Wat maakt zorg tot goede zorg?
Publieksdebatten zorgethiek aan Universiteit van Tilburg
Wat hebben patiënten aan het elektronisch patiëntendossier?
Worden zij stelselmatig onderschat? Moeten we niet veel meer uitgaan
van empowerment van de patiënt en hen betrekken in het zorgproces?
Moeten we niet veel ethischer over zorg spreken? In zorg en welzijn
wordt de vraag wat zorg tot goede zorg maakt steeds dringender.
Zorgethici van de Universiteit van Tilburg gaan daarover op 1 en 8
april in debat met experts van buiten.
Debat 1 april 2009: 'Moraliseren in de zorg?'
Instellingen in zorg en welzijn zadelen hun professionals op met een
probleem, zegt Lia van Doorn, lector Innovatieve dienstverlening aan
de Hogeschool van Utrecht. Enerzijds wordt van professionals verwacht
dat zij ingrijpen als het mis gaat, anderzijds is het heel onduidelijk
wanneer het 'mis' gaat. Zorgprofessionals krijgen nauwelijks scholing
om goede ethisch oordelen te kunnen vellen. Van Doorn vindt wel dat
professionals de voorlopers moeten zijn in ethische discussies; zij
moeten heikele punten inventariseren en 'moraliseren'. Daarom is het
broodnodig hen daarbij te ondersteunen. Van Doorn gaat op 8 april in
debat met Andries Baart, hoogleraar Presentie en zorg aan de UvT.
Volgens hem moeten we niet pas over ethiek en moraliseren beginnen als
het misgaat: zorg is een door en door ethische activiteit. Het gaat al
helemaal niet alleen over 'morele oordelen'. Zorgprofessionals hebben
inderdaad een sleutelrol in de ethiek van de zorg, maar die gaat ook
over het dagelijkse reilen en zeilen.
Debat 8 april 2009: 'Weg met de institutie?'
Veertig jaar geleden hadden we in de zorg het ideaal van de
de-institutionalisering: de 'totale instituties' zouden afgebroken
worden. Maar is dat wel gebeurd? Volgens Jos Lamé, directeur Riagg
Rijnmond, zijn de instituties juist machtiger dan voorheen. De reden:
zij kunnen niet omgaan met verschillen in zorgaanpak, ambiguïteit
en onzekerheid in de zorg. Lamé gelooft niet in een objectieve, voor
iedereen geldende waarheid die alle problemen zal oplossen. Alle
informatie rond een patiënt of bewoner krijgt enkel betekenis (en
waarde) in de interactie met de patiënt. En is dus altijd
tijdelijk, lokaal en intersubjectief. Het elektronisch kinddossier
noemt hij dan ook stalinistisch en megalomaan. Jos Lamé discussieert
op 8 april met hoogleraar Frans Vosman van het UvT. Vosman is het met
Lamé eens dat in de zorg te veel gewerkt wordt met schijnzekerheden.
Wat we als 'goed' meten is niet altijd zo goed. Vosman meent echter
dat we goed moeten kijken naar wat systemen met mensen doen.
Zorgsystemen zijn zelfhandhavend, betoogt hij. Bij het elektronisch
kinddossier is geen sprake van kwade wil of slechte professionals. De
hoogleraar komt met argumenten uit de theorie van de zorg en uit de
theologische ethiek.
Universiteit van Tilburg