Brussel, 31 maart 2009
EU-merkenbescherming wordt veel goedkoper en toegankelijker
De Europese Commissie en de EU-lidstaten hebben besloten de taksen die aan
het BHIM (Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt, gevestigd in
Alicante, Spanje), het communautair bureau verantwoordelijk voor de
verlening van EU-brede merkrechten, moeten worden betaald, verder te
verlagen en de inschrijvingsprocedure te vereenvoudigen. Deze maatregel, die
volgt na een eerste verlaging in 2005 (IP/05/1289) en die op 1 mei 2009 in
werking zal treden, zal merkenbescherming veel goedkoper en toegankelijker
maken voor ondernemingen die op de Europese interne markt actief zijn.
Dankzij de maatregel zullen zij immers 60 miljoen EUR per jaar minder moeten
betalen.
De heer Charlie McCreevy, het Commissielid bevoegd voor interne markt
en diensten, heeft in dit verband het volgende verklaard: "Dit is goed
nieuws voor het Europese bedrijfsleven. Dankzij de forse verlaging van
de taksen en de vereenvoudiging van de inschrijvingsprocedure zal de
toegang tot EU-brede merkenbescherming immers veel betaalbaarder en
gemakkelijker worden. Dit zal het ondernemerschap bevorderen en de
economische activiteit stimuleren, hetgeen in deze tijden van
economische crisis van cruciaal belang is. Deze verbeteringen zullen
vooral ten goede komen aan kleine en middelgrote ondernemingen,
waarvoor de kosten en de procedure voor het verwerven van een
dergelijke bescherming vaak een zware last betekenen." De heer Wubbo
de Boer, de president van het BHIM, heeft ter zake het volgende
verklaard: "Voor een kleine onderneming betekent de bescherming van
haar merk op Gemeenschapsniveau dat haar toekomstige recht op vrije
toegang van haar goederen en diensten tot de Europese interne markt
wordt veiliggesteld. Voor grotere ondernemingen is merkenbescherming
een essentieel instrument om op internationaal niveau zaken te doen."
De verlaging van de taksen en de vereenvoudiging van de procedure
komen er in wezen op neer dat het bedrag van de taks voor de
inschrijving van een Gemeenschapsmerk op nul wordt vastgesteld.
Ondernemingen zullen derhalve alleen nog een taks voor de indiening
van een aanvrage verschuldigd zijn, maar geen afzonderlijke
inschrijvingstaks meer hoeven te betalen. Dit zal tot gevolg hebben
dat ook de tijd die de verwerking van de inschrijving van een
Gemeenschapsmerk in beslag neemt, aanzienlijk korter zal worden.
In de praktijk betekent dit dat ondernemingen in de toekomst niet
langer een bedrag van 1 750 EUR voor de aanvraag en inschrijving van
een Gemeenschapsmerk zullen moeten betalen, maar alleen nog een taks
van 1 050 EUR voor de indiening van een aanvrage. Ondernemingen die
hun aanvrage via internet indienen, zullen van een nog grotere korting
kunnen profiteren en een taks van slechts 900 EUR moeten betalen in
plaats van het momenteel verschuldigde totaalbedrag van 1 600 EUR.
Als gevolg van deze taksverlagingen zullen ondernemingen in de
toekomst 40% minder betalen voor het verkrijgen van een
Gemeenschapsmerk - en zelfs 44% minder wanneer zij hun aanvrage langs
elektronische weg indienen.
Voorts zal de individuele taks voor de aanvraag en inschrijving van
een internationaal merk waarin de Europese Gemeenschap krachtens het
Protocol van Madrid wordt aangewezen, worden verlaagd van 1 450 EUR
tot 870 EUR, hetgeen eveneens neerkomt op een vermindering met 40%.
Achtergrond
Het BHIM is in 1994 opgericht door de Raad van Ministers. Sinds het
BHIM in 1996 met zijn werkzaamheden is begonnen, is de vraag naar
Gemeenschapsmerken gestaag toegenomen, waarbij zich af en toe zelfs
zeer sterke stijgingen voordeden. In totaal heeft het BHIM tot dusver
meer dan 500 000 merken ingeschreven namens honderdduizenden
ondernemingen uit de gehele wereld. Aangezien het BHIM een zichzelf
bedruipend bureau van de EU is, zijn de middelen waarover het beschikt
volledig afkomstig van de taksen die worden betaald door de
ondernemingen die van zijn diensten gebruikmaken. Het bureau ontvangt
derhalve geen subsidies of financiële steun van de
EU-belastingbetalers. Als non-profitorganisatie moet het BHIM een
sluitende begroting hebben.
De afgelopen paar jaar heeft het BHIM met succes een ambitieus
programma ten uitvoer gelegd waarmee werd beoogd een productiviteits-
en efficiëntieverhoging te realiseren. Tegelijkertijd werd een
dienstverlening van een zodanige kwaliteit aangeboden dat steeds meer
gebruikers er een beroep op gingen doen. Ondanks de tariefverlaging in
2005 heeft het BHIM recentelijk dan ook een zeer grote kasreserve
opgebouwd.
Als gevolg hiervan kan het BHIM in een betere dienstverlening (met
name via internet) en kortere reactietijden blijven investeren en
tegelijkertijd de vruchten van zijn efficiëntiewinsten delen met het
gehele bedrijfsleven, en met name met het midden- en kleinbedrijf,
waarvoor het opbrengen van de kosten van de bescherming en handhaving
van intellectuele-eigendomsrechten vaak een hele uitdaging betekent.
Over deze verdere forse verlaging van de taksen is uitgebreid van
gedachten gewisseld met de lidstaten. De verlaging moet worden gezien
als een eerste onderdeel van een breder maatregelenpakket dat erop
gericht is de BHIM-begroting in de toekomst beter in evenwicht te
houden en waarover de lidstaten in september 2008 tijdens een
gezamenlijke vergadering van de Raad van Bestuur en het
Begrotingscomité van het BHIM overeenstemming hebben bereikt.
Meer informatie is te vinden op:
http://ec.europa.eu/internal_market/indprop/tm/index_en.htm
http://oami.europa.eu
European Union