Federale regering Belgie
Werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaarten
Vaststelling van de tussenkomst van de werkgever in de prijs van
treinkaarten
De ministerraad heeft op voorstel van minister van Ambtenarenzaken en
Overheidsbedrijven Steven Vanackere (*) de tussenkomst van de
werkgever vastgesteld in de prijs van de treinkaarten vanaf 1 februari
2009 (zie tabel in bijlage).
Door de aanpassing van de tarieven van de NMBS, die geregeld wordt
door het beheerscontract 2008-2010, moeten ook de tussenkomsten van de
werkgever in de weektreinkaart, de maandtreinkaart, de treinkaart
geldig voor 3 maanden, de treinkaart geldig voor 12 maanden en de
treinkaart voor deeltijds werkenden worden aangepast. De verplichte
tussenkomst van de werkgever bedraagt gemiddeld op 75% in
overeenstemming met het interprofessioneel akkoord 2009-2010.
De facultatieve tussenkomst bedraagt 80% en de staat betaalt de
overige 20%.
Gezien de huidige economische context is de regering met de NMBS
overeengekomen om de stijging voor de traject- en schooltreinkaarten
te beperken tot 6,25% (in plaats van de 7,07% voorzien in het
beheerscontract) en voor de andere producten tot 5,50% (in plaats van
5,07%).
Het ontwerp wordt voor advies overgemaakt aan de Raad van State.
(*) houdende vaststelling van het bedrag van de werkgeversbijdrage in
het verlies geleden door de NMBS ingevolge de uitgifte van
abonnementen voor werklieden en bedienden.