2008 >
, Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie
Communicatie 25 maart 2009 Nr. 09/22
Deeltijd WW om band met bedrijf te behouden
Werkgevers krijgen een nieuwe mogelijkheid om werknemers, die ze door
de crisis zouden moeten ontslaan, te behouden Op de regeling voor
deeltijd WW kunnen bedrijven een beroep doen die voldoende gezond zijn
om door de crisis heen te komen, ondanks een tijdelijk tekort aan
omzet en orders. Deze bedrijven hebben vaak de behoefte om met name
gespecialiseerde vakkrachten te behouden voor als in de toekomst de
vraag weer aantrekt. De regeling gaat in op 1 april en loopt tot 1
januari 2010.
Dit schrijft minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in
een brief over het sociaal overleg aan de Tweede Kamer. De regeling
maakt deel uit van het pakket maatregelen dat kabinet en sociale
partners hebben afgesproken. Voor de arbeidsmarkt, ondermeer scholing
en deeltijd WW, komt tot en met 2011 700 miljoen euro extra
beschikbaar. Voor de aanpak van de jeugdwerkloosheid wordt in 2009 en
2010 in totaal 220 miljoen euro extra uitgetrokken. De deeltijd WW
komt in de plaats van de bijzondere regeling voor werktijdverkorting,
die op 21 maart 2009 is afgelopen.
De werkgevers kunnen de deeltijd WW aanvragen voor hun werknemers na
instemming van de vakbonden of personeelsvertegenwoordigers. Zij
krijgen die dan eerst voor drie maanden en kunnen vervolgens twee keer
een verlenging met zes maanden aanvragen. Met de vakbonden moeten de
werkgevers ook afspraken maken over scholing tijdens de deeltijd WW.
De werknemers hoeven tijdens de deeltijd WW niet te solliciteren of
een re-integratietraject te volgen. Werknemers met deeltijd WW leveren
daarvoor opgebouwde WW-rechten in en bouwen tijdens het deeltijd WW
geen nieuwe rechten op. De werknemers blijven gedurende de deeltijd WW
in dienst bij de werkgever. Het is de bedoeling dat de werknemer na
afloop van de deeltijd WW weer volledig gaat werken bij zijn
werkgever. Als de werkgever hem toch tijdens de periode van deeltijd
WW ontslaat, moet de werkgever het Uitvoeringinstituut
Werknemersverzekeringen (UWV) de helft van de betaalde
werkloosheidsuitkering terugbetalen. Dat is ook het geval als de
werkgever de werknemer ontslaat binnen minimaal drie maanden.
Een omscholingssubsidie van maximaal 2500 euro moet het voor
werkgevers aantrekkelijker maken om werknemers uit andere sectoren aan
te nemen die hun baan dreigen te verliezen. Met de subsidie krijgt de
werkgever de helft van de scholingskosten vergoed. De andere helft
moet hij zelf betalen. Voorwaarde voor de subsidie is dat de werknemer
na de scholing een diploma of certificaat behaalt. De overheid gaat
verder de helft van de kosten van een traject voor een
ervaringscertificaat, een zogeheten EVC-traject, vergoeden aan de
werkgever voor werknemers die dreigen hun baan te verliezen en geen
startkwalificatie hebben. Ook krijgen gemeenten, UWV en O en O-fondsen
een extra mogelijkheid om voor maximaal 90 miljoen euro ESF-subsidie
aan te vragen voor het aan het werk helpen van werkzoekenden.
De sociale partners hebben toegezegd zich in te zetten voor een
verantwoorde loonontwikkeling. Voor het kabinet is de koppeling van de
uitkeringen aan de lonen het uitgangspunt. De bijdrage voor de
loonontwikkeling in de collectieve sector wordt door het kabinet op
nul gesteld. Het kabinet streeft voor 2009 en 2010 naar een
evenwichtige koopkrachtontwikkeling en zal de lastenverzwaring zoveel
mogelijk beperken. Ook lagere overheden zullen worden aangespoord
lastenverzwaring in deze jaren zoveel achterwege te laten.
Het kabinet heeft het voornemen de AOW-leeftijd te verhogen tot 67
jaar omdat dit een aanzienlijke bijdrage (0,7 procent BBP) levert aan
de houdbaarheid van de overheidsfinanciën en aanvullende pensioenen,
de verhoging van de arbeidsparticipatie en de verlaging van de
collectieve uitgaven. Desondanks wil het kabinet de SER de gelegenheid
geven om voor 1 oktober 2009 in een advies een alternatief aan te
reiken.
De regeling voor de verlenging van de termijn voor
kortetermijnherstelplannen voor aanvullende pensioenen wordt
aangepast. Als pensioenfondsen pensioenen zouden moeten korten als
gevolg van de herstelplannen, hoeven ze dat niet te doen voor 1
januari 2012. Als gevolg hiervan hoeft in beginsel gedurende drie jaar
niet gekort te worden op de pensioenen.
Kamerstukken
* Brief van minister Donner over het resultaat van het Sociaal
Overleg van 24 maart 2009
* Akkoord Stichting van de Arbeid 25 maart 2009
* Overzicht maatregelen arbeidsmarkt
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid