Verslag 2008 en vier terugblikrapporten
Algemene Rekenkamer publiceert Verslag 2008 en vier terugblikrapporten
Ook publicatie nieuw rapport: Milieueffecten wegverkeer
De Algemene Rekenkamer publiceert op 26 maart 2009 haar Verslag 2008.
Daarnaast publiceert zij ook vier terugblikrapporten. Hierbij is
nagegaan wat er gebeurd is met de aanbevelingen uit eerder onderzoek.
Het gaat om: Werklozen zonder startkwalificatie (uit oktober 2006),
Ecologische hoofdstructuur (oktober 2006), Beslistermijnen (maart
2004) en Aanbestedingsbeleid Ministerie van BZK en KLPD (september
2007). Naast deze onderzoeken publiceert de Algemene Rekenkamer ook
nog een nieuw rapport: Milieueffecten wegverkeer (zie apart
persbericht).
Verslag 2008: Algemene Rekenkamer volgt kredietcrisis op de voet, kans
voor duurzaam overheidsbeleid
"Het vertrouwen in de financiële wereld is na de kredietcrisis nog
niet hersteld. Ook niet na daadkrachtig ingrijpen door de overheid in
2008. De Algemene Rekenkamer volgt dit ingrijpen op de voet om bij te
kunnen dragen aan de effectiviteit van de overheidsmaatregelen.
Maatregelen met als doel ook om in dit woelige economische getij een
betere balans te vinden tussen people, planet en profit. Uit onze
onderzoeken in 2008 over de uitvoering van duurzaamheidsambities
blijkt dat het economische kortetermijnbelang (profit) het vaak nog
lijkt te winnen van duurzaamheid (planet)".
Dat schrijft president Saskia J. Stuiveling in het voorwoord van het
Verslag 2008. Het Verslag van de Algemene Rekenkamer betreft de
werkzaamheden en bedrijfsvoering bij dit Hoog College van Staat. In
2008 heeft de Algemene Rekenkamer met een formatie van 299,5 fte
gewerkt. Uitgaven bedroegen EUR 28 miljoen. Het Verslag gaat verder in
op de gepubliceerde rapporten en andere activiteiten in 2008.
Werklozen zonder startkwalificatie: ontwikkelingen in woelige tijd
De Algemene Rekenkamer constateert in haar terugblik op 'Werklozen
zonder starkwalificatie' dat er sinds 2006 veel is gebeurd om de
samenwerking in de regio tussen onderwijs en arbeidsmarkt te
bevorderen. Deze samenwerking is nodig om werklozen met behulp van
scholing duurzaam terug te geleiden naar de arbeidsmarkt. In 2006 was
er onvoldoende bekendheid over de mogelijkheden om werklozen op te
leiden tot een startkwalificatie, bijvoorbeeld door een
leerwerktraject met perspectief op werk voor langere duur. De
noodzakelijke regionale samenwerking tussen arbeidsmarkt en onderwijs
kwam moeizaam van de grond. De afgelopen periode zijn er veel
samenwerkingsverbanden van de grond gekomen. Deze samenwerking is
vooral gericht op het realiseren van leerwerktrajecten (tot eind 2007:
28.844 trajecten), voor werkenden (80%) en werklozen (20%). Het
bereiken van werklozen zonder startkwalificatie ouder dan 23 jaar
vraagt nog om gerichte inspanning. Ook is meer aandacht nodig voor
bestendiging van de regionale samenwerking. De Algemene Rekenkamer
beveelt de bewindspersonen aan om te zorgen voor blijvende verbinding
tussen onderwijs en arbeidsmarkt. De bewindspersonen zeggen in hun
reactie structurele ondersteuning van leerwerkloketten toe. De
Algemene Rekenkamer waardeert dat. Gezien de woelige economische
ontwikkelingen is een stevige regionale infrastructuur voor leren en
werken van groot belang. In 2011 zal de Algemene Rekenkamer - mede op
verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid - opnieuw
terugblikken op dit onderzoek.
Realiseren ecologische hoofdstructuur nog in te traag tempo
De sturing van het beleid voor de ecologische hoofdstructuur (EHS) is
sinds 2006 verbeterd, maar het tempo ligt niet hoog genoeg om de
gestelde doelen in 2018 te halen. Dit blijkt uit een
terugblikonderzoek van de Algemene Rekenkamer met de stand van zaken
sinds het uitbrengen van het onderzoek Ecologische hoofdstructuur in
2006. De overheid wil met een aaneengesloten netwerk van beschermde
natuurgebieden (ecologische hoofdstructuur) de bedreigde
biodiversiteit in Nederland beschermen. In 2006 is, na vijftien jaar
rijksbeleid, vastgesteld dat ontwikkelingen te traag verlopen om in
2018 275.000 hectare nieuwe EHS te realiseren. Een aanzienlijke
tempoversnelling was daarom nodig. Maar de afgelopen drie jaar is het
tempo juist afgenomen: van gemiddeld 7.000 ha per jaar naar jaarlijks
nog geen 5.000 ha natuurgebieden erbij. Eind 2007 was 44 % van de EHS
gereed, gebieden voor agrarisch beheer buiten de EHS meegerekend (31 %
zonder die gebieden).
De oppervlakte agrarisch beheer is in 2007 kleiner geworden. Bovendien
is de bereidheid onder particulieren te gering om het geplande deel
van de EHS via particulier natuurbeheer in te vullen.
Overigens is de kwaliteit van gegevens uit de eerste
voortgangsrapportage niet gewaarborgd, al is de informatie beter dan
in eerdere rapportages van het Ministerie van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit. Door duidelijker rijksbeleid wordt de EHS
planologisch beter beschermd, maar dit beleid wordt nog onvoldoende
vertaald in het ruimtelijk beleid van provincies en bestemmingsplannen
van gemeenten.
Aanbestedingsbeleid: risico's bij aanschaf helikopters KLPD beter
beheerst
Uit het terugblikonderzoek naar het aanbestedingsbeleid van het
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en het
Korps landelijke politiediensten (KLPD) blijkt dat bij de recente
aanschaf van acht helikopters voor het KLPD betere risicobeperkende
maatregelen zijn getroffen dan bij de procedure die in 2001 startte en
in 2005 tot ontbinding van het contract leidde zonder dat er
helikopters waren geleverd. Zo zijn nu waarborgen opgenomen om de
contracten tijdig te kunnen ontbinden en is de continuïteit van
luchtsteun voor de politie verzekerd mocht zich onverhoopt vertraging
voordoen bij de levering van de nieuwe helikopters. De aanbeveling van
de Algemene Rekenkamer uit 2007 om bij zulke riskante projecten vooraf
een exitstrategie vast te leggen is feitelijk opgevolgd. Zo is er
sprake van verbeterd risicomanagement; de opdrachtgever is voortdurend
op de hoogte van de voortgang van het productieproces voor de nieuwe
helikopters.
Het aanbestedingsbedrag voor acht politiehelikopters ligt in
vergelijking met het eerder ontbonden contract ruim EUR 18 miljoen
hoger (totaal EUR 69 miljoen respectievelijk EUR 51 miljoen). Redenen
hiervoor zijn technologische ontwikkelingen, gewijzigde
functionaliteit en inflatie.
Beslistermijnen bij overheid: nog tekortkomingen
De aanbevelingen die de Algemene Rekenkamer in 2004 heeft gedaan om
het naleven door de overheid van beslistermijnen te verbeteren hebben
nog niet de beoogde effecten gehad. Een deel van de aanbevelingen is
opgevolgd, maar kabinet en parlement hebben afgelopen jaren weinig
toezicht gehouden op de voortgang van de verbeteringen. Zo heeft de
coördinerend bewindspersoon (Ministerie van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties) weinig over verbeterde omgang met brieven van
burgers aan de Tweede Kamer gemeld.
Inmiddels zijn er wetsvoorstellen aangenomen waarin een aantal
beslistermijnen is verlengd. Het principe van lex silencio (zonder
tegenbericht mag aanvraag na zekere tijd als gehonoreerd beschouwd
worden) is - ondanks kritische kanttekeningen van de Raad van State
waar de vice-president op wijst - voor meer vergunningstelsels
ingevoerd. De kwaliteit van de wetgeving voor beslistermijnen is
afgelopen vier jaar deels verbeterd. De behandeling van
bezwaarschriften is nog steeds een knelpunt. De Nationale ombudsman
wijst in zijn reactie op het belang van goede communicatie met de
burger. De Algemene Rekenkamer is het daar volledig mee eens.
Persbericht Algemene Rekenkamer, 26 maart 2009
Algemene Rekenkamer