Nieuws
26 maart 2009
Cao-overleg Rabobank nog aftastend
CNV Dienstenbond, de collega-vakorganisaties en Rabobank hebben over
een aantal cao-onderwerpen nog aftastend gesproken. Er is gesproken
over arbeidsduur en werktijden, werk en duurzaamheid,
werkgeversbijdrage en representativiteit, VUT en spaar VUT,
arbeidsongeschiktheid, Internationale Collegialiteit en plezier en
werk.
Rabobank wil met betrekking tot arbeidsduur en werktijden een tekst
opnemen waarin staat dat leidinggevende en medewerkers met elkaar
overleg voeren over werk, werkpatronen en verlof. In die afspraken
wordt rekening gehouden met de wensen van de klant, de organisatie en
de medewerker. CNV Dienstenbond heeft aangegeven dat hierin wel
gelijkwaardigheid moet zijn tussen medewerker en leidinggevende en dat
dit soms ontbreekt.
Rabobank wil ook pilots starten met betrekking tot arbeidsduur en
werktijden, maar wel het dagvenster met een uur oprekken, dus tot
22.00 uur 's avonds. Rabobank geeft aan dit voornamelijk nodig te
hebben voor de klantcontactcentra. Op de vraag van CNV Dienstenbond
waarom het dan voor de hele bank nodig is, was het antwoord dat het
een signaal is naar medewerkers en klanten.
Daarnaast wil Rabobank een studie doen naar ploegendienst en
verschoven werktijden, waarbij zeggenschap van medewerkers
nadrukkelijk wordt meegenomen. Tenslotte is Rabobank bereid om over
telewerken te praten, echter niet als recht en niet centraal geregeld.
CNV Dienstenbond heeft gevraagd een studie te doen naar werk en
duurzaamheid. Rabobank is bereid om dat te doen.
Met betrekking tot werkgeversbijdrage en representativiteit wil
Rabobank de werkgeversbijdrage indexeren en is bereid met ons een
studie te doen naar hoe je het voor medewerkers aantrekkelijk kunt
maken lid te worden van een vakorganisatie.
Rabobank wil graag de tekst in de cao over de overgangsregeling VUT
opnieuw formuleren, zodat tot uitdrukking komt wie wel of niet in
aanmerking komt voor de VUT. Nu is dat niet altijd duidelijk.
Daarenboven wil Rabobank het volgende afspreken. De enkelen die met
VUT kunnen gaan ( geboren voor 1950), kunnen er ook voor kiezen om
langer door te werken. Rabobank doet nu op grond van nieuwe wetgeving
het volgende voorstel. Het percentage van de VUT-uitkering varieert
van 75% tot 85%. Als je 6 tot 7 maanden langer doorwerkt kan die
VUT-uitkering 100% worden. Dat kan nu gebeuren. Als je daarna nog
langer doorwerkt, dan is de opbouw van je VUT , de zg. spaarVUT,
conform de wet, 50%. De overige 50%, die overblijft, wil Rabobank
benutten voor inzetbaarheid van de groep die niet na 1950 geboren is.
Rabobank heeft enkele voorstellen gedaan om de afspraken in hoofdstuk
10 van de cao over arbeidsongeschiktheid, die eenduidiger zijn en
medewerkers in die positie alleen maar kan helpen. Echter heeft zij
ook het voorstel gedaan om bij iemand die 57,5 jaar en ouder is en
volledig arbeidsongeschikt is niet meer in dienst te houden na 104
weken, maar het dienstverband te beëindigen. Argumentatie van Rabobank
daarbij is dat men er financieel niet op achteruit gaat en dat deze
afspraak niet meer mag in verband met leeftijdsdiscriminatie. Wel
kunnen de huidige personeelskortingen blijven gehandhaafd.
Vakorganisaties hebben aangegeven dat medewerkers er wellicht niet
financieel op achteruit gaan, maar dat het emotioneel wel moeilijk is.
Rabobank heeft CNV Dienstenbond aangegeven in het kader van
Internationale Collegialiteit bereid te zijn CNV Dienstenbond te
helpen bij vakbondswerk in Rwanda.
Na een toelichting van CNV Dienstenbond dat het van belang is aandacht
te besteden aan plezier en werk en met name het verminderen van
werkdruk heeft Rabobank aangegeven dat op basis van het
medewerkerstevredenheidonderzoek niet blijkt dat er enorme werkdruk
is. In het arbobeleid wordt hier volgens Rabobank nadrukkelijk
aandacht aan besteed. Ook vanuit de arbodienst is er de mogelijkheid
om trainingen te volgen over omgaan met werkdruk. Graag wil CNV
Dienstenbond van u weten of werkdruk inderdaad niet zo'n probleem is
en of u oplossingen zijn aangereikt als u aangeeft last te hebben van
werkdruk.
Overige cao-onderwerpen zullen op het overleg van 2 april a.s. aan de
orde komen.
Hoewel het onderwerp ervaringscertificaten (evc's) pas volgende keer
besproken wordt, heeft CNV Dienstenbond wel zorg geuit over de
toepassing van dit instrument.
Hoewel het doel is om medewerkers meer inzetbaar te houden door hun
ervaring te laten waarderen en uiteindelijk een mbo-diploma te
krijgen, blijkt dat er nogal verschillend mee wordt omgegaan.
De volgende problemen zijn door CNV Dienstenbond gesignaleerd:
- de verplichting om een evc-traject in te gaan;
- onduidelijkheid over vrijstelllingen;
- onwetendheid van HR-managers hierover;
- de opleidingen sluiten niet aan op het werk.
Rabobank heeft dit probleem onderkend en is bezig dit aan te pakken.
Voor vragen of opmerkingen kunt u terecht bij uw bestuurder Ike
Wiersinga (i.wiersinga@remove-this.cnvdibo.nl).
Dienstenbond CNV