Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording vragen over internationale Afghanistan-conferentie in Den Haag

26-03-2009 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Van Bommel en Peters over de internationale Afghanistan-conferentie in Den Haag. Deze vragen werden ingezonden op 17 maart 2009 met kenmerk 2009Z04763.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen

Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Van Bommel en Peters (SP en Groen Links) over de internationale Afghanistan-conferentie in Den Haag.

Vraag 1

Op wiens initiatief wordt de internationale Afghanistan-conferentie op 31 maart in Den Haag georganiseerd? Wat wordt de agenda, wie bepaalt deze en wie bepaalt de gastenlijst van de conferentie?

Antwoord

Nederland is door de Verenigde Staten en andere landen gevraagd een conferentie te organiseren over Afghanistan. De `International Conference on Afghanistan: a Comprehensive Strategy in a Regional Context' vindt plaats onder auspiciën van de VN. Nederland treedt op als gastheer en zal samen met Afghanistan en de VN de conferentie leiden. De Secretaris-Generaal van de VN en zijn speciaal gezant voor Afghanistan zijn leidend voor de uitkomsten van de conferentie, daarbij ondersteund door Nederland. De lijst met genodigden is opgesteld door de VN, Afghanistan en Nederland gezamenlijk.

Vraag 2
Neemt de huidige president van Afghanistan, Hamid Karzai, deel aan de conferentie? Worden andere kandidaten voor het presidentschap uitgenodigd? Indien nee, worden hun opvattingen in de beraadslagingen betrokken? Indien neen, waarom niet?

Vraag 3
Worden ook vertegenwoordigers van de Taliban uitgenodigd om op de conferentie aanwezig te zijn? Indien neen, worden hun opvattingen in de beraadslagingen betrokken? Zo ja, op welke wijze?

Antwoord

President Karzai heeft zijn deelname aan deze ministeriële conferentie bevestigd. Voor deze intergouvernementele conferentie zijn de ministers van Buitenlandse Zaken uitgenodigd. Daarnaast zijn vertegenwoordigers uitgenodigd van een twintigtal internationale organisaties, waaronder vertegenwoordigers van het Afghaanse maatschappelijk middenveld. Deze zijn opgenomen in de delegatie van de Agency Coordinating Body for Afghan Relief, die de conferentie ook zal toespreken. De conferentie zal zich onder andere richten op de verkiezingen, investeringen in de veiligheidssector en de regionale dimensie, waarbij ongetwijfeld de Taliban onderwerp van gesprek zal zijn.

Vraag 4
Is het de bedoeling om tot een regionale vredesopzet te komen? Zo ja, op welke wijze? Kunt u aangeven welke landen daarbij betrokken worden? Indien nee, waarom niet?

Antwoord

De conferentie is er mede op gericht om gezamenlijk, met de vele bij Afghanistan betrokken landen en organisaties, het grote belang van de regionale context voor de internationale strategie voor Afghanistan te onderstrepen. Derhalve zijn ook alle buurlanden van Afghanistan uitgenodigd. De conferentie sluit aan bij andere regionale initiatieven, zoals bijvoorbeeld de bijeenkomst van de Shanghai Cooperation Organisation op 27 maart in Moskou, die elk tot doel hebben de stabiliteit en ontwikkelingsmogelijkheden in de regio te verbeteren.

Vraag 5

Indien Iran wordt uitgenodigd, wat betekent deze beleidswijziging in de verhouding tot dat land voor de Europese en Nederlandse buitenlandse politiek?

Antwoord

De uitnodiging van Iran is overeenkomstig hun rol als betrokken buurland en in lijn met hun deelname aan eerdere conferenties over Afghanistan (waaronder in Londen en Parijs). Ook participeert Iran in andere internationale Afghanistan-gerelateerde fora zoals de Joint Coordination and Monitoring Board (JCMB). Er is derhalve geen sprake van een beleidswijziging.

Vraag 6

Komen er vertegenwoordigers van Centraal-Aziatische landen naar de conferentie? Zo ja, wie? Komt er een vertegenwoordiger van Kirgizië? Heeft de beslissing van Kirgizië om geen bases meer aan NAVO-landen ter beschikking te stellen, gevolgen voor het Nederlandse gebruik van Kirgizische bases? Zo ja, op welke wijze?

Antwoord

Kazachstan, Kirgizië, Tajikistan, Turkmenistan en Oezbekistan zijn uitgenodigd. De definitieve deelname zal op een later moment inzichtelijk gemaakt worden. Kirgizië zal voor zover thans bekend vertegenwoordigd worden door de minister van Buitenlandse Zaken Sarbaev. Nederland maakt op dit moment geen gebruik meer van Kirgizische bases.

Vraag 7

Deelt u de opvatting dat met het Nederlands gastlandschap van deze conferentie de indruk kan ontstaan dat Nederland bereid is ook na 2010 een leidende militaire rol te spelen in Afghanistan? Kunt u uw antwoord toelichten? Bent u bereid op deze conferentie expliciet te melden dat Nederland zich eind 2010 uit Uruzgan zal terugtrekken? Indien nee, waarom niet?

Antwoord

Met het gastheerschap van de conferentie bevestigt Nederland zijn langjarige betrokkenheid bij de ontwikkeling van Afghanistan en de overtuiging van het nut van de inmiddels breed omarmde geïntegreerde benadering van de Afghaanse problematiek: zowel politiek, als op de gebieden van veiligheid en ontwikkeling, en zulks met oog voor het belang van de regionale context. De opzet en het thema van de conferentie, evenals het Nederlandse gastlandschap, staan los van de besluitvorming over de Nederlandse betrokkenheid bij Afghanistan nadat de leidende militaire rol in Uruzgan afgerond zal zijn. Het is partners bekend dat Nederland zijn leidende militaire verantwoordelijkheid in Uruzgan per 1 augustus 2010 opgeeft.

Vraag 8

Wat wordt de Nederlandse inzet met betrekking tot Pakistan en de Pakistaanse tribale grensregio, onderhandelingen met de Taliban, drugsbestrijding, politietraining, justitie opbouw, wederopbouw en de coördinatie daarvan, goed bestuur, transitional justice, mensenrechten, de behandeling van gevangenen door Operation Enduring Freedom (OEF) en ISAF en de Amerikaanse militaire `surge'?

Antwoord

Voor de algemene Nederlandse inzet op deze onderwerpen verwijs ik u graag naar de antwoorden op Kamervragen van vergaderjaar 2008-2009: nr. 14, nr. 1601, nr. 1600, nr. 1602, nr. 174, en de op 10 maart verzonden antwoorden op vraagnummer 2080912030 `Vragen van het lid Peters (GroenLinks) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de detentiefaciliteit in Bagram, Afghanistan.' Voorts verwijs ik u naar de op 13 maart j.l. verzonden `Kamerbrief inzake voortgang missie in Afghanistan' en de Artikel 100-brief inzake de Nederlandse bijdrage aan ISAF na 1 augustus 2008 (Vergaderjaar 2007-2008: nr. 279). Over de Nederlandse inzet voor de conferentie is uw Kamer separaat een brief gestuurd.

Vraag 9

Wanneer beschouwt u de conferentie als geslaagd en wanneer als mislukt? Welke resultaten zijn daarvoor belangrijk? Bent u bereid de Kamer van de conferentie verslag te doen vóór het eerstvolgende algemeen overleg over Afghanistan?

Antwoord

Wat Nederland betreft zal de conferentie vooruitblikken op de belangrijke momenten waar Afghanistan zich in 2009 en 2010 voor gesteld zal zien - zoals de presidentsverkiezingen, de parlementsverkiezingen en het aflopen van het internationaal overeengekomen Afghanistan Compact - en de reactie van de internationale gemeenschap daarop: wat gaat goed, en wat kan beter? De bevestiging van het belang van de regionale context zal daarbij een kernelement moeten zijn. De uitkomsten van de conferentie zullen de dag na de conferentie tijdens het Algemeen Overleg over Afghanistan met uw Kamer gedeeld worden.

* Ministerie van Buitenlandse Zaken

* Bezuidenhoutseweg 67

* Postbus 20061

* 2500 EB Den Haag

* Tel.: 070-3 486 486

* Fax: 070-3 484 848

* Internet: www.minbuza.nl