Winterwerkloosheid onder schilders daalt fors
26/03/2009 11:22
FOSAG Belangenbehartiging en Dienstverlening B.V.
Vierjarig bedrijfstakprogramma heft blokkades op voor jaarrond onderhoud
Het aantal werkloze schilders is in een periode van vier jaar met ruim 65% afgenomen. Telde de sector in het eerste kwartaal van 2005 nog 4.700 werklozen, in februari 2009 waren volgens cijfers van het UWV ruim 1.600 vaklieden werkloos. In dit cijfer zijn nog enkele honderden structureel werklozen (dus los van het wintereffect) inbegrepen. Deze daling en afgevlakte pieken die jaarlijks optreden in het eerste kwartaal,is het beoogde resultaat van onder andere het Integraal Plan Winterwerkgelegenheid (IPW). Dit bedrijfstakprogramma is een initiatief van de CAO-partijen in de schilders- en onderhoudsbranche.
Ad van Olst, voorzitter van de stuurgroep IPW: "De conclusie is dat de werkgelegenheid in de bedrijfstak een veel stabielere basis heeft gekregen. Weliswaar hebben we de absolute nullijn niet gehaald, maar de toppen in het 1e kwartaal en de laagste punten in het 3e kwartaal zijn afgevlakt en de neerwaartse trend is stevig gezet. De winterwerkloosheid is voor een groot deel weggewerkt." Over de huidige recessie zegt hij: "De belangrijkste vraag op dit moment is natuurlijk welk effect de huidige economische crisis heeft op het aantal (winter)werklozen. Zeker is dat 2009 stijgende ww-cijfers zal laten zien. De conjunctuur trekt haar eigen wissel op de werkgelegenheid."
Ondernemersorganisatie FOSAG en vakbonden FNV Bouw en CNV Hout en Bouw hebben met het IPW ingezet op het afrekenen met de winterwerkloosheid in de sector. Door betere opdrachtspreiding, werkspreiding en verdere professionalisering is de weg vrijgemaakt voor jaarrond onderhoud, het 4 seizoenen onderhoud. In tachtig regionale voorbeeldprojecten hebben opdrachtgevers en opdrachtnemers samengewerkt om winteropdrachten te realiseren. Schilders- en onderhoudsbedrijven zijn proactiever geworden naar hun opdrachtgevers. Ook hebben zij jaarmodellen afgesloten, een methode om de beschikbare capaciteit beter af te stemmen op de gevraagde inzet. Door vooral meeruren te sparen in de zomer zijn werknemers langer vrij in de winter en krijgen zij een werkgarantie. Bij 64 bedrijven is een jaarmodel afgesloten, in totaal doen ruim 1.500 werknemers mee.
Ad van Olst: "De mogelijkheden qua materiaal zoals speciale winterverven en materieel waaronder afscherming en doorwerkkleding, zijn talrijk. Onze ervaring is dat het verder terugdringen van de winterwerkloosheid geen kwestie was van 'kunnen' maar vooral van 'zien' en 'willen'. De grootste blokkades bleken te zitten in de methoden van opdrachtgevers, waaronder hun vaste planningsroutines, en bedrijven: organisatie en logistiek en in de mensen. Die blokkades zijn grotendeels weggenomen. Woningcorporaties, gemeenten en niet in het minst de Rijksoverheid en het ministerie van VROM (RGD) hebben gedurende het bedrijfstakprogramma het goede voorbeeld gegeven en hun onderhoudsplanning structureel verruimd."
Daling aantal dienstverbanden
Van invloed op het beoordelen van de WW-cijfers is natuurlijk het aantal dienstvervanden in de sector. Het aantal dienstverbanden daalde in de periode 2006-2008 met 3,5%. De werkloosheid in de winter is in dit tijdsvak echter met ruim 61% gedaald. Dus ook relatief gezien is de daling van het aantal werkloze schilders evident.
De daling van het aantal dienstverbanden in de bedrijfstak heeft alles te maken met het groeiende aantal zelfstandigen en uitzendkrachten. Exacte cijfers over het aantal schilders dat als uitzendkracht werkzaam is, is echter zeer lastig. Dat komt omdat uitzendkrachten bij het UWV onder dezelfde sectorcode vallen ongeacht de functie die wordt uitgeoefend. Duidelijk is dat er sprake is van werkloosheid onder uitzendkrachten, zeker nu de economie stagneert. Voor de bedrijfstak blijft daarom de werkloosheid onder schilder - uitzendkrachten een belangrijk aandachtspunt.