NVA
Persbericht
Amersfoort, 25 maart 2009
Vergoeding oplossen administratieve chaos verzekeraars moet mogelijk blijven
FIDIN verwijt Financiën gebrek aan realiteitszin
In reactie op het consultatiedocument wijzigingen Bgfo, uit Federatie FIDIN haar grote
verontrusting over de voornemens van het ministerie van Financiën. Het ministerie wil een totaal
verbod van provisie op complexe producten, anders dan afsluit- en doorloopprovisie. Daarbij sluit
het ministerie elke vorm van geldelijke en niet geldelijke beloning uit, als deze niet direct te
maken hebben met een transactie.
Dit betekent bijvoorbeeld dat compensatie voor administratieve werkzaamheden die het intermediair
moet uitvoeren en die niets met bemiddelen te maken hebben, niet meer mogelijk is. Dit terwijl er
in de processen bij de verzekeraars, zeker bij collectieve pensioenen, helaas veel fouten worden
gemaakt. FIDIN vindt dat het ministerie met dit verbod voorbij gaat aan de realiteit.
FIDIN is niet tegen een verbod op oneigenlijke beloningsvormen. Maar naar de mening van FIDIN
volstaat daarvoor het inducementartikel 149a van het Bgfo. Dit artikel biedt de toezichthouder
voldoende armslag te voorkomen wat Financiën nu ongenuanceerd wil verbieden. FIDIN bepleit
daarom terugkeer naar het oude artikel 149a.
Kostentransparantie voor collectieve pensioenen
FIDIN is tevreden dat de door haar zwaar bepleitte kostentransparantie is bereikt en bepleit voorts
om deze kostentransparantie uit te breiden naar de kosten van collectieve pensioenen. Nu het
intermediair daarop transparantie van beloning moet geven, moeten ook aanbieders, op basis van de
gekozen wetssystematiek, transparant zijn in de kosten. Vanwege het gelijke speelveld bepleit FIDIN
bovendien de momenten van transparantie gelijk te trekken.
Ook pleit FIDIN voor bescherming van werknemers die meedoen aan een collectieve pensioenregeling.
Door aanpassing van de Pensioenwet zouden pensioenuitvoerders aan hen verregaande
kostentransparantie moeten bieden.
DVD voor aanbieders
Opnieuw bepleit FIDIN invoering van het dienstverleningsdocument (dvd) voor aanbieders. Alweer
vanwege het gelijke speelveld en een gelijke behandeling van de klant dienen ook de directe kanalen
een DVD aan de klant te verstrekken. Daardoor krijgt de klant niet alleen zicht op de dienstverlening
van de aanbieder, maar ook krijgt hij in de oriëntatiefase zicht op de kosten van de dienstverlening
(kostenverklaring).
Aparte status voor serviceproviders
De positie van serviceproviders leidt als gevolg van de huidige wetgeving, tot grote onduidelijkheden,
serviceproviders worden nu als bemiddelaars aangeduid, met alle consequenties van dien. De
minister heeft aangegeven nader op de positie van serviceproviders in te willen gaan. FIDIN pleit in
dit verband voor een aparte wettelijke status van serviceproviders in de Wft, zodat geen verwarring
meer gaat ontstaan met het begrip `bemiddeling'. FIDIN wil op korte termijn overleg met het
ministerie op welke wijze inbedding van de serviceproviders dient plaats te hebben.
De balans
Wederom pleit FIDIN voor afschaffing van de balansregels en het terugboekrisico. Met de invoering
van beloningstransparantie en de inducementregels, is verder ingrijpen in de beloningsstructuur van
het intermediair onnodig en onverantwoord. Daarbij komt dat duidelijk is geworden dat de
balansregels op gespannen voet staan met een goede interpretatie van de inducementartikelen. Dat
betekent dat bij handhaving van de inducementnorm, Financiën ook de balansregels met betrekking
tot afsluit en doorlopende provisie moet afschaffen.
Grens aan opnamevermogen door intermediair
FIDIN benadrukt dat met deze voorstellen Bgfo tweede tranche, voorlopig de grens is bereikt van het
opnamevermogen van het intermediair. Er moet nu tijd komen voor implementatie. De inzet van
Financiën vraagt om ingrijpende aanpassing van de businessmodellen en dat heeft tijd nodig. FIDIN
wijst daarom op de voorhand elk initiatief om alsnog nieuwe zaken toe te voegen aan het Bgfo,
anders dan correctie op eerdere wijzigingen (-voorstellen), categorisch af. Dat betekent in elk geval
geen verdere uitbreiding van het Bgfo tot andere dan complexe producten.
Noot voor redactie (
NVA