Senternovem
Nieuws
25-03-2009 | MIPIM: duurzaam bouwen blijft populair ondanks en dankzij
economische crisis
De internationale vastgoedmarkt behoudt geloof in de opmars van
duurzaam bouwen en verbouwen. Dat was, kernachtig gesteld, de 'groene'
boodschap van de vastgoedbeurs Mipim 2009. De Grote Depressie van de
jaren '30 werd bestreden met massale investeringen in bewapening en in
grote openbare werken. Bij de bestrijding van de crisis vandaag wordt
de militaire opbouw vervangen door de groene opbouw, zeg maar door
alles wat met hernieuwbare energie te maken heeft. De renovatie van
vastgoed moet daarin een cruciale rol spelen. De gewijzigde
economische en politieke context zal dat proces eerder versnellen dan
vertragen.
Het grote vertrouwen dat de vastgoedsector de afgelopen vijf jaar
kenmerkte, is helemaal zoek. Maar één trend houdt stand en is zelfs
nog versterkt: het geloof in de opmars van duurzaam bouwen. Die
conclusie valt te trekken uit de 20ste editie van Mipim, de grootste
internationale vastgoedbeurs van Europa. Professor Richard Bell,
voorzitter van het departement economie van het Brooklyn College in
New York en auteur van het boek 'The Green Bubble', was er de groene
topspreker. En hij liet er geen twijfel over bestaan: de opmars van
het groene gebouw gaat in een hogere versnelling, ondanks en dankzij
de economische crisis. Daar zijn een aantal verklaringen voor.
Olie
Allereerst wijst Bell op de olieprijs. De olievelden kunnen de
jaarlijkse consumptie van olie steeds moeizamer bijbenen. Door de
zware terugval van de olieprijs - van een record van 142 dollar op 11
juli vorig jaar naar 50 dollar per vat vandaag - dalen de
investeringen in exploratie en productie. Als de economie begint te
herleven, zullen de olieprijzen veel sneller dan bij de vorige
opwaartse conjunctuur de hoogte inschieten. "Geopolitieke spelletjes
zoals tussen Rusland en Oekraïne veroorzaken extra druk", zegt Richard
Bell.
In de Verenigde Staten, de grootste economie ter wereld, groeit de
bereidheid om werk te maken van het duurzaamheidsbeleid zienderogen.
En daar is de crisis niet vreemd aan. Want achter die ommekeer zit ook
een economische logica. Tot nu toe bouwden de VS geen
hogesnelheidstreinen maar wel elf vliegdekschepen om de massale
olieaanvoer veilig te stellen. De militaire aanwezigheid in het
Midden-Oosten om de stabiliteit te waarborgen, is eigenlijk een enorme
subsidiëring van de benzineprijs. Als men rekening houdt met die
militaire kosten, komt men voor 2006 - met een olieprijs van 60 dollar
per vat - aan een reële kostprijs van 11 dollar per gallon. De
Amerikanen betaalden slechts 3 dollar per gallon. Dat is geen houdbare
(lees: betaalbare) situatie. Daarom loopt het energie-onvriendelijke
beleid van de generaties-Reagan en -Bush ten einde.
Uitstoot
De evolutie naar duurzaamheid in de VS viseert niet enkel de olie,
maar ook de CO2 -uitstoot. De nieuwe president, Barack Obama, wil dat
de VS tegen het jaar 2050 80% minder CO2 uitstoten dan in 1990. En
ook daar zijn niet alleen ecologische maar ook economische argumenten
voor.
De onderzoekers van het departement Geo Risk Research van de
verzekeraar Munich Re zijn er vast van overtuigd dat de opwarming van
de aarde een gevolg is van menselijk ingrijpen en dat dat massale
repercussies zal hebben. Professor Richard Bell deelt die visie:
" CO2 wordt het nieuwe asbest. Niemand zal er nog mee te maken willen
hebben. Verzekeringsmaatschappijen zullen bang zijn voor
classaction-rechtszaken, waarbij groepen mensen gigantische
schadevergoedingen eisen van bedrijven in de fossiele olie-industrie.
Verzekeraars zullen mogelijk zelfs stoppen met het verzekeren van die
bedrijven. Ze zullen ook de aandelen van die bedrijven weren uit hun
beleggingsportefeuille en kiezen voor bedrijven die werken aan
duurzaamheid. De link naar de duurzaamheid van vastgoed zal daarbij
snel worden gelegd", stelt Bell.
Relanceplan
Gebouwen zijn direct of indirect goed voor 40% van de CO2 -uitstoot.
In de VS nemen gebouwen 40% van het primaire energieverbuik, 72% van
het elektriciteitsverbruik en 13,6% van de consumptie van drinkbaar
water voor hun rekening. Als men de CO2-uitstoot drastisch wil
verlagen, moet de bouw- en vastgoedmarkt dan ook een van de grote
prioriteiten zijn in de actieprogramma's.
Dat hebben ze in de VS begrepen. In het relancepakket van de VS zitten
voor meer dan 70 miljard dollar groene maatregelen. En het gaat niet
alleen om windenergie (14 miljard dollar) en hogesnelheidstreinen (9
miljard dollar). Maatregelen gelinkt aan renovatie en
energie-efficiëntie zijn goed voor een kleine 30 miljard dollar.
Robert Bell is ervan overtuigd dat er nog steeds te veel wordt gepraat
over het belang van duurzame nieuwbouw en te weinig over duurzame
renovatie. 'Nieuwe gebouwen vertegenwoordigen jaarlijks maar 1 à 2%
van het totale aantal gebouwen.' Het nieuwe relanceplan in de VS geeft
veel aandacht aan renovatie. Ook in België en andere Europese landen
trekken de overheden in de stimuleringsplannen voor de bouw volop de
kaart van de groene renovatie.
De grote misvatting
De grote misvatting blijft dat de CO2 -uitstoot van gebouwen niet in
de bouw of afbraak van een gebouw zitten - die is goed voor slechts 1%
van het energieverbuik tijdens de hele levenscyclus van een gebouw -
of in de materialen die ervoor zijn gebruikt (14%). Liefst 85% van het
energieverbruik heeft te maken met het gebruik en de uitbating van een
vastgoed. Het is dan ook belangrijk dat er standaarden,
kwaliteitslabels, en certificeringsmogelijkheden komen om dat proces
te optimaliseren. Daar moet nog een hele weg worden afgelegd.
De VS hebben een certificeringsysteem, Leadership In Energy and
Environmental Design (LEED), maar dat kreeg in Cannes heel wat
kritiek. Ook de Amerikaanse toparchitect Thom Maine vindt dat LEED te
veel aandacht besteedt aan de bouwfase en te weinig aan de
uitbatingsfase. Het gebruik van LEED in de VS is bovendien nog zeer
bescheiden. In februari waren er nog maar 17.725 zogenaamde Total
Lifetime Registered Projects geregistreerd en slechts 2.271 daarvan
waren gecertificeerd. Ter vergelijking: er zijn zo'n 130 miljoen
woongebouwen in de VS. Daar komen er jaarlijks gemiddeld 1,8 miljoen
bij. Daarnaast zijn er 5 à 6 miljoen kantoorgebouwen en komen er
jaarlijks 100.000 tot 200.000 bij. Er zijn wel ook al enkele zeer
goede voorbeelden. De 32ste verdieping van de Empire State Building,
gebouwd in de jaren 30, heeft bijvoorbeeld de platinum status, het
hoogst mogelijke LEED-niveau, verworven
In Europa lijkt Duitsland kwalitatief het verst gevorderd. De
toepassing van de certificering komt er van de grond, maar blijft
beperkt. Het is tijd om het Duitse systeem te exporteren, menen de
Duitsers. De conclusie op de Mipim-beurs in Cannes was dat daarbij
rekening moet worden gehouden met lokale standaarden. Wachten op
internationale standaarden is wachten op Godot, klonk het.
Overbodig
Wie geen groen gebouw bouwt, riskeert een overbodig gebouw neer te
zetten. Een groen gebouw neerpoten is nog steeds 8% duurder dan
klassiek bouwen. Maar dat zal snel veranderen. De stijgende
concurrentie tussen de leveranciers van groene technologie kan een
deel van het verschil wegwerken. Een duurzaam gebouw wordt zoals ABS
in de auto of airconditioning in een gebouw: vroeger was het een
betalende optie, morgen maakt het deel uit van het basismodel. Wie het
niet aanbiedt, daalt in het klassement.
Zo'n 75% van de ondervraagden voor de Turner 2008 Green Barometer
stelde dat de kredietcrisis hun plannen om groene gebouwen neer te
zetten waarschijnlijk niet zal beïnvloeden. 84% van de ondervraagden
stelde dat hun groene gebouw de energiekosten moet drukken en 68%
haalde de lagere exploitatiekosten aan als reden. Ook een meerwaarde
op het gebouw bleek een argument om groen te bouwen.
Hoewel 54% vindt dat de LEED-certificering in de Verenigde Staten zeer
duur is, is 83% wel van plan te bouwen volgens die certificering, als
er binnen de drie jaar wordt gebouwd.
'De opmars van het groene gebouw is niet te stoppen. Duurzaam bouwen
is een van de remedies tegen de crisis. Het groene gebouw zal binnen
een paar jaar veel uitdrukkelijker aanwezig zijn dan de meeste mensen,
ook in de vastgoedsector zelf, willen geloven', besluit Richard Bell.
Bron: De Tijd 20 maart 2009.
Vraag naar duurzaam vastgoed neemt toe
Volgens Jones Lang Lasalle kan de vraag naar duurzaam vastgoed de
komende vijf jaar oplopen tot ruim 20 miljoen vierkante meter. Dat
voorziet Elsbeth Quispel, adviseur voor vastgoedgebruikers bij Jones
Lang LaSalle. Voor huurders van kantoorpanden is het afsluiten van een
nieuw huurcontract een kansrijk moment om eisen te stellen aan de
duurzaamheid.