Senternovem
24-03-2009 | Cascadebenadering biomassa levert meer energie én geld op
Verslag van de praktijkdag bio-energie op 11 maart 2009
Een getrapte benadering bij het gebruik van biomassa kan veel meer
energie en opbrengst per hectare opleveren. Dat bleek onder andere
tijdens de drukbezochte Praktijkdag bio-energie op 11 maart in de
Technische Universiteit Eindhoven. De dag bracht een heel scala
technieken en projecten op het gebied van biomassa aan de orde. Dat
varieerde van biomassaketens tot duurzaamheid en vergunningverlening.
Een biomassacentrale met een vermogen van 2 MW, dat is een van de
maatregelen die ervoor moet zorgen dat de Afvalstoffendienst van de
gemeente 's Hertogenbosch op den duur klimaatneutraal gaat
functioneren. "Het is een heel eenvoudig concept,"vertelt
bedrijfsleider Pieter van Hagen. "Burgers en bedrijven kunnen hun
snoeiafval naar het depot brengen, de warmte van de biomassacentrale
gaat naar de gebouwen van de Afvalstoffendienst." De centrale zal
jaarlijks 4.000 ton snoeihout verstoken. De aanleiding voor de bouw
van de centrale is de toekomstige verhuizing van de vijf vestigingen
van de Afvalstoffendienst naar een centraal gebouw op het nieuwe
bedrijventerrein Treurenburg. Naast de biomassacentrale en een
vergaande energiebesparing komt er een fotovoltaïsche PV centrale van
4.500 vierkante meter, die voor 60 procent van de
elektriciteitsvoorziening zal zorgen. Door het overschot aan warmte
aan 12 andere bedrijven op hetzelfde bedrijventerrein te leveren
verwacht de Afvalstoffendienst in totaal geen CO2 meer uit te stoten.
De bouw van de biomassacentrale begint in september dit jaar.
Bioraffinage
Prof. dr. Johan Sanders benadrukte op de Praktijkdag Bio-energie, waar
Van Hagen ook een van de sprekers was, dat er veel redenen zijn om
bio-energie een belangrijke rol in de samenleving te laten spelen.
"Lang niet elk land denkt hetzelfde over de positie van bio-energie,
als je dat niet begrijpt loop je het risico dat je langs elkaar werkt,
" aldus Sanders, "De Verenigde Staten wil bijvoorbeeld onafhankelijk
van de olie van het Midden-Oosten zijn, en mikken bijvoorbeeld op maïs
en steenkool. Daardoor neemt de uitstoot van CO2 toe. Voor sommige
landen speelt rondom bio-energie vooral het milieuargument, maar in
Frankrijk heeft het gebruik van bio-energie een belangrijke functie in
de rurale ontwikkeling."
Het selecteren van een geschikte biomassa om vervolgens deze via
bioraffinage voor verschillende doelstellingen in te zetten is in het
algemeen een aantrekkelijk perspectief, aldus Sanders. "Een productie
van 10 ton biomassa aan droog gewicht per hectare, wat overeenkomt met
160 GJ, levert 640 euro per hectare op als de biomassa uitsluitend
voor energiegebruik zou dienen, omgerekend naar de waarde van
steenkool,"aldus Sanders. "Daar kan een boer niet van leven. Het
omzetten van die biomassa naar transportbrandstof is al beter, maar
stel dat de boer 20 procent van de biomassa gebruikt voor chemische
toepassingen, 40 procent voor biobrandstof en 40 procent voor energie
dan brengt het gewas minstens 2.080 euro per hectare op."
Getrapte benadering
Een voorbeeld van een dergelijke getrapte benadering is het proces van
Zea Fuels, een in Tynaarlo gevestigd bedrijf uit 2007, dat zich richt
op kleinschalige ethanolproductie uit maïs in synergie met een
vergistingsinstallatie. De korrel van de maïs dient via fermentatie en
destillatie voor de productie van ethanol, de rest is basis voor de
productie van biogas. Een warmtekrachtcentrale produceert uit het
biogas vervolgens elektriciteit, de opgewekte warmte gaat naar het
destillatieproces. Door de productie van twee energiedragers, ethanol
en biogas, vindt een 40% betere benutting van de biomassa plaats. De
kostprijs van de op deze manier geproduceerde ethanol komt op 21,7
euro per gigajoule, goedkoper dan biodiesel, 1e generatie ethanol of
waterstof. De uitstoot aan CO2 per MJ komt op 30,8 gram. Alleen
ethanol van maïsstro en biodiesel van afvalhout scoren in dit opzicht
beter, zo blijkt uit een studie van ECN.