4. Antwoorden op kamervragen van Van Gerven over de acute
geldproblemen bij vijf ziekenhuizen
Antwoorden op kamervragen van Van Gerven over de acute geldproblemen bij
vijf ziekenhuizen
Kamerstuk, 24 maart 2009
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
23 maart 2009
CZ-K-U-2913540
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Gerven over de acute
geldproblemen bij vijf ziekenhuizen. (2080913440)
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat vijf ziekenhuizen in gevaar zijn
door forse schulden? 1)
Antwoord 1
Ik heb kennisgenomen van het bericht. Mijn beleid legt de
verantwoordelijkheid voor de continuïteit van een instelling bij de
Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht van die instelling. Ik ga
ervan uit dat instellingen waar nodig maatregelen nemen om de
exploitatie gezond te houden.
Vraag 2
Kunt u ingaan op de financiële problemen van deze vijf ziekenhuizen?
Antwoord 2
Nee, daar ga ik niet op in, gezien het antwoord onder vraag 3.
Vraag 3
Bent u bereid naast de Oosterscheldeziekenhuizen in Goes ook de
financiële positie van de andere ziekenhuizen door het College
Sanering Zorginstellingen te laten onderzoeken? Zo, nee waarom niet,
en waarop baseert u de aanname dat dit niet nodig is?
Antwoord 3
Nee. Zoals ik in mijn antwoord bij vraag 1 aangeef is het aan de
instelling maatregelen te nemen om de exploitatie gezond te houden.
Indien zij problemen voorzien dan kunnen zij zich samen met de
verzekeraar melden bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
Vraag 4
Deelt u de mening dat voor ieder van deze vijf ziekenhuizen het
ongewenst is als deze failliet gaan? Zo, nee waarom niet?
Vraag 5
Vormt een eventueel faillissement van deze ziekenhuizen een gevaar
voor de continuïteit van de zorg?
Antwoord 4 en 5
Ik ben verantwoordelijk voor de continuïteit van zorg. In het licht
van die verantwoordelijkheid en de recente ontwikkelingen van
instellingen in financiële problemen heb ik toegezegd u in mei een
brief te sturen waarin de Staatssecretaris en ik uiteenzetten hoe wij
invulling willen geven aan de overheidsverantwoordelijkheid op dat
vlak en welke verantwoordelijkheden andere partijen, zoals de
verzekeraar en de instelling zelf, hierin hebben. In die brief zal
aandacht worden besteed aan de condities waaronder wij onze
verantwoordelijkheid zullen nemen (definitie continuïteit van zorg) en
de wijze waarop wij middels een te ontwikkelen early-warning-systeem
snel situaties van financiële instabiliteit kunnen beoordelen. Dit
maakt het mogelijk in een eerder stadium te bekijken hoe afdoende
maatregelen ter verbetering genomen kunnen worden.
Vraag 6
Kunt u een overzicht geven van de ziekenhuizen die te kampen hebben
met problemen door de invoering van de kapitaallasten, zowel wat
betreft de hoge lasten door nieuwe gebouwen als problemen met het
verwezenlijken van nieuwbouw? Welke mogelijkheden ziet u om deze
problemen op te lossen?
Antwoord 6
De invoering van prestatiebekostiging met integrale prijzen/tarieven
plaatst ziekenhuizen voor nieuwe vragen en maakt dat financiering van
nieuwbouwprojecten geen vanzelfsprekendheid meer is. De kredietcrisis
maakt bovendien financiering duurder. Om die reden heeft de NZa de
rentenormering aangepast. Zoals aangekondigd in de kabinetsbrief van
16 januari 2009 over de kredietcrisis monitor ik momenteel, samen met
de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ), de effecten van de
kredietcrisis en breng ik mogelijkheden in kaart om zich mogelijk
manifesterende problemen te kunnen oplossen.
Vraag 7
Bent u bereid deze vragen binnen een week te beantwoorden?
Antwoord 7
Ik heb mijn best gedaan uw vragen zo snel mogelijk te beantwoorden.
1) NRC Handelsblad, 12 februari 2009:"Vijf ziekenhuizen in gevaar door
forse schulden
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport