4. Antwoorden op kamervragen van Leijten, Van Gerven en Raak over de
topinkomens en vertrekpremies in de zorgsector
Antwoorden op kamervragen van Leijten, Van Gerven en Raak over de
topinkomens en vertrekpremies in de zorgsector
Kamerstuk, 23 maart 2009
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
MEVA-K-U2914830
23 maart 2009
Antwoorden van minister Klink, mede namens de minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de antwoorden op de vragen
van de Kamerleden Leijten, Van Gerven en Raak (SP) over de topinkomens
en vertrekpremies in de zorgsector (2080914330).
Vraag 1
Wat is uw reactie op de EUR20 miljoen aan uitgekeerde vertrekpremies
voor opstappende zorgbestuurders? 1)
Antwoord 1
Mijn eerste reactie was dat ik het veel geld vind.
Vraag 2
Bent u bereid de Kamer te informeren welke bestuurders zijn vertrokken
met welke vertrekpremies? Zo ja, wanneer kan deze informatie worden
ontvangen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Op grond van de bestaande regelgeving van VWS (WTZi) en van BZK (WOPT)
worden dit soort gegevens verantwoord in de jaarverslagen (die van
2008 zijn op dit moment in de maak). Over de inkomensgegevens van
bestuurders van zorginstellingen en over de WOPT-meldingen ontvangt de
Kamer jaarlijks een analyse, respectievelijk een overzicht.
Vraag 3
Bent u bereid te onderzoeken hoeveel falende bestuurders (hoge)
vertrekpremies hebben ontvangen? Zo nee, vindt u een bonus voor
wanbeheer geoorloofd? Zo ja, wanneer kan de Kamer dit overzicht
ontvangen?
Antwoord 3
Eerst de algemene opmerking dat bestuurders die vertrekken niet per se
gefaald hoeven te hebben. De precieze vertrekreden wordt niet altijd
verantwoord (zoals ook uit het artikel blijkt), terwijl er ook bij de
vertrekkende bestuurder en de Raad van Toezicht een verschillend
inzicht over kan bestaan. Het artikel signaleert ook dat het een veel
voorkomende praktijk is dat in de akte van dading over de beëindiging
is vastgelegd er niet openlijk over te spreken. Het personeelsbeleid
ten aanzien van bestuurders ligt in handen van de Raden van Toezicht.
Het door u gevraagde onderzoek kan dan ook niet worden uitgevoerd.
Een bonus voor wanbeheer zal niemand een geoorloofde zaak vinden. Wat
wél geoorloofd is, is dat men arbeidsrelaties beëindigt binnen de
daarvoor geldende regels. De Raden van Toezicht zijn zich er bewust
van dat er in het verleden ruimhartiger afspraken over
ontslagvergoedingen zijn opgenomen dan nu in nieuwe contracten. De
huidige adviesregelingen van de NVTZ en de NVZD (de koepels van
toezichthouders en van directeuren) gaan daarom uit van een maximale
ontslagvergoeding van één jaarsalaris.
Vraag 4
Wat is uw opvatting over de uitspraak dat in 99 procent van de
gevallen geen enkel zicht is op het waarom van vertrek van de
zorgbestuurder? Vindt u het aanvaardbaar dat dit `onder de pet'
gehouden wordt? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 4
Bij ontslagen van bestuurders is er altijd een spanningsveld tussen
openheid erover en het recht op privacy. Omdat in de zorgsector is
geregeld dat er in de jaarverslagen verantwoording moet worden
afgelegd over de kosten van het ontslag van bestuurders, kan ik ermee
leven wanneer het privacyaspect zwaarder weegt dan openheid als het
over de vertrekreden gaat.
Vraag 5
Bent u van mening dat het zwijgen bij ontslag schadelijk is voor het
zelfreinigende vermogen bij wanbestuur of zorgt voor `heikele
kwesties' zoals het voorbeeld van het Medisch Spectrum Twente? 2) Zo
ja, wat gaat u doen om dit soort zwijgen te doorbreken, wilt u hier
maatregelen op nemen (bijvoorbeeld in het `early warning systeem')? Zo
nee, waarom niet?
Antwoord 5
Het zelfreinigend vermogen is niet per se afhankelijk van publiciteit
over het verleden dan wel van publiciteit over vertrokken personen.
Zie ook mijn antwoord op vraag 4.
Vraag 5
Bent u het eens met een van de verklaringen, namelijk dat de
voortschrijdende marktwerking en concurrentie de zorg tot op het bot
hebben geraakt en dat hierdoor een ontslaggolf is veroorzaakt? Zo nee,
waarom niet? Zo ja, bent u van mening dat dit een gewenst resultaat is
van het beleid tot meer marktwerking en concurrentie?
Antwoord 5 (er zijn twee vragen 5 ingediend)
Neen, het is meer een stelling dan een verklaring. De veranderde
context brengt wel met zich mee dat ook andere competenties van
bestuurders worden gevraagd, maar dat is niet per se de reden van
ontslag.
Vraag 6
Bent u van mening dat de genoemde loonsom van EUR150 miljoen voor de
zorgbestuurders acceptabel is? Zo ja, kunt u uw antwoord toelichten?
Zo nee, wanneer komt u met de plannen om de salarissen voor
zorgbestuurders te maximeren?
Antwoord 6
Uit de jaarlijkse rapportage over de inkomens van bestuurders van
zorginstellingen blijkt dat er tal van bestuurders zijn die meer
verdienen dan wanneer zij conform de laatste adviesregelingen van NVTZ
of NVZD zouden zijn ingeschaald. In dat licht kan die loonsom dus wel
lager gaan uitvallen als de huidige bestuurders na verloop van tijd
door uitstroom zijn vervangen door bestuurders waarbij wél de nieuwste
inschalingsregels zijn gehanteerd.
Over de kabinetsplannen rond normering en de maximering van de
honorering van bestuurders in de semi-publieke sector is onlangs (in
AO's van 4 september en 26 november 2008 en in de daarin geagendeerde
brieven) uitvoerig met de Kamer van gedachten gewisseld, zie TK 28479,
nrs. 37 en 41 respectievelijk 38, 36 en 33.
Vraag 7
Wordt door het uitstellen van de ministersalaris verhoging (van 10 dan
wel 30 procent) in deze regeerperiode, ook de maximering van de
topsalarissen in de (semi-) publieke sector uitgesteld? Zo ja, wat is
daarvan de legitimatie?
Antwoord 7
De werkzaamheden voor de Wet Normering topinkomens in de semi-publieke
sector (zie ook het antwoord op vraag 6) gaan gewoon door.
1) Skipr, 16 februari 2009: "Zorgbestuurders krijgen 20 miljoen
vertrekpremie"
http://www.skipr.nl/actueel/zorgbestuurders-krijgen-20-miljoen-vertrek
premie-21454.html
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport