CDA

Ormel: Regering moet ijveren voor behoud concurrentiekracht landbouw

âDe voorjaarsraad vindt, ondanks het zonnig perspectief dat in de naam voorjaar verscholen ligt, plaats onder een donkere hemelâ zo zei CDA-kamerlid Henk Jan Ormel over de Europese Raad in Brussel deze week.

Ter voorbereiding sprak de Kamer met minister president Balkenende, minister Verhagen van Buitenlandse Zaken en staatssecretaris Timmermans van Europese Zaken over de Nederlandse inzet aldaar. Ormel zei, dat het noodzakelijk is om te spreken over de economische situatie in de afzonderlijke lidstaten en de wijze waarop de Europese Unie kan zorgen voor een samenhang in de te nemen noodzakelijke maatregelen. âWij maken ons met name zorgen over de economische situatie in Griekenland en Ierland. Afspraken, gemaakt in het Groei- en Stabiliteitspact worden ver overschreden. Wat betekent dat voor deze landen, voor het Groei- en Stabiliteitspact en voor onze economie? In uitzonderlijke omstandigheden mogen afspraken uit het groei en stabiliteitspact overschreden worden, maar is duidelijk hoever en voor hoelang grenzen overschreden mogen worden en gaat de Europese Raad daar afspraken over maken?â, zo vroeg Ormel de bewindslieden.

De CDAâer benadrukte dat zijn fractie van mening is dat een herziening van de financiële perspectieven niet ten koste mag gaan van de landbouwgelden. âOok de landbouw lijdt zwaar onder de huidige financiële crisis en heeft al te lang te maken met grote ombuigingenâ. Hij vroeg de regering zich in te spannen voor een herziening van de financiële perspectieven die ook voor de landbouw uitzicht op concurrentiekracht in de toekomst biedt. De regering zegde dit toe.

Tot slot zal in Brussel ook over Afghanistan gesproken worden. Ormel zei dat een grotere EU-inspanning ten aanzien van EUPOL, het Europese Politiekorps, wenselijk en noodzakelijk is. Hij noemde het redelijk beschamend dat de EU er slechts in slaagt om 400 politieagenten te leveren voor EUPOL. âHet zenden van EUPOL is een gezamenlijk EU-besluit. Dan is het ook een verantwoordelijkheid van iedere lidstaat om naar rato personeel en middelen beschikbaar te stellen voor deze missie. Waarom zendt niet iedere lidstaat net zoveel politieagenten als het vertegenwoordigers in het Europees parlement heeft zitten?â, zo stelde hij. Dat zou al leiden tot een verdubbeling van de EUPOL missie. Minister Verhagen steunde Ormel in zijn pleidooi en zegde toe het punt aan te kaarten.

---