Ministerie van Defensie
Mariniers Tsjaad terug in Nederland
21 maart 2009, 15.21 uur
Het thuisfront is blij dat de mannen weer thuis zijn. De mariniers die
voor de EUFOR-missie naar Tsjaad waren uitgezonden zijn terug op
Nederlandse bodem. Plaatsvervangend Directeur Operaties commodore Ralf
Reefman en commandant van het Korps Mariniers brigadegeneraal Rob
Verkerk heetten hen vanmiddag welkom op vliegbasis Eindhoven.
Het verkenningsdetachement van het Korps Mariniers was sinds juni 2008
actief in het Afrikaanse land en deed tijdens de missie waardevolle
ervaringen op. De 60 Nederlandse militairen maakten deel uit van een
Iers bataljon op Camp Ciara in de plaats Goz Beida, nabij de Soedanese
grens. Deze grootste Europese operatie tot nu toe was erop gericht
bescherming te bieden aan de honderdduizenden vluchtelingen en
ontheemden in de regio.
Konvooi materieel in Abéché
Rebellen
Bij aanvang van hun uitzending werden de mariniers geconfronteerd met
rebellen die NGO-medewerkers en vluchtelingen bedreigden. Het peloton
wist hen tot omkeer te dwingen en verdere escalatie te voorkomen. Met
hun aanwezigheid hebben de mariniers de afgelopen 10 maanden
bijgedragen aan een veiliger omgeving.
EUFOR Tsjaad heeft de verantwoordelijkheden op 15 maart overgedragen
aan United Nations Mission in the Central African Republic and Chad
(MINURCAT). De taken van de Nederlanders in het Ierse bataljon zijn
sindsdien in handen van een Fins verkenningspeloton.
Belading konvooi in Abéché
Materieel
Voor de Vikings was de missie in Afrika de eerste operationele test.
De rupsvoertuigen bewezen onder alle omstandigheden uitstekend te
functioneren. Ze gaan vanaf augustus dit jaar ook ook dienst doen in
Uruzgan, wanneer 22 Marinierscompagnie deel uitmaakt van de Task Force
Uruzgan.
Tot half april is een zogenoemd Redeployment Team actief om al het
materiaal uit Tsjaad terug te krijgen naar Nederland. Begin maart
begon deze logistieke operatie vanuit Goz Beida. Gisteren werd een
aanvang gemaakt met het wegtransport vanaf het hoofdkwartier in Abéché
naar de hoofdstad N'Djamena. Daarvandaan worden alle spullen
uiteindelijk in 5 vluchten met de Nederlandse KDC-10 en
Antonov-transporttoestellen naar Nederland gevlogen.