De Pont stichting
Piet Tuytel
projectzaal
21 maart tm 17 mei 2009
Er zijn beelden die de ruimte annexeren, andere structureren en
definiëren ruimte. Tot die laatste categorie behoren de sculpturen van
Piet Tuytel (Alblasserdam,1956).
Tuytel houdt van het vlakke polderlandschap, waarvan de leegte
tastbaar wordt door een enkele boerderij of mast. Soms ontbreken zelfs
die spaarzame elementen en moet je - zoals hij zegt - zelf je paaltjes
in de grond slaan om de blik te focussen.
Tuytels sculpturen zìjn van dat soort ingrepen. Om ruimte `vorm' te
geven maakt hij gebruik van bestaande voorwerpen. Aanvankelijk liepen
die uiteen van pijpen en buizen tot badkuipen en stoelen, later koos
hij voor neutralere, minder inhoudelijk beladen voorwerpen. In de
afgelopen tien jaar werkte hij met constructiematerialen als T- en
H-balken, waarvan hij de ruimtelijke werking op scherp zette met
behulp van kleur en een afgewogen plaatsing op een metalen grondplaat.
Aan het gebruik van elementaire vormen wordt in de projectzaal van De
Pont een nieuw element toegevoegd. De wandsculpturen, die daar vanaf
21 maart zijn te zien, bestaan uit radiatoren, soms in combinatie met
aluminium traanplaat.
De wandsculpturen hebben de standaardmaten van twee typen radiatoren;
lange smalle van 50 x 250 cm en vierkante van 90 x 90 cm. Van een
aantal laat hij de voorzijde zien, van andere de achterzijde. Met de
aansluitingen voor de leidingen en de aanzetten voor de ophangbeugels
nog duidelijk zichtbaar, blijven de radiatoren als zodanig herkenbaar.
Vanaf het begin van zijn kunstenaarschap is Tuytel op zoek naar
omslagpunten waarop het alledaagse zich in termen van kunst laat
ervaren, maar nog niet vaak voegde het bestaande voorwerp zich zo
vanzelfsprekend en sereen in zijn nieuwe rol als hier. Van zware,
moeilijk te hanteren objecten zijn de radiatoren veranderd in een
abstract veld, waarin licht en schaduw een hoofdrol hebben gekregen.
In een serie van vier krijgt het streng verticale ritme van de
convectoren tegenspel in een veel minder voorspelbaar horizontaal
patroon. Wat op afstand dunne lijnen lijken, blijken van dichtbij de
rafelige sneden van een slijpmachine. De positie, het aantal en de
verdeling van de insnijdingen brengt het vierkante veld op
uiteenlopende manieren in beweging en laat de visuele ruimte wijken of
krimpen.
In het intuïtief zoeken naar ritme onderscheidt Tuytels werkwijze zich
weinig van die van een kunstenaar als Piet Mondriaan, maar de aandacht
voor materialiteit is die van een beeldhouwer. In de reeks hoge
wandsculpturen zijn smalle radiatoren op hun kant geplaatst en
gecombineerd met aluminium traanplaat. De keuze voor dit materiaal,
dat onder meer wordt gebruikt voor laadkleppen, is weloverwogen. Door
het geribbelde oppervlak blijft er enige ruimte tussen radiator en
plaat. Ook de kleine, door het walsen veroorzaakte welving geeft het
materiaal een zekere ruimtelijkheid. Tuytel buit deze uit door het
aluminium zwart te spuiten of juist zo glad te polijsten dat het gaat
reflecteren. Het zwart of de zilverkleur van het traanplaat en het wit
van de radiator hebben ieder hun eigen dieptewerking. Daarvan maakt
Tuytel gebruik bij de opbouw van de wandsculpturen, waarin hij
verschillende ruimtelijkheden als het ware stapelt. In andere wordt de
dynamiek tussen figuur en grond opgeroepen door het gebruik van
`aangesneden' platen. De expansieve werking van deze vormen wordt nog
versterkt door het felle rood waarin de plaat is gespoten.
Tuytels wandsculpturen getuigen van de intense blik van een kunstenaar
die zich laat inspireren door de ruimtelijke dimensie van het
landschap en deze vertaalt in een spel van formele relaties. De
precisie waarmee Tuytel inzoomt, laat zich vergelijken met een
plaatsbepaling in noorderbreedte en oosterlengte, zoals 51°34'4" N
5°4'29" E uit de titel van de tentoonstelling: de coördinaten van de
projectzaal in Museum De Pont.