NVZ Vereniging van Ziekenhuizen
Jaarlijkse ontmoeting NVZ
Tijdens de drukbezochte jaarlijkse ontmoeting van de NVZ op woensdag
11 maart in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag werden twee
toespraken gehouden. NVZ-voorzitter Roelf de Boer wees in zijn rede op
het belang van vertrouwen in de medische zorg, de problemen rond
bouwende ziekenhuizen en de bestuurbaarheid waarover de laatste weken
veel te doen was. Dat laatste was ook voor KNMG-voorzitter Arie
Nieuwenhuijzen Kruseman, die eveneens een toespraak hield, een
belangrijk onderwerp.
"Vertrouwen komt te voet en gaat te paard", zo hield De Boer, met een
verwijzing naar de kredietcrisis, het gezelschap voor. Belangrijk
daarbij is dat iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt en weet wat
zijn rol is. "Het is belangrijk dat de overheid terugkeert naar haar
systeemverantwoordelijkheid en loskomt uit de spagaat van `willen
terugtreden' en `moeten optreden'. Waar we naartoe moeten is een
duidelijke, eenduidige verhouding tussen overheid en maatschappelijk
middenveld. Wat wij willen, is een volwassen bestuurlijke verhouding:
meer verantwoordelijkheden voor ziekenhuizen, ook daar waar nu de
overheid het voor het zeggen heeft, in ruil voor meer vrijheid."
Belangrijk knelpunt om ook in de toekomst kwalitatief goede zorg te
kunnen leveren is volgens de NVZ-voorzitter het wegsijpelen van de
geldstroom voor de bouw van ziekenhuizen. "Door de kredietcrisis
verdwijnen er nu ook goede plannen in de ijskast. De overheid kan dat
voorkomen en daar zelfs economisch van profiteren. Er ligt voor drie
miljard euro aan concrete bouwplannen klaar en voor 15.000 mensjaren
(!) aan werk...dat zegt het Economisch Instituut voor de
Bouwnijverheid ook. De juiste maatregelen voor onze branche kunnen
veel werkgelegenheid bieden en investeringen aanjagen in de
energiehuishouding, in milieumaatregelen en in klimaattechniek. Dat
hoeft de overheid niet eens veel te kosten."
Over de actualiteit rondom de positie van medisch specialisten in
ziekenhuizen zei De Boer onder meer: "Waar het uiteindelijk om gaat,
is verbetering van de kwaliteit, niet om het invoeren van een door de
NVZ opgelegd keurmerk, zoals NRC Handelsblad gisteren suggereerde."
KNMG
Ook Arie Nieuwenhuijzen Kruseman, voorzitter van de Koninklijke
Nederlandsche Maatschappij ter bevordering der Geneeskunst (KNMG),
kwam in de Koninklijke Schouwburg uitgebreid aan het woord. Hij had
het in zijn speech met name over het kwaliteitsbeleid van de KNMG en
haar federatiepartners. Het kwaliteitsbeleid van de KNMG kan in twee
delen worden onderscheiden. Enerzijds het kwaliteitskader, anderzijds
de aansturing en borging daarvan.. Wanneer niet duidelijk is wat met
het eerste wordt bedoeld, kan het tweede niet worden opgepakt." In het
vervolg van zijn betoog wees de KNMG-voorzitter ook op het belang van
goede onderbouwing van kritiek en duidelijk cijfermateriaal als basis
voor beleid. Over het rapport van de Raad voor de Volksgezondheid &
Zorg (RVZ), `Governance en kwaliteit van zorg', zei hij: "Om de
verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van zorg te kunnen waarmaken,
moet de raad van bestuur de ziekenhuisorganisatie, zorgprocessen en
zorgprofessionals centraal kunnen aansturen. De RVZ constateert dat de
raad van bestuur daartoe onvoldoende mogelijkheden heeft. De KNMG is
het met het eerste punt eens, met het tweede niet. De Kwaliteitswet
biedt die mogelijkheden wel, maar deze zijn tot nu toe onvoldoende
benut." Over het door de RVZ voorgestelde omvormen van de Orde van
Medisch Specialisten tot een publiekrechtelijke beroepsorganisatie
(pbo) zei Nieuwenhuijzen Kruseman: "De KNMG en de Orde hebben sterke
aarzelingen bij het voorstel om de medische brancheorganisaties de
status van een pbo te geven." Net als de NVZ ziet de KNMG meer in het
aanpassen van de toelatingsovereenkomst' die een medisch specialist
sluit met het ziekenhuis.