Ministerie van Economische Zaken


Vragen van het lid Van Velzen over wapenhandel en wapenexport via de Nederlandse
Antillen

19 maart 2009 | kamerstuk | PDF document, 29 Kb

Hierbij bied ik u, mede namens de staatssecretaris van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, de antwoorden aan op vragen van het lid
Van Velzen (SP) over wapenhandel en wapenexport via de Nederlandse
Antillen (ingezonden 10 februari 2009 onder nummer 2080912720).


De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA 's-GRAVENHAGE
Datum 19 maart 2009
Betreft Vragen van het lid Van Velzen (2080912720)


g.w.bontenbal@minez.nl
Ons kenmerk
BEB/HP / 9042699
Uw kenmerk
2080912720
Hierbij bied ik u, mede namens de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties, de antwoorden aan op vragen van het lid Van Velzen (SP)
over wapenhandel en wapenexport via de Nederlandse Antillen (ingezonden 10
februari 2009 onder nummer 2080912720).
---

Is het waar dat een bedrijf dat op de Nederlandse Antillen geregistreerd staat een
contract heeft gesloten om voor 2 miljoen Amerikaanse dollar militair materieel te
leveren aan het ministerie van Defensie van Guinee- Bissau?1 Wat is uw oordeel
over deze transactie?
Antwoord
Ik wil beginnen te benadrukken dat de Antillen en Aruba, net als wij,
exportcontrole zien als onderdeel van het economische beleid. Daardoor zijn zij
wat betreft hun in- en uitvoerbeleid autonoom.
Gelet op het feit dat Amnesty International (AI) in het rapport "Blood at the
Crossroads: Making the case for a global Arms Trade Treaty" geen informatie
heeft verschaft over de naam van het bedrijf dat in de Nederlandse Antillen
gevestigd zou zijn, noch informatie verstrekt over de identiteit van de Ivoriaanse
burger die eigenaar of directeur van dit bedrijf zou zijn, noch verifieerbare
bronnen voor deze beschuldiging geeft, is het voor de regering niet mogelijk om
een gegrond en afgewogen oordeel te vellen over het waarheidsgehalte van deze
claim. Dat gesproken wordt van een "registratie" op de Antillen, maar dat
vervolgens België als administratieve vestigingsplaats vermeld wordt, wekt ook
enige verwarring.
Niettemin kan de regering in dit geval wel aangeven dat, indien het om als militair
aangemerkte onderdelen van helikopters zou gaan, die al dan niet via Guinee-
Bissau aan Ivoorkust geleverd zouden gaan worden, deze transactie in strijd zou
zijn met het in 2004 door de VN Veiligheidsraad ingestelde wapenembargo op
Ivoorkust en er bijvoorbeeld voor een uitvoer van zulk materieel vanuit Nederland
dan ook geen vergunning verleend zou worden.
1 Rapport Amnesty International van 17 september 2008 "Blood at the crossroads: Making the case for a global
arms treaty - Campaign briefing" (http://www.amnesty.org/en/library/info/ACT30/013/2008/en)

Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat er wapens geleverd worden aan
Guinee-Bissau, gezien het feit dat de overheid excessief geweld gebruikt tegen
deelnemers aan geweldloos protest en journalisten laat arresteren?
Antwoord
Bij de beoordeling van aanvragen voor de uitvoer van militaire goederen uit
Nederland passen de exportcontrole-autoriteiten de toetsingscriteria van het
Gemeenschappelijk Standpunt (2008/944/GBVB) van 8 december 2008 toe,
voorheen bekend als de EU Gedragscode voor wapenexport. Dit
Gemeenschappelijk Standpunt schrijft voor dat bij aanvragen voor de uitvoer van
militair materieel naar bestemmingen waar de mensenrechten in het geding zijn,
zorgvuldig gekeken wordt of de desbetreffende militaire goederen een rol zouden
kunnen spelen bij eventueel geconstateerde schendingen van die mensenrechten.
Dit betekent dat niet in zijn algemeenheid de uitvoer van militaire goederen naar
zulke bestemmingen verboden zal worden, maar dat de aard en inzetbaarheid van
de goederen een belangrijke rol zal spelen in de beoordeling van aanvragen.
Indien er een relatie tussen een beoogde uitvoer en de
mensenrechtenschendingen gelegd kan worden, zal een dergelijke uitvoer
inderdaad als "onwenselijk" aangemerkt worden en zal de benodigde vergunning
voor de uitvoer niet worden afgegeven. De regering wijst er bij het beantwoorden
van deze vraag overigens op dat in het rapport van Amnesty International niet de
uitvoer van wapens vanuit Nederland naar Guinee-Bissau gesuggereerd wordt,
maar een uitvoer van helikopteronderdelen vanuit Wit-Rusland naar Ivoorkust.
---

Is het waar dat de Guinese autoriteiten niet bekend zijn met deze deal? Is het u
bekend dat het vermoeden bestaat dat de daadwerkelijke bestemming Ivoorkust
is? Is het u bekend dat op het moment van het sluiten van deze deal er een
wapenembargo gold voor Ivoorkust? Welke maatregelen gaat u treffen?
Antwoord
Het rapport van Amnesty International vermeldt dat "Relevant officials in Guinea
Bissau are still investigating this contract", waaruit opgemaakt kan worden dat AI
het contract wel heeft overgelegd aan de autoriteiten van Guinee-Bissau. Zeker is
dat, als het desbetreffende contract na november 2004 is gesloten en de
werkelijke bestemming Ivoorkust was, dit contract, of althans de daaruit
voortvloeiende overdracht van militaire goederen, in strijd was met het vanaf toen
geldende wapenembargo van de VN Veiligheidsraad. De regering heeft de
Antilliaanse exportcontrole-autoriteiten gesuggereerd dat zij AI vragen om de
door AI verkregen informatie met hen te delen.
---

Is het waar dat de eigenaar van dit bedrijf, een Ivoriaanse handelaar, door
Frankrijk gezocht wordt in verband met verdenking van fraude en vervalsing?
Hebben de Franse autoriteiten contact met u opgenomen met betrekking tot deze
handelaar en zijn op de Nederlandse Antillen geregistreerd bedrijf? Zo ja, kunt u
verdere details geven over het contact tussen de Nederlandse en Franse
autoriteiten? Is er op de Antillen onderzoek gedaan naar deze zaak? Zo nee, bent
u bereid hierover in gesprek met hen te gaan?
Antwoord
Op basis van de summiere informatie uit het rapport is niet na te gaan of er
vanuit Frankrijk hierover contact is opgenomen met Nederlandse instanties. Bij
het Antilliaanse Openbaar Ministerie is in ieder geval geen verzoek bekend van de
Franse autoriteiten met betrekking tot deze zaak. De Antilliaanse minister van
Justitie heeft wel aangegeven bereid te zijn om te onderzoeken waar de
beschuldigingen vandaan komen (Antilliaans Dagblad van 11 februari 2009).
---

Hebben de Nederlandse Antillen identiek of vergelijkbaar beleid voor het
controleren en afgeven van vergunningen voor wapenexport als Nederland? Zo
nee, bent u bereid met hen samen te werken om zulk beleid tot stand te brengen,
ook in het licht van een mogelijk toekomstig wapenhandelsverdrag (ATT)?
Worden de eilanden ondersteunt in het controleren van doorvoer en export van
wapens en het tegengaan van wapensmokkel? Zo nee, bent u van mening dat
hier een taak ligt voor Nederland?
Antwoord
Zoals aangegeven in de lijst van vragen en antwoorden van de vaste commissie
voor Economische Zaken (Tweede Kamer, vergaderjaar 2006-2007, 22054, nr.
117, blz. 5) heeft het Besluit strategische goederen, de titel op grond waarvan
vergunningen voor de uitvoer van militaire goederen verstrekt worden, alleen
betrekking op uitvoer vanuit het Europese grondgebied van het Koninkrijk, want
het gaat hierbij niet om een Koninkrijksaangelegenheid. Net als in Nederland is de
exportcontrole op de Antillen en Aruba aldaar wettelijk geregeld als een aspect
van de handelsrelaties met het buitenland.
Nederland werkt in de vorm van het Recherche Samenwerkingsteam nauw
samen met de Nederlandse Antillen en Aruba aan de bestrijding van de zware en
georganiseerde grensoverschrijdende criminaliteit op de eilanden. Daarnaast is er
de samenwerking binnen de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba. De
kustwacht richt zich tevens op de bestrijding van wapensmokkel. Tot slot
ondersteunt Nederland de Nederlandse Antillen op diverse terreinen, waaronder
op het terrein van de grensbewaking.
---

Is het u bekend dat de Nederlandse Antillen vaker benut worden door bedrijven
om wapenhandel te faciliteren? Bent u bereid de economische vrijhandelszone op
de Nederlandse Antillen op korte termijn op te heffen teneinde administratieve en
fysieke wapenhandel/wapenexport via de Nederlandse Antillen te beëindigen?
Antwoord
Nee, het is mij niet bekend dat de Nederlandse Antillen of Aruba worden gebruikt
om wapenhandel te faciliteren.
De Nederlandse Antillen zijn autonoom op het gebied van fiscale zaken,
waaronder ook de economische zones vallen. Hierover heeft de staatssecretaris
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 4 juni 2008 uitgebreid met de
Kamer gesproken.

De Nederlandse Antillen en Aruba zijn eveneens autonoom wat betreft hun in- en
uitvoerbeleid en zijn niet gebonden aan afspraken die Nederland voor het
Koninkrijk in Europa heeft gemaakt. Wel is bijvoorbeeld het Verdrag inzake
chemische wapens (CW) van toepassing, dat voor het gehele Koninkrijk is
ondertekend en geratificeerd.
Als in de toekomst Bonaire, St. Eustatius en Saba onder de verantwoordelijkheid
van Nederland komen te vallen, zal wel wetgeving worden opgesteld, die het
Nederlandse wapenexportbeleid ook op deze drie eilanden van toepassing laat
zijn.
---

Bent u bereid de Kustwacht, politie, marine en FIOD-ECD meer middelen en
bevoegdheden te geven om wapenhandel/wapenexport en de facilitering daarvan
in de belastingzones (zogenaamde paradijzen) via de Nederlandse Antillen te
bestrijden?
Antwoord
De bestrijding van wapenhandel/wapenexport en de facilitering daarvan is een
autonome bevoegdheid van de Antilliaanse autoriteiten. Het is derhalve niet aan
Nederland om de diensten aldaar meer middelen of bevoegdheden toe te kennen.
Gelet op de samenwerking en ondersteuning die Nederland nu al biedt, zie ik
daartoe overigens ook geen aanleiding. Voor de volledigheid vermeld ik hierbij dat
medewerkers van de FIOD/ECD geen bevoegdheden hebben in de Nederlandse
Antillen en Aruba.
---

Wat is reikwijdte van de 'EU Common Position' met betrekking tot wapenhandel?
Geldt dit ook voor de overzeese gebieden?
Antwoord
Het Gemeenschappelijk Standpunt (2008/944/GBVB) van 8 december 2008 geldt
voor het Europese grondgebied van het Koninkrijk en is daarmee niet geldig voor
de Nederlandse Antillen en Aruba.

(w.g.) drs F. Heemskerk

Staatssecretaris van Economische Zaken