NEN


VNCI: vervoer gevaarlijke stoffen moet mogelijk blijven

dinsdag 17 maart 2009, 11:56

Het vervoer van gevaarlijke stoffen tussen de chemieclusters in Nederland en van en naar het Belgische en Duitse achterland moet nu en in de toekomst voor alle modaliteiten (spoor, weg en binnenvaart) mogelijk blijven.

De voor het Basisnet gebruikte risicomodellen moeten daarom een realistisch, goed gekwantificeerd beeld geven van de mogelijke risico's, lokale overheden moeten niet te dicht op het spoor willen bouwen, en het Basisnet moet in overeenstemming zijn met internationale regelgeving. Dat is de strekking van de door de Commissie Transport Gevaarlijke Goederen (CTGG) en mede namens de VNCI opgestelde brief aan de ministeries van V&W, VROM, BZK en EZ. Directe aanleiding voor deze brief vormt de commissiebespreking in de Tweede Kamer op 19 maart over de stand van zaken van het Basisnet.

Volgens de briefschrijvers is het vervoer van gevaarlijke stoffen van wezenlijk belang voor de chemische industrie. Ook levert het een belangrijke economische bijdrage aan de handelsbalans van Nederland. Bedrijven moeten daarom gegarandeerd nu en in de toekomst hun producten kunnen blijven aan- en afvoeren, zowel tussen de chemieclusters in Nederland als naar het Belgische en Duitse achterland.

Daarnaast vindt de CTGG dat het door het Basisnet gebruikte risicomodel in zijn huidige vorm niet in staat is om de risico's realistisch te kwantificeren. Ook kan dit model veiligheidmaatregelen niet goed omzetten naar veiligheidswinst. Voordat het Basisnet eind 2009 definitief wordt, moet daarom het risicomodel verbeterd worden. Verder vindt de commissie dat lokale overheden bij hun ruimtelijke ordening te weinig rekening houden met het vervoer van gevaarlijke stoffen. Dit uit zich vooral in te dicht op of boven het spoor bouwen. Dit staat haaks op de eisen die aan de industrie worden gesteld: zij moet bij het vervoer van gevaarlijke stoffen aan strenge normen voldoen.

Als laatste punt schrijft de CTGG dat de Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen expliciet vermeldt dat de regelgeving voor vervoer van gevaarlijke stoffen in Nederland niet in strijd mag zijn met internationale regelgeving. Of dit het geval is, vormt nog steeds een grote vraag. De CTGG vraagt hiervoor specifieke aandacht van de overheid, zodat er op een later moment geen conflict ontstaat tussen de nationale en internationale regelgeving.

Bron: VNCI

Meer informatie over dit onderwerp kunt u vragen bij chemistry@nen.nl