4. Gids door het doolhof van oorlog websites
Gids door het doolhof van oorlog websites
Toespraak, 16 maart 2009
Auschwitz intikken op Google, leidt tot meer dan 7 miljoen hits.
Sommige sites geven goede, feitelijke informatie, andere zijn
onvolledig en weer andere verdraaien de feiten. Hoe weet je als
bezoeker van een site of deze betrouwbare informatie bevat? Sinds 16
maart biedt WO2online uitkomst. Staatssecretaris Bussemaker opende de
site en sprak onderstaande toespraak uit.
Dames en heren,
Geen twee mensen hebben precies dezelfde mening. Ook - of wellicht
moet ik zeggen `zeker' - over zo'n belangrijke historische gebeurtenis
als de Tweede Wereldoorlog lopen de meningen uiteen.
Vanzelfsprekend kijken Duitsers anders naar de oorlog dan Nederlanders
of Amerikanen. En natuurlijk leeft de oorlog onder Italianen anders
dan onder Engelsen.
Maar los van de achtergronden van iemand - waar je woont, wat de rol
van jouw land en jouw ouders was tijdens de oorlog, hoe oud je bent -
dan nog bestaat er geen communis opinio; iedereen heeft zijn eigen
waarheid.
Bij het vormen van je mening spelen immers tientallen factoren een
rol.
Wij beperken ons vandaag tot één van die factoren, maar wel een heel
belangrijke: de informatiebron.
Welke informatie gebruik je om je een mening te vormen? Welke boeken
en internetsites lees je, welke museale collecties en films bekijk je?
Enzovoort.
Eén van de belangrijkste informatiebronnen van dit moment, zo niet dé
belangrijkste, zeker voor jongeren, is het internet.
Wie een zoon of dochter heeft die wel eens een spreekbeurt moet houden
of een scriptie moet schrijven, snapt waarom.
Binnen enkele uren hebben ze tientallen sites bekeken, teksten geknipt
en weer geplakt en mooie afbeeldingen of wellicht een filmpje
gevonden.
Dit geldt overigens niet alleen voor jongeren, ook ouderen schijnen
steeds vaker surfend hun informatie bij elkaar te sprokkelen.
Snelheid en toegankelijkheid zijn de zegeningen van het internet.
Maar het internet is tegelijkertijd een oerwoud aan informatie, een
doolhof waarin je heel makkelijk kunt verdwalen.
Wie op Google bijvoorbeeld Auschwitz intikt, krijgt maar liefst
7.050.000 hits.
En de site die de zoekmachine bovenaan plaatst, is Wikipedia.
Hiermee is meteen het probleem van het internet als informatiebron
geschetst: hoe weet ik als internetgebruiker welke site ik van de
zeven miljoen moet hebben en hoe weet ik of die betrouwbaar is?
We weten allemaal dat Wikipedia een prachtig middel is om snel
informatie te vinden, maar we weten ook dat iedereen deze informatie
kan aanleveren. En dat die informatie niet altijd de juiste is, is u
ongetwijfeld uit aansprekende voorbeelden ook bekend.
Het verheugt me daarom dat we vanaf vandaag over een Nederlandse
website kunnen beschikken die ons begeleidt door het doolhof aan
informatie over de Tweede Wereldoorlog.
De links die op WO2online staan, zijn betrouwbaar en verstrekken
deugdelijke informatie. Informatie op basis waarvan iemand een
weloverwogen beeld kan schetsen van de oorlog.
Niet alleen nu, maar ook in de toekomst. En u weet dat dat een van de
pijlers van mijn beleid is: het bestendigen van de
oorlogsgeschiedenis.
Ik ben erg blij dat het Nationaal Comité 4 en 5 mei deze enorme klus
heeft geklaard. Want ga er maar aan staan: je een weg banen door de
miljoenen sites en ze beoordelen op juistheid. De redactiecommissie
die zich hier mee bezighoudt, verdient alle lof.
Bovendien is WO2online meer dan een verzameling van door de
redactieraad goedgekeurde links over de Tweede Wereldoorlog. Wie de
website als een portal omschrijft doet haar te kort.
De site bevat ook wisselende tentoonstellingen.
Het spits wordt afgebeten door een tentoonstelling die de eerste vijf
dagen van Nederland in oorlog behandelt.
Niet alleen zijn indrukwekkende foto's te zien en is er veel te lezen,
er zijn ook originele films te bekijken en authentieke
geluidsfragmenten te horen.
Het is alsof je een museum in huis haalt. Ook jongere generaties
kunnen zo op indringende wijze kennis maken met de oorlog.
En er is nog meer. Ook grote delen van het nationaal erfgoed van de
oorlog zijn te bekijken en te raadplegen. Je kunt doordringen in de
fotobeeldbank, oude kranten en dagboeken lezen, bonnenkaarten zien,
enzovoort.
De digitale verzameling van de oorlog, die we de laatste jaren hebben
opgezet is hierdoor voor iedereen grotendeels toegankelijk geworden.
Helaas is nog niet alles op het internet geplaatst, maar er is een
zeer aansprekend begin gemaakt. De rest zal binnen afzienbare tijd
volgen.
Door de verschillende functies die WO2online vervult, is het een
aantrekkelijk platform geworden waar mensen - jong en oud - terecht
kunnen voor verschillende vormen van informatie over de oorlog. Ik ben
er van overtuigd dat de site veelvuldig gebruikt gaat worden en
daardoor een belangrijke bijdragen zal leveren aan de kennis over de
Tweede Wereldoorlog.
En daarmee past het bij de andere initiatieven van het Erfgoed van de
Oorlog, zoals de beeldbank en de tv-serie die in de maak is. En ik
denk ook aan projecten als De Bunker, waar mensen geconfronteerd
worden met wezenlijk oorlogsvragen. Bijvoorbeeld: Wat had jij gedaan
als de vader van je vriendin lid was van de NSB.
Betekent dit nu dat de overheid bepaalt hoe je met de oorlog moet
omgaan?
Nee, zeker niet.
Ik hoop ook dat WO2online niet alleen informatie biedt, maar ook leidt
tot discussies. Tenslotte heeft iedereen een andere mening.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport