Ministerie van Buitenlandse Zaken

AIV briefadvies inzake Oostelijk Partnerschap

Rusland en Turkije en zijn nodig bij Oostelijke Burenbeleid EU

17-03-2009 | Persbericht | Ministerie van Buitenlandse Zaken

In een vandaag uitgekomen advies over het `Oostelijk Partnerschap' constateert de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) dat de Europese Unie bij het ontwikkelen van een beleid voor de Oostelijke buurlanden twee belangrijke regionale spelers niet uit het oog mag verliezen: Rusland en Turkije. Rusland maakt op eigen verzoek geen deel uit van het nabuurschapsbeleid, maar is natuurlijk de 'andere buur' van de oostelijke buren van de EU. Turkije is niet alleen kandidaat-lidstaat van de EU, maar is tevens een belangrijke partner van de drie kaukasische republieken.

Het Oostelijk Partnerschap
De AIV heeft het briefadvies op verzoek van de regering uitgebracht naar aanleiding van de voorstellen die de Europese Commissie in december 2008 heeft gedaan om te komen tot een Oostelijk Partnerschap. De AIV is positief over het feit dat de Commissie speciale aandacht geeft aan de oostelijke buurlanden - Oekraïne, Moldavië, Georgië, Armenië en Azerbeidzjan en over enige tijd wellicht Wit-Rusland. De EU kan een positieve rol spelen bij de economische ontwikkeling en de vergroting van stabiliteit van deze landen. Daarnaast heeft de EU eigen belangen in deze regio, speciaal op energiegebied, die een grotere aandacht rechtvaardigen. De AIV ziet in het Oostelijk Partnerschap mogelijkheden tot multilaterale samenwerking waar het Europees Nabuurschapsbeleid alleen in bilaterale samenwerking voorziet. De meerwaarde van het Oostelijk Partnerschap zit met name in de ruimere toegang tot de interne markt van de EU en diepe en omvattende vrijhandelsakkoorden op de lange termijn. Daarnaast noopt de huidige economische crisis de EU om de economische en financiële steun aan deze landen een hoge prioriteit te geven.

Belang van een toetredingsperspectief
De AIV is kritisch over het feit dat zowel de Nederlandse regering als de Commissie er sterk de nadruk op legt dat een perspectief op toetreding tot de Unie voor deze landen op dit ogenblik niet aan de orde is. Hoewel geen van deze landen op korte termijn klaar is voor toetreding, zou volgens de AIV het bieden van een vooruitzicht op toetreding op langere termijn de EU een betere positie geven om economische en politieke hervormingen in deze landen te stimuleren. Op grond van het EU-Verdrag hebben de betrokken landen ook het recht een aanvraag voor het lidmaatschap in te dienen, mits zij aan bepaalde voorwaarden voldoen.

Vervolgadvisering
Naast het nu verschenen briefadvies zal de AIV binnenkort ook in een uitgebreid advies, aangaande het Oostelijk Partnerschap, aandacht besteden aan de gevolgen van de economische crisis en uitbreiding van de NAVO. Het Oostelijk Partnerschap wordt hiermee in een bredere context geplaatst.

Het briefadvies is opgesteld door een werkgroep onder voorzitterschap van prof.dr. A. van Staden. Voor eventuele vragen is prof. Van Staden bereikbaar op tel. 071-589 6641 of 071-527 8937 (dinsdagmiddag afwezig).

* Ministerie van Buitenlandse Zaken

* Bezuidenhoutseweg 67

* Postbus 20061

* 2500 EB Den Haag

* Tel.: 070-3 486 486

* Fax: 070-3 484 848

* Internet: www.minbuza.nl