1 1
> Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6
der Staten-Generaal 2597 JG Den Haag
Binnenhof 4 Postbus 20901
2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 61 71
F 070 351 78 95
Contactpersoon
---
T -
Ons kenmerk
VENW/DGMo-2009/1444
Uw kenmerk
Datum 16 maart 2009 -
Onderwerp Kamervragen lid Cramer spoorboekloos rijden Bijlage(n)
---
Geachte voorzitter,
Hiermee beantwoord ik de vragen die het lid Cramer heeft gesteld over berichten
t.a.v. spoorboekloos rijden.
1
Kent u het bericht "Spoorboekloos treinen voorlopig onmogelijk"? 1)
1
Ja, dit bericht is mij bekend.
2
Wat is de reden dat het spoorboekloos treinen nu toch niet mogelijk blijkt in 2010
tussen Utrecht en Eindhoven? Bij het formuleren van het voornemen om 12
treinen per uur te laten rijden was toch al bekend dat dit traject ook
goederenvervoer kent?
2
De spoorsector heeft in het plan Ruimte op de Rails (bijlage bij de eerste
voortgangsrapportage Kabinetsambities spoor (VenW-DGMo-2008/1567) van 4
september 2008) aangegeven de ambitie te hebben om voor 2012 in de spits een
eerste concrete stap te zetten op weg naar het eindbeeld van hoogfrequent
spoorvervoer. Daarbij zet de spoorsector in op zes Intercity's en zes Sprinters per
uur op een deeltraject in de spits.
De sector loopt hiermee vooruit op een eindfase die op termijn zal worden bereikt
zodra de investeringen in het kader van het Programma Hoogfrequent
Spoorvervoer (PHS) zijn gerealiseerd. Dan zijn de gehele dag meer treinen op
grote delen van de corridor mogelijk en niet zoals in de voorfase die nu in beeld is
in de spits of op een deeltraject. Uit het plan Ruimte op de Rails en de LMCA-
spoor is gebleken dat voor hoogfrequent spoorvervoer op dit traject in alle
gevallen ook extra infrastructuur benodigd is. Het was binnen de spoorsector van
meet af aan bekend dat er op dit druk bereden traject ook goederenverkeer dient
te worden geaccommodeerd, onder meer naar en van de Betuweroute (zie
paragraaf 5 van het plan Ruimte op de Rails).
a
Pagina 1 van 4
Mede met het oog op een voortvarende uitvoering van het Actieplan Groei op het
Datum
Spoor, is de invoering van een eerste concrete stap in de spits van het
hoogfrequent spoorvervoer bezien in het ontwerp- en capaciteitsverdelingsproces Ons kenmerk
voor de dienstregeling 2010. NS heeft hierbij in de spits een klokvaste VENW/DGMo-2009/1444
dienstregeling van zes Intercitiy's en zes Sprinters ingediend. De goederen-
vervoerders hebben over de dag gelijkmatig verdeelde rijmogelijkheden vanuit
Amsterdam naar de Betuweroute en het zuiden van het land aangevraagd. Dit
heeft tot de conclusie geleid dat er voor de dienstregeling 2010 op de beschikbare
infrastructuur geen maakbare en robuuste dienstregeling te ontwerpen is om
zowel de gewenste extra personentreinen als de goederentreinen te rijden op dit
druk bereden traject.
Inmiddels is een gezamenlijke werkgroep ingesteld die de mogelijkheden van een
spoorboekloos rijden systeem in de dienstregeling 2011 op dit traject diepgaand
onderzoekt. Dit kan vervolgens worden betrokken bij het capaciteits-
verdelingsproces van de dienstregeling 2011. Het plan voor spoorboekloos rijden
tussen Amsterdam en Eindhoven is voor 2011 dan ook niet van de baan.
Gelet op het feit dat de extra infrastructuur op het traject Utrecht-Den Bosch in
het kader van VleuGel/Randstadspoor rond Utrecht en het Herstelplan Spoor de
komende jaren nog niet beschikbaar is, wordt dit mijns inziens een behoorlijke
opgave. Ik hoop van harte dat de sector erin slaagt deze ambitie waar te maken.
Verdere structurele uitbreiding van de capaciteit ontstaat zodra de investeringen
in het kader van PHS zijn gerealiseerd.
3
Indien er sprake is van een sterkere groei van het goederenvervoer dan
verwacht, heeft deze groei dan ook gevolgen voor de capaciteit voor extra
personentreinen op andere trajecten en voor de groeiambities voor het
personenvervoer uit het coalitieakkoord?
3
Er is geen sprake van nieuwe inzichten die duiden op een sterkere groei van het
goederenvervoer in de periode tot 2020.
4
Indien er sprake is van een verkeerde inschatting van de capaciteit van de
infrastructuur op dit traject; is er dan ook mogelijk elders op het net de capaciteit
voor de komende jaren te hoog ingeschat? Zo ja, wat betekent dit voor de
kabinetsambities voor groei van het personenvervoer op het spoor en de
geplande investering van 4,5 mrd uit de Mobiliteitsaanpak?
4
Er is geen sprake van een verkeerde inschatting van de capaciteit, zie hiervoor
het antwoord op vragen 2 en 3. Het geschetste proces en de conclusies die dat
heeft opgeleverd bevestigen naar mijn mening de noodzaak van de voortvarende
aanpak en besluitvorming die ik voor PHS heb ingezet. Die aanpak zal vóór de
zomer van 2010 tot politieke besluiten leiden om te komen tot de noodzakelijke
uitbreiding van de infrastructuur op de drukst bereden corridors. Dit om de
ambities van hoogfrequent spoorvervoer en het verwerken van het groeiende
goederenvervoer in goede banen te leiden.
Pagina 2 van 4
5
Datum
Ziet u mogelijkheden om door versneld aanleggen van inhaalsporen,
seinverdichting e.d. de capaciteit op dit traject voor 2010 te vergroten? Ons kenmerk
VENW/DGMo-2009/1444
5
Zoals bekend is er thans een planstudie gaande voor dit traject. Besluitvorming
van dit Kabinet over de planstudies die onderdeel zijn van PHS zal vóór de zomer
van 2010 plaatsvinden. Dat is een ambitieuze planning. Ik zie dan ook, zoals
reeds aangegeven tijdens de MIRT-behandeling, geen reële mogelijkheden om op
dit traject grote(re) infrastructurele investeringen te versnellen.
De mogelijkheden om op korte termijn de frequenties te kunnen verhogen zullen
moeten blijken uit de diepgaande studie die de komende maanden door de sector
wordt uitgevoerd. Hieruit zal blijken welke maatregelen precies nodig zijn en kan
worden beoordeeld of maatregelen op korte termijn zinvol en haalbaar zijn.
Hierbij worden verschillende opties bezien, zoals bijvoorbeeld slimme
aanpassingen van het dienstregelingsontwerp, inzet bepaald type materieel en/of
kleine infrastructurele aanpassingen, zoals te doen gebruikelijk in een
capaciteitsvergrotingsplan. Het gaat om maatregelen die in december 2010 ten
behoeve van de dienstregeling 2011 gereed kunnen zijn.
6
Wat is de stand van zaken van de projecten uit de Tweede Fase Herstelplan Spoor
op de corridor Utrecht-Eindhoven? Worden deze projecten op tijd opgeleverd?
6
ProRail heeft aangegeven dat de spoorprojecten uit het Herstelplan op de corridor
Utrecht-Eindhoven uiterlijk 2012 conform planning gereed zullen zijn, voor het
project Den Bosch Noord is een doorloop tot in 2013 voorzien in geval van
bezwaar en beroep, zoals aangegeven in antwoorden van 7 november 2008 in het
kader van het MIRT-projectenboek 2009.
7
Op welke wijze zou er in 2011 mogelijk wel ruimte beschikbaar zijn voor
spoorboekloos rijden?
7
Zie hiervoor antwoord het op de vragen 2 en 5.
8
Is de corridor Utrecht-Eindhoven inmiddels conform EU Richtlijn 2001/14, artikel
22, lid 1 en de motie-Cramer (29 893-56) onverwijld overbelast verklaard? Zo
nee, waarom niet?
8
Ja, ProRail heeft gelet op de aanvragen zoals aangegeven in antwoord op vraag 2,
het traject Amsterdam-Eindhoven inmiddels overbelast verklaard.
Vervolgens wordt een capaciteitsanalyse opgesteld. Dit zal, zoals aangegeven in
antwoord 5, betrekking hebben op korte termijnmaatregelen die in december
2010 ten behoeve van de dienstregeling 2011 gereed kunnen zijn. Grootschalige
aanpassingen aan de infrastructuur voor de periode 2013-2020 worden afgeleid
uit de lopende planstudies van PHS waarover vóór de zomer van 2010
besluitvorming zal plaatsvinden.
Pagina 3 van 4
Datum
Hoogachtend,
Ons kenmerk
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT, VENW/DGMo-2009/1444
ir. Camiel Eurlings
1) NU.NL 29 januari 2009
Pagina 4 van 4
Ministerie van Verkeer en Waterstaat