CNV Onderwijs
16 maart 2009
Reiskosten en ouderschapsverlof in de CAO Kenniscentra 2007-2010
Categorie: cao kenniscentra
In de lopende CAO Kenniscentra 2007-2010 staat een storende fout, die
door cao-partijen hersteld is. Het gaat om de groep medewerkers die
uit hoofde van hun functie niet over een auto hoeven te beschikken.
Enerzijds staat in bijlage VII artikel 2c dat voor hen bij
dienstreizen voor de eerste 10.000 kilometer een vergoeding geldt van
0,19 eurocent per kilometer, anderzijds wordt elders in bijlage 3b een
vergoeding genoemd van 30 eurocent per kilometer. Cao-partijen zijn
overeengekomen dat de in bijlage 3b genoemde vergoeding voor de eerste
10.000 kilometer prevaleert boven de hiervoor besproken passage in
artikel 2c. De vergoeding voor dienstreizen bedraagt dus 30 eurocent
per kilometer voor de eerste 10.000 kilometer.
Een tweede aandachtspunt betreft de regeling Ouderschapsverlof. Sinds
1 januari dit jaar is de wettelijke regeling inzake het onbetaald
ouderschapsverlof verruimd. De maximale duur van het onbetaald
ouderschapsverlof is nu 26 weken (bij volledig verlof). De nieuwe
regeling gaat
gelden voor het verlof dat na 1 januari 2009 ingaat, ongeacht het
moment waarop het verlof is aangevraagd. Volledigheidshalve zij
opgemerkt dat de verlenging van de duur van het onbetaald
ouderschapsverlof geen gevolgen heeft voor de duur van het betaald
ouderschapsverlof. Deze blijft 416 uur per kind.
CAO-partijen zullen de CAO Kenniscentra niet wijzigen, maar zijn van
mening dat volstaan kan worden met een uitspraak over hoe vanaf 1
januari dit jaar om te gaan met het nieuwe wettelijk regime in relatie
tot de lopende CAO Kenniscentra.
De medewerker maakt gebruik van het onbetaald ouderschapsverlof
In het geval gekozen wordt voor onbetaald ouderschapsverlof, bestaat
aanspraak op 26 volle weken onbetaald verlof. Het verlof wordt genoten
gedurende een aaneengesloten periode van 12 maanden. Het verlof
bedraagt dan de helft van het aantal arbeidsuren per week. Conform
artikel 10.1.1 lid 6 van de CAO Kenniscentra kan een andere periode
worden afgesproken. Betrokkene kan na gebruikmaking van de regeling
onbetaald ouderschapsverlof geen rechten laten gelden op betaald
ouderschapsverlof.
De medewerker maakt gebruik van betaald ouderschapsverlof
Indien eerst gebruik wordt gemaakt van het betaald ouderschapsverlof
(416 uur verlof: zie artikel 10.1.2 lid 2) heeft de medewerker
aansluitend nog gedeeltelijke aanspraak op onbetaald
ouderschapsverlof. Betrokkene heeft dan recht op 13 volle weken
onbetaald ouderschapsverlof. Het verlof wordt, tenzij anderszins wordt
overeengekomen, aansluitend opgenomen gedurende een aaneengesloten
periode van ten hoogste zes maanden, waarbij het verlof de helft van
het aantal arbeidsuren per week bedraagt. Conform artikel 10.1.1. lid
6 van de CAO-kenniscentra kan een langere periode worden afgesproken,
onderscheidenlijk meer uren verlof per week dan de helft van de
arbeidsduur per week.
Zie voor de volledige tekst van de tussen cao-partijen gemaakte
afspraken de brief die via deze link is te downloaden.
---