Gemeente Binnenmaas
Herontwikkeling Klein Koninkrijk niet op korte termijn haalbaar
Er is een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden voor
herstructurering van Klein Koninkrijk in s-Gravendeel. In dit
haalbaarheidsonderzoek wordt een richting neergezet voor een mogelijke
herontwikkeling met bedrijvigheid en deels woningbouw. Deze ambitie is
voorgelegd aan diverse partijen. Het college van burgemeester en
wethouders van Binnenmaas trekt nu de conclusie dat de
herstructurering van Klein Koninkrijk op dit moment beleidsmatig en
bestuurlijk niet haalbaar lijkt.
Een aantal jaren geleden is gestart met het onderzoeken van de
mogelijkheden voor herontwikkeling van dit terrein in s-Gravendeel.
Aanleiding hiervoor was een gesprek tussen de gemeente en de
grondeigenaren Heuvelman en HKS Metals. In 2004 is een
haalbaarheidsonderzoek naar mogelijke herontwikkeling gestart. Op
verzoek van de toenmalige gemeente s-Gravendeel lag de
verantwoordelijkheid hiervoor bij Drechtsteden. Doel van de
herontwikkeling was toen om de overlast van een zwaar bedrijf weg te
nemen, een uniek woonklimaat te realiseren, s-Gravendeel weer met het
gezicht naar de rivier te keren en zodoende een verrommelde situatie
op te knappen. Later, toen bleek dat volledige woningbouw niet
mogelijk was, is ten doel gesteld dit bedrijfsterrein beter in te
richten en er een, voor de regio zeer geschikte invulling aan te
geven, met bedrijven in de maritieme sector.
Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland hebben nu echter te
kennen gegeven dat zij de voorgestelde herontwikkeling niet
ondersteunen. De provincie kan zich vooral niet vinden in de plannen
voor herontwikkeling vanwege het verlies aan watergebonden
bedrijventerrein met een bestemming als terrein voor bedrijven met een
Hoge Milieu Categorie. Daarnaast wordt woningbouw op die plek als te
solitair aangemerkt en vind de provincie dat deze ontwikkeling wat
woningbouw betreft niet past in het migratiesaldo-0-beleid zoals dat
voor de Hoeksche Waard wordt gevoerd. Daarnaast zou het volgens de
provincie mogelijke (toekomstige) belemmeringen voor de omliggende
bedrijventerreinen kunnen opleveren.
Het college legt haar eindconclusie over de haalbaarheid voor aan de
gemeenteraad van Binnenmaas en aan het Drechtstedenbestuur. Ook de
belangrijkste overlegpartners worden uiteraard geïnformeerd. Overigens
worden door Binnenmaas de uitgangspunten voor de herontwikkeling van
Klein Koninkrijk wel ondersteund. Ontwikkelingen die het realiseren
van de ambities voor dit terrein in de komende 10 á 15 jaar kunnen
dwarsbomen, zullen dan ook zoveel mogelijk worden bijgestuurd.