MinLNV | Kamervragen over de tijdige aanmelding VAMIL-regeling
Geachte Voorzitter,
Hierbij doe ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, de antwoorden
toekomen op de vragen die gesteld zijn door de leden Snijder-Hazelhoff en Remkes (beide
VVD) inzake de tijdige aanmelding VAMIL-regeling voor staatssteuntoets.
1. Bent u bekend met het artikel 'LNV wel degelijk in gebreke'?
Ja.
2. Is het waar dat alle investeringen in gebouwen die worden geraakt door de
afschrijvingsbeperking van 50% van de WOZ waarde, die in 2007 en 2008 zijn aangemeld
onder de Vamil-regeling, in het geheel niet in aanmerking komen voor de variabele
afschrijving tot 100% van de WOZ waarde (dus ook niet na de goedkeuring door de
Europese Commissie)?
Alle investeringen in gebouwen in eigen gebruik die in 2007 en 2008 zijn gedaan in het
kader van de VAMIL komen in aanmerking voor willekeurige afschrijving tot de bodemwaarde
(50% van de WOZ waarde). Investeringen die vanaf 2009 zijn gedaan in gebouwen
in eigen gebruik in het kader van de VAMIL komen in aanmerking voor willekeurige
afschrijving tot de restwaarde.
3. en 4. Hoe is deze beperking van de Vamil-regeling met betrokken ondernemers
gecommuniceerd? Heeft u er alles aan gedaan om de indruk weg te nemen dat de
variabele afschrijving tot 100% van de WOZ-waarde in 2007 en 2008 wel van toepassing
was?
Was u ervan op de hoogte dat het sinds 1 januari 2007 niet meer is toegestaan om met
terugwerkende kracht steun te verlenen? Zo ja, vanaf welk moment was u hiervan op de
hoogte? Is het waar dat u de VAMIL-regeling onder het nieuwe afschrijvingsregime pas op
25 april 2008 heeft aangemeld voor de staatssteuntoets bij de Europese Commissie? Zo
nee, wanneer heeft dit dan plaatsgevonden? Zo ja, waarom heeft u deze regeling zo laat
aangemeld? Was u op de hoogte van de consequenties voor de betrokken ondernemers
van dit late handelen, mede gelet op de te verwachten nadelen van de destijds ingevoerde
afschrijvingsbeperking op gebouwen?
Met de inwerkingtreding van de Wet werken aan winst, waarmee is voorzien in wijziging
van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Wet IB 2001), is vanaf 1 januari 2007 bepaald dat
gebouwen tot aan de bodemwaarde kunnen worden afgeschreven en niet langer tot aan
de restwaarde. Bij nota van wijziging is geregeld dat Vamil-investeringen niet door de
afschrijvingsbeperking voor gebouwen worden geraakt. In de toelichting bij de nota van
wijziging is aangegeven dat de maatregel naar verwachting als staatssteun moet worden
aangemerkt en om die reden zal worden gemeld bij de Europese Commissie (hierna: EC).
Hierbij is opgemerkt dat de maatregel pas na goedkeuring van de EC in werking kan
treden, waarbij zonodig sprake kan zijn van terugwerkende kracht tot en met 1 januari
2007.
Eén van de uitgangspunten van het staatssteunbeleid is dat steunverlening voor reeds
verrichte activiteiten - met terugwerkende kracht - niet geoorloofd is. Bij de indiening bij
de EC op 25 april 2008 heb ik desondanks verzocht om goedkeuring met ingang van 1
januari 2007. De EC heeft daarop aangegeven hier niet mee in te stemmen. Omdat de EC
vervolgens op 10 december 2008 de VAMIL goedkeurde, kunnen - op grond van dat
besluit - uitsluitend investeringen vanaf 2009 voor de fiscale faciliteit in aanmerking
komen.
5. Bent u, alles overziende, nog steeds van mening dat u niet te verwijten valt als het gaat
om het feit dat ondernemers die hebben geïnvesteerd in duurzame gebouwen in 2007 en
2008 nu de helft minder kunnen afschrijven? Zo ja, hoe verhoudt dit zich dan tot de late
aanmelding van de VAMIL-regeling voor de staatssteuntoets? Zo nee, hoe gaat u
gedupeerde ondernemers tegemoet komen?
Helaas is het proces van indiening en goedkeuring van de VAMIL niet vlotter verlopen,
waardoor de VAMIL pas in december 2008 is goedgekeurd.
Ik zie geen mogelijkheden voor individuele compensatie. Het toekennen van individuele
compensatie betreft steun; vanuit Brussels perspectief is dat niet toegestaan.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit