Academisch ziekenhuis Maastricht
Eenderde CTMM-geld voor Maastricht
Publicatiedatum: 12-03-2009
Bron: persbericht
Auteur: stafdienst communicatie
Datum: 12-03-2009
Eenderde van onderzoeksgelden door het publiek-private
samenwerkingsverband CTMM (Center for Translational Molecular
Medicine) zijn toegekend aan Maastrichtse onderzoekers. Van de in
totaal van 100 miljoen euro voor acht projecten gaat 35 miljoen euro
naar drie projecten van het onderzoekinstituut Hart en Vaatziekten
(CARIM) van het Maastricht UMC+/UM.
Het gaat om de volgende drie projecten:
* Innovatie in de diagnostiek van de bloedstolling (Incoag):
Projectleider: prof.dr. Hugo ten Cate, Instituut Hart- en Vaatziekten,
Biochemie
* Bepalen van de hoogrisico plaque door (moleculaire) imaging en
modellering (Parisk):
Projectleider: prof.dr. Mat Daemen, Instituut Hart- en Vaatziekten,
Pathologie
*Nieuwe bloedvaten in beeld (Eminence):
Projectleider: prof.dr. Mark Post, Instituut Hart- en Vaatziekten,
Fysiologie
CTMM
Het Center for Translational Molecular Medicine - het Nederlandse
publiek-private samenwerkingsverband dat zich richt op het onderzoeken
en ontwikkelen van nieuwe technieken voor de diagnose en behandeling
van de belangrijkste chronische aandoeningen - heeft vandaag
aangekondigd dat het 100 miljoen euro beschikbaar heeft gesteld voor
acht nieuwe onderzoeksprojecten. Dit betekent dat CTMM nu in totaal
bijna 250 miljoen euro heeft toegewezen aan translationele projecten
in Nederland die patiënten met aandoeningen als de ziekte van
Alzheimer, reumatoïde artritis, sepsis, hart- en vaatziekten en de
belangrijkste vormen van kanker ten goede zullen komen.
De nieuwe projecten omvatten elk een consortium van partners uit de
universitaire wereld en het bedrijfsleven. Alle acht universitaire
medische centra en vijf vooraanstaande onderzoeksinstituten zijn
betrokken, alsmede 29 bedrijven uit het MKB en 15 grote bedrijven. De
helft van de subsidie voor deze nieuwe projecten wordt door de
Nederlandse overheid verstrekt. De andere helft is afkomstig van het
bedrijfsleven en de universitaire instellingen.
Deze toewijzing aan de drie Maastrichtse projecten bewijst eens te
meer dat het instituut Hart en Vaatziekten van het Maastricht UMC+
behoort tot de leidende instituten op dit veld in Nederland.
De Maastrichtse projecten elk kort toegelicht.
Incoag: Innovatie in de diagnostiek van de bloedstolling
Projectleider: prof.dr. Hugo ten Cate, Instituut Hart- en Vaatziekten,
Biochemie
Ondanks de toenemende kennis over de mechanismen van de bloedstolling,
is het nog steeds lastig om individuele risico's van trombose te
bepalen. In het Incoag-project worden laboratoriumbepalingen
ontwikkeld om dit risico te kunnen inschatten: `acute biomarker
assays' om de specifieke activeringsproducten van de stolling in het
bloed te meten en `capaciteits assays', waarmee de snelheid en mate
cab het stollingsproces wordt gemeten. Bovendien wordt met nieuwe
technieken gezocht naar nog onbekende stollingsfactoren. De laatste
fase van het onderzoek is gericht op de klinische toepasbaarheid van
de ontwikkelde methoden.
Meer informatie:
Parisk: Bepalen van de hoogrisico plaque door (moleculaire) imaging en
modellering
Projectleider: prof.dr. Mat Daemen, Instituut Hart- en Vaatziekten,
Pathologie
Hersen- en hartinfarcten worden veroorzaakt door het scheuren van
kwetsbare atherosclerotische plaques in de bloedvaten. De kans op het
scheuren van zo'n plaque is moeilijk te voorspellen:
catheter-gebaseerde technieken zijn niet geschikt voor
vroegdiagnostiek en met bloedbepalingen van bv. cholesterol kunnen
geen individuele risico's worden vastgesteld. Non-invasieve methoden
zoals MRI, ultrageluid of PET/CT zijn veelbelovend, maar verdere
ontwikkeling van deze technieken is nodig om de voorspellende waarde
te verhogen. In het Parisk project worden algoritmen ontwikkeld
waarmee de progressie van plaques kan worden vastgesteld, het
individuele risico voor herseninfarcten kan worden bepaald, therapie
persoonsgebonden kan worden gemaakt en nieuwe medicijnen kunnen worden
ontwikkeld.
Meer projectinformatie:
Eminence: Nieuwe bloedvaten in beeld
Projectleider: prof.dr. Mark Post, Instituut Hart- en Vaatziekten,
Fysiologie
Groeifactoren zijn zeer krachtige geneesmiddelen die de vaatgroei bij
bepaalde hart- en vaatziekten stimuleren. De therapeutische waarde van
groeifactoren schiet echter nog tekort, omdat neovascularisatie nog
moeilijk te detecteren is, waardoor het lastig is om te voorspellen
welke patiënten baat hebben bij dit middel. Het Eminence project is
gericht op verbetering van MRI, PET/CT en SPECT beeldvormingsmethoden,
zowel in de apparatuur als in de gegevensanalyse. Bovendien worden
nieuwe slimme contrastmiddelen ontwikkeld die moleculaire patronen van
bloedvaten herkennen zodat beoordeling en monitoring van de therapie
beter mogelijk wordt. Met klinische studies worden de patiënten
geïdentificeerd die op de therapie reageren.
Meer projectinformatie:
Meer informatie over het Center for Translational Molecular Medicine:
www.ctmm.nl