4. Antwoorden op kamervragen van Fritsma en Agema over het aantrekken
van allochtone zorgmedewerkers voor allochtone patiënten
Antwoorden op kamervragen van Fritsma en Agema over het aantrekken van
allochtone zorgmedewerkers voor allochtone patiënten
Kamerstuk, 9 maart 2009
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
MEVA-K-U-2914616
9 maart 2009
Geachte voorzitter,
Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker, mede namens de minister
van Wonen, Wijken en Integratie en de minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport, op de vragen van de Kamerleden Fritsma en Agema
(beiden PVV) over het aantrekken van allochtone zorgmedewerkers voor
allochtone patiënten (2080912190).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van het project "Kleurrijke zorg werkt"? 1)
Antwoord 1
Ja, ik heb op 4 februari zelf de aftrap mogen geven voor dit zinvolle
project.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u het dat gericht allochtone zorgmedewerkers worden
geworven? Hoe verdedigt u het buitensluiten van gekwalificeerd
autochtoon personeel?
Antwoord 2
Het is een hele goede zaak dat in de zorg meer geïnvesteerd wordt in
allochtone vrouwen, met name van Turkse en Marokkaanse afkomst. Het is
geenszins de bedoeling van het project om gekwalificeerde autochtonen
buiten te sluiten. Gegeven de toenemende zorgvraag hebben we in de
zorg al het beschikbare personeel hard nodig. Op dit moment zijn
weinig Turkse en Marokkaanse vrouwen werkzaam in de zorg, terwijl die
sector voor hen perspectief biedt. Tegen die achtergrond is het
logisch dat er extra inspanningen gepleegd worden om meer allochtone
vrouwen naar de zorg te halen.
Vraag 3
Waarom moet in de zorg rekening worden gehouden met de wensen en
behoeften van allochtonen?
Antwoord 3
In de zorg moet rekening gehouden worden met de wensen en behoeften
van alle cliënten: jong en oud; man en vrouw; alleenstaand en gehuwd;
gelovig en ongelovig; en ook autochtoon en allochtoon. Om die reden is
het ook goed dat het personeelsbestand een goede afspiegeling is van
de maatschappij, zodat zo goed mogelijk met alle verschillende wensen
en behoeften rekening gehouden kan worden. Ook daarom is het zinvol om
meer Turks en Marokkaans personeel te werven voor de zorg. Overigens
is daarmee niet gezegd dat Turks en Marokkaans personeel alleen voor
Turken en Marokkanen zorgt. Sterker nog, in de toekomst zijn zij
wellicht hard nodig om de zorg aan alle Nederlanders te kunnen
garanderen.
Vraag 4
Realiseert u zich dat daarmee het verkeerde signaal wordt afgegeven
dat de Nederlandse samenleving zich wel aan allochtonen aanpast in
plaats van andersom?
Antwoord 4
Het is toe te juichen dat de zorg zorgdraagt voor voldoende
gekwalificeerd personeel dat tegemoet komt aan de zorgvraag van de
patiënt. Het belang van het project "Kleurrijke zorg werkt" is
tweeledig, namelijk een bijdrage leveren aan voldoende gekwalificeerd
personeel in de gezondheidszorg, en bovendien ook nog inspelen op de
veranderde zorgvraag door de verkleuring van het patiëntenbestand. Dat
gebeurt vanzelfsprekend binnen de kernwaarden van onze samenleving,
waarin gelijke behandeling centraal staat.
Vraag 5
Is dit project niet een slap excuus om tegemoet te komen aan het
niet-Nederlands spreken van veel allochtonen en aan het niet
accepteren Nederlandse kernwaarden als de gelijkheid van man en vrouw?
Antwoord 5
Zoals eerder aan de Tweede Kamer is bericht (zie de antwoorden op de
TK-vragen van de leden Agema en Fritsma, TK 2008-2009,1253) staat
voorop dat in ons land in het Nederlands wordt gecommuniceerd. De
eerste prioriteit in het integratiebeleid van dit kabinet is de
taalbeheersing van nieuwe Nederlanders. Gekwalificeerd personeel dat
naast het Nederlands ook een andere taal beheerst, komt in de
gezondheidszorg, goed van pas. Het personeel heeft een Nederlandse
opleiding genoten en spreekt dus Nederlands. De communicatie met de
collega's geschiedt in het Nederlands. Zeker in de gezondheidszorg
waarin aan een variëteit van mensen zoals inburgeraars, toeristen en
asielzoekers, in soms levensbedreigende situaties, adequate
behandeling moet worden geboden, is communicatie van vitaal belang.
Vraag 6
Kunt u er zorg voor dragen dat er geen voorkeursprojecten voor
allochtonen meer plaats vinden, dat bij sollicitaties niet meer
gebruik wordt gemaakt van positieve discriminatie?
Antwoord 6
De Algemene wet gelijke behandeling staat het toe om onder voorwaarden
voorkeursbeleid te voeren voor vrouwen en etnische of culturele
minderheidsgroeperingen. In het verlengde van het Coalitie-akkoord van
7 februari 2007 (TK 2006-2007, 30891, nr.4, pag. 22 en 23) waarin is
afgesproken dat met het oog op het tegengaan van uitsluiting op de
arbeidsmarkt de overheid een goed voorbeeld zal geven bij het
nastreven van een evenwichtig personeelsbeleid, voert dit kabinet een
voorkeursbeleid voor de publieke sector, en heeft het kabinet in het
beleidsprogramma "Samen werken, samen leven" (TK 2006-2007, 31 070,
nr. 1) de volgende vier doelstellingen voor 2011 geformuleerd:
1. De instroom in de publieke sector bestaat voor 50% uit vrouwen.
2. De instroom in topfuncties bestaat voor 30% uit vrouwen.
3. Het aandeel migranten is met 50% toegenomen ten opzichte van 2007.
4. Het uitstroompercentage van 50-plussers naar inactiviteit is met
twee procentpunten afgenomen in vergelijking met 2006.
Deze kabinetsdoelen zijn voor het Rijk (TK 2006-2007, 30801, nr. 6; TK
2007-2008, 30201, nr. 34), Politie (TK 2007-2008, 28824, nr. 35) en
Defensie (TK 2007-2008, 31200X, nr. 78) vertaald in specifieke doelen
en maatregelen.
Gegeven de wettelijke mogelijkheden voor voorkeursbeleid kunnen, in
antwoord op uw vraag, voorkeursprojecten niet verboden worden. Gegeven
het Coalitie-akkoord waarbij het kabinet zelf een voorkeursbeleid
voert voor de publieke sector, kunnen, in antwoord op uw vraag,
voorkeursprojecten evenmin door het kabinet worden ontmoedigd.
In het verlengde hiervan wil ik u er op wijzen dat de minister van VWS
en ik in onze brief van 24 september aan de TK hebben gemeld, dat het
ons streven is om projecten gericht op het werven en opleiden van
allochtone vrouwen voor de zorg in alle regio's te starten (TK,
2008-2009, 29282, nr. 71).
1) http://www.zwhaaglanden.nl/index.php?p=184584
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport