Nederlandse Politiebond
NPB botst met korpsleiding Groningen over toekennning
arbeidsmodaliteit
De NPB gaat de juridische strijd aan met de korpsleiding van het
regiokorps Groningen over de weigering een NPB-lid een aangevraagd
werkpatroon van '4 x 9' uur toe te kennen, ondanks een duidelijke
uitspraak van de landelijke Commissie Modaliteiten in het voordeel van
de werknemer.
In de politie-CAO 2005/2007 hebben de minister en de bonden
afgesproken dat een politieambtenaar recht heeft op de door hem
gewenste werktijdenmodaliteit, tenzij zwaarwegend dienstbelang zich
daartegen verzet. Een geschil daarover tussen een ambtenaar en zijn
korps wordt voorgelegd aan de landelijke Commissie Modaliteiten, die
naast een onafhankelijk voorzitter bestaat uit een vertegenwoordiger
namens de bonden en een vertegenwoordiger namens de werkgever.
Betreurenswaardig
Deze commissie wordt zeer zorgvuldig ondersteund door een
professionele organisatie, die mede de objectiviteit waarborgt. Het is
daarom te betreuren dat korpsen in toenemende mate de uitspraken van
de commissie ter discussie stellen als zij een uitspraak doet die een
korps niet of niet helemaal welgevallig is.
Eigen regionale commissie
Recentelijk gaf de commissie een NPB-lid uit Groningen gelijk inzake
een '4 x 9'-verzoek, omdat ze vond dat het korps Groningen niet kon
waarmaken dat een zwaarwegend dienstbelang de toekenning van deze
arbeidsmodaliteit in de weg stond. De korpsleiding liet vervolgens
weten dit advies niet te willen volgen. Ze stelde daarentegen voor een
regionale commissie te installeren om het advies van de commissie
afgezet tegen de bedrijfsvoeringsbelangen van het korps nader op
haalbaarheid te onderzoeken. Eerdere uitspraken van de commissie en de
effecten daarvan in de betreffende korpsen zouden een rol mogen en
kunnen gaan spelen bij het eindadvies van deze regionale commissie.
Wellicht goed bedoeld, maar dit is toch eigenlijk de wereld op zijn
kop zetten. De Commissie Modaliteiten is er nu juist om zaken vanuit
een eenduidig landelijk perspectief te beschouwen. Wat de NPB betreft
voegt een nieuwe commissie daar niets aan toe.
Juridische confrontatie
Kort en goed, de NPB kan zich niet in de zienswijze van de
korpsleiding vinden en voelt zich gesteund door een uitspraak van de
Centrale Raad van Beroep uit 1999, waarin door het hoogste
bestuursrechtelijke college al eens op niet mis te verstane wijze
korte metten is gemaakt met de door Groningen aangevoerde
argumentatie. Wij zullen dus de juridische confrontatie met de
werkgever aangaan en dit conflict tot aan ons hoogste
bestuursrechtcollege voor ons lid uitvechten.
Gepubliceerd op 06 maart 2009 door Dick Harte.
Overname van dit nieuwsbericht is toegestaan, mits met bronvermelding:
Nederlandse Politiebond - www.politiebond.nl ©2009.