RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
NL
Brussel, 4 maart 2009
7200/09 (Presse 55)
P 029/09
(OR. en)
Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie naar
aanleiding van het besluit van het ICC inzake het arrestatiebevel
tegen president Al-Bashir
De Europese Unie heeft nota genomen van het besluit van de Kamer van
vooronderzoek van het Internationaal Strafhof om een arrestatiebevel
uit te vaardigen tegen de president van Sudan, Omar Hassen al-Bashir,
aan wie oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid in Darfur
ten laste worden gelegd.
De EU herhaalt dat zij het Internationaal Strafhof en haar sleutelrol
in de bevordering van het internationaal recht ten volle steunt en
eerbiedigt.
De situatie in Darfur is op basis van resolutie 1593(2005) van de
VN-Veiligheidsraad voor het Internationaal Strafhof gebracht voor
onderzoek naar beschuldigingen van ernstige schendingen van het
internationaal humanitair recht en de mensenrechten. De
VN-Veiligheidsraad heeft besloten dat de regering van Sudan en alle
overige partijen bij het conflict in Sudan volledig zullen samenwerken
met en alle nodige bijstand zullen verlenen aan het Hof en de openbaar
aanklager.
Zoals zij in het verleden herhaaldelijk heeft gedaan, onder meer
tijdens de zitting van de Raad van 16 juni 2008, dringt de EU er bij
de regering van Sudan en alle overige partijen bij het conflict op
aan, volledig samen te werken met het ICC, om te voldoen aan hun
verplichtingen krachtens het internationaal recht, en de
straffeloosheid in Darfur te bestrijden.
De EU herinnert in dit verband ook aan de verklaring van 31 maart 2008
van het EU-voorzitterschap namens de EU over de verjaardag van het
doorverwijzen van de situatie in Darfur/Sudan naar het ICC, en aan de
verklaring van 24 november 2008 van het EU-voorzitterschap namens de
EU over het verzoek van de openbaar aanklager bij het ICC om
aanhoudingsbevelen uit te vaardigen tegen leden van
rebellengroeperingen die vermoedelijk verantwoordelijk zijn voor de
moorddadige aanslag op de soldaten van de Afrikaanse Unie op 29
september 2007 te Haskanita.
De EU dringt er bij de regering van Sudan en de rebellenbewegingen in
Darfur op aan, zich in de huidige situatie terughoudend op te stellen,
zich te verbinden tot een onmiddellijk staken van de vijandelijkheden,
de verdere inzet en de volledige uitvoering van het mandaat van UNAMID
en de inspanningen van de humanitaire organisaties, die van vitaal
belang zijn voor het overleven van miljoenen burgers in Darfur, te
vergemakkelijken, en de regionale stabiliteit te bevorderen, onder
meer door een verdere normalisatie van de betrekkingen tussen Sudan en
Tsjaad.
De EU herinnert alle partijen bij het conflict aan hun verplichting om
de burgerbevolking te beschermen en de mensenrechten, alsook de
algemene beginselen van het internationaal recht, te eerbiedigen.
De EU verzekert de bevolking van Sudan van haar blijvende
vastberadenheid en engagement; en roept alle partijen op, hun
inspanningen op te voeren om een duurzame politieke oplossing voor het
conflict in Darfur te zoeken, via de bemiddelingsinspanningen onder
leiding van de gemeenschappelijke hoofdbemiddelaar van Afrikaanse Unie
en de Verenigde Naties, de heer Djibrill Bassolé, die door het
regering van Qatar worden gefaciliteerd.
De Europese Unie is verheugd over het goodwill- en vertrouwensakkoord
dat op 17 februari 2009 te Doha is ondertekend tussen de regering van
Sudan en de Beweging voor recht en gelijkheid, en herinnert aan de
verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie van
20 februari 2009.
De EU bevestigt dat het van fundamenteel belang is dat het algemene
vredesakkoord te goeder trouw wordt uitgevoerd, en herinnert in dit
verband aan haar verklaring van 9 januari 2009 bij de vierde
verjaardag van de ondertekening van dat akkoord.
De EU is bereid met de relevante betrokken partijen via alle passende
middelen te blijven samenwerken om bij te dragen tot vrede,
gerechtigheid en stabiliteit in geheel Sudan.
European Union