Warchild
"Als er een plek is waar kinderen ons nodig hebben, is het hier"
Country Representative van Midden-Oosten Andres Gonzalez was de
afgelopen drie dagen in Gaza. Al bij de eerste stappen in 'De Strook'
wordt Andres duidelijk dat onze hulp hier hard nodig is. Hij bezoekt
lokale organisaties waarmee we een programma kunnen starten. Interview
met een geroerde landendirecteur.
Hoe was het reizen naar Gaza en in de strook? Country Representative
van Midden-Oosten Andres Gonzalez
De Gaza-strook binnen gaan, is voor internationale hulpverleners en
journalisten een enorme opgave. De grens is zonder twijfel de
strengste ter wereld. Door alle veiligheidsmaatregelen (inclusief high
tech scan systemen) lijkt het alsof je een science fiction film
binnenstapt. Twee weken geleden ondernam ik mijn eerste poging om Gaza
binnen te gaan. Ik werd geweigerd, omdat mijn paspoort "beschadigd"
zou zijn. Oke, het was nat geworden door de regen, dat die dag met
bakken uit de hemel kwam, waarin wij uren moesten wachten.
Patricia, voormalig head of mission van het Rode Kruis en onze
adviseur, mocht wel door. Ik moest, gefrustreerd en teleurgesteld,
terug naar Jerusalem en opnieuw door de papiermolen. Met mijn nieuwe
paspoort en het reisdocument dat War Child heeft gekregen voor 6
maanden, word ik nu wel doorgelaten.
Wat viel je op toen je binnen ging?
Over een afstand van slechts een paar meter verandert de wereld
compleet...ongelofelijk. Ditzelfde gevoel heb ik maar één keer eerder
meegemaakt; 7 jaar geleden toen ik vanuit Mozambique de grens met
Zuid-Afrika over stak. Maar niet zo heftig als deze keer: van een
normale, ontwikkelde maatschappij naar extreme armoede. En dat over
een afstand van 100 meter. Van de normale realiteit naar iets totaal
onwerkelijks.
Op het moment dat je de eerste stap in Gaza zet, betreed je een
verlaten bufferzone. Tijdens de wandeling, die uren lijkt te duren,
kijk ik om me heen en dwalen mijn gedachten af. Waarom is hier zoveel
haat? Waarom al dat lijden? Waarom die totale vernietiging? Zonder
antwoorden stap ik uiteindelijk in de taxi die op ons staat te
wachten.
Hoe was de sfeer?
Het viel me op dat mensen heel open praten over hun levens en de
verschrikkingen die ze hebben meegemaakt. Maar de mensen in Gaza
geloven niet dat ze nog een toekomst hebben. Ze hebben geen hoop dat
ze ooit meer worden dan puppets-on-a-string in een toneelstuk dat door
anderen wordt geregisseerd. Ze hebben wel geleerd met hun situatie te
leven. Ik kan het natuurlijk moeilijk inschatten in de paar dagen dat
ik er ben, maar het gevoel van `overleven' leeft heel sterk. Je voelt
het overal.
Wat denken de lokale organisaties waarmee wij wellicht gaan werken van
de situatie?
Overal hoor je hetzelfde: de kinderen hebben geen hoop. Ze geloven
niet in een toekomst voor zichzelf. De lokale organisaties werken
allemaal met erg toegewijde mensen. Ondanks dat ze erg kritisch zijn
over de huidige situatie, zien ze zichzelf ook als onderdeel van de
oplossing. Ze willen graag aan de gang. Een van de directeuren
vertelde me: "We krijgen veel bezoek van hulporganisaties, maar
wanneer kunnen we beginnen?"
Wat kunnen wij doen?
Meer dan de helft van de 1,5 miljoen inwoners van de strook, is jonger
dan 18. Het leven in oorlog heeft hen ernstig beïnvloed. Ze leven met
constante angst, voor hun eigen leven, dat van hun familie en
vrienden, angst om hun huis en bouwland te moeten verlaten. Veel
kinderen zijn ermee geboren, ze kennen niks anders.
Patricia sprak een moeder in een van de platgebombardeerde
gebieden: "Mijn zoontje was doodsbang tijdens de aanvallen. Ik
vertelde hem dat de vliegtuigen tomaten gooiden, in plaats van bommen.
Dat hielp, het maakte hem een stuk rustiger." Ik was erg geraakt door
de manier waarop deze moeder omging met haar verschrikkelijke
situatie.
War Child heeft gesproken met lokale organisaties die theater
gebruiken om kinderen hun gevoelens te laten uiten, hun spanningen te
kanaliseren en hen een sprankje hoop te geven. We willen ook kinderen
helpen die het slecht doen op school, omdat ze zich niet kunnen
concentreren en getraumatiseerd zijn door de recente oorlog. Zodra we
de benodigde fondsen hebben, kunnen we starten. Als er een plek op de
wereld is waar kinderen een War Child-programma nodig hebben, is het
hier.