ChristenUnie


Plenaire bijdrage Cynthia Ortega-Martijn bij het debat verlening abonnementen

Plenaire bijdrage Cynthia Ortega-Martijn bij het debat verlening abonnementen

donderdag 05 maart 2009 15:00

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie):

Voorzitter. De ChristenUnie waardeert het initiatief dat collega Van Dam neemt om de dagelijkse ergernis van stilzwijgende verlenging van contracten en abonnementen tegen te gaan. Consumenten zitten al snel automatisch en onopgemerkt vast aan een nieuwe contractperiode waar zij soms niet op zitten te wachten. Daarom is het goed dat de indiener dit probleem via een wetswijziging wil aanpakken.

Het stemt tevreden dat de aanpassingen in het verenigingsrecht niet meer aan de orde zijn. Het oorspronkelijke plan om hierin wijzigingen aan te brengen zou immers voor veel verenigingen grote gevolgen hebben gehad. De lidmaatschapsverhouding blijft gelukkig een aparte status.

De ChristenUnie heeft echter wel wat vragen over het wetsvoorstel. In de memorie van toelichting wordt de mogelijkheid genoemd om op het moment dat sprake is van verlenging alsnog op te zeggen. De initiatiefindiener geeft aan dit te veel administratieve rompslomp gaat geven. Ik vraag mij af of dit juist is. Men krijgt een acceptgirokaart met de vermelding dat sprake is van stilzwijgende verlenging. Kan dan tevens niet vermeld worden dat men, als men het hiermee niet eens is, binnen een bepaalde periode alsnog tot opzegging kan overgaan?

De indiener wil het eenvoudiger maken om een overeenkomst op te zeggen door de mogelijkheid op te nemen om een gesloten overeenkomst op dezelfde wijze op te zeggen. Bij telefoonverkoop wordt de overeenkomst op een bandje opgenomen, althans in bepaalde gevallen. Moet een consument in dat geval op dezelfde wijze kunnen opzeggen? Moet dit ook worden opgenomen? Er kan namelijk een probleem optreden met de bewijslast. Immers, als de telefonische opzegging niet wordt verwerkt en het abonnement tegen de wil van de consument doorloopt, hoe valt de opzegging dan achteraf te bewijzen?

Een consument kiest in het geval van tijdschriften en kranten bewust voor een abonnement boven het kopen van losse nummers. Dat biedt veel voordelen. In de eerste plaats is het goedkoper en in de tweede plaats wordt de krant of het tijdschrift thuisbezorgd. Bestaat er een gevaar van verschraling van het aanbod van meerjarige abonnementen? Sommige consumenten profiteren juist van de kostenvoordelen van zo'n langdurig abonnement.

De initiatiefnemer verwacht geen toename in administratieve lasten. Het wetsvoorstel kan echter wel leiden tot nalevingslasten voor bedrijven die vervolgens aan de consument kunnen worden doorberekend. De indiener geeft aan dat het verwerken van opzeggingen en aanmeldingen deel uitmaakt van de reguliere bedrijfsprocessen. Daar heeft hij gelijk in. Echter, is hij het met mij eens dat in de verwerking van opzeggingen en aanmeldingen wel een toename is te verwachten?

Tot slot. Dit is in ieder geval een initiatiefwetsvoorstel dat zeker de goedkeuring zal wegdragen van juist de kwetsbaren in onze samenleving, onder anderen onze ouderen.