Raad van State


donderdag 26 februari 2009
Zitting over het besluit van de regering, op voordracht van de ministers van Financiën en BZK, om besluiten van onder meer het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland tot het voeren van een rechtsgeding tegen de IJslandse bank Landsbanki te vernietigen. De provincie Noord-Holland en negen gemeenten, waaronder Alphen aan de Rijn, Amstelveen en Goes, wilden naar de burgerlijke rechter stappen om door middel van een kort geding een titel te behalen om hun gelden bij Landsbanki zeker te kunnen stellen. Deze gelden en de daarover bedongen rente - de provincie en gemeenten hadden tezamen ongeveer 145 miljoen euro aan deposito's bij de bank - waren (bijna) opeisbaar. Om toegang te kunnen krijgen tot de burgerlijke rechter en het kort geding te kunnen voeren, moesten door de provincie en gemeenten zogenoemde procesbesluiten worden genomen, hetgeen is gebeurd. Deze besluiten zijn vervolgens door de regering vernietigd. De Nederlandse staat was zelf bezig met onderhandelingen met IJsland om ervoor te zorgen dat op grond van het IJslandse depositogarantiestelsel de Nederlandse spaarders bij Landsbanki, waaronder ook de Nederlandse overheden, in aanmerking kwamen voor een uitkering. Het ging om een garantie van ongeveer 20.000 euro per spaarder. De Nederlandse Staat stond voor de rekeninghouders al garant tot 100.000 euro. De regering vreesde dat een juridische procedure van de provincie en gemeenten ertoe zou leiden dat haar onderhandelingen met IJsland negatief zouden worden beïnvloed. De poging van de provincie en gemeenten om via een zelfstandige procedure geld van Landsbanki terug te krijgen betekende volgens de regering een rechtstreekse inbreuk op het vertrouwelijke diplomatieke overleg met de IJslandse overheid en zou een definitieve overeenkomst ernstig verstoren. Daarom heeft de regering besloten om Noord-Holland c.s. de toegang tot de burgerlijke rechter te ontzeggen vanwege strijd met het algemeen belang. Zo'n koninklijk besluit kan op grond van de Provinciewet en de Gemeentewet worden genomen. De provincie en gemeenten zijn het niet eens met het besluit van de regering en komen in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de hoogste algemene bestuursrechter van Nederland. Zij vinden dat hen ten onrechte de toegang tot de burgerlijke rechter is ontzegd en dat dit in strijd is met Europese verdragen. Verder betwisten zij het standpunt van de regering dat hun procesbesluiten in strijd zijn met het algemeen belang. Ook zijn Noord-Holland c.s. van mening dat de belangenafweging van de regering gebrekkig is en dat ten onrechte geen aandacht is besteed aan hun belang om de aan hen toevertrouwde publieke middelen veilig te stellen. Tijdens deze zitting krijgen de betrokken partijen de gelegenheid hun standpunten nader toe te lichten. (zaaknummer 200809196/1)

10.00 uur

Zitting over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van het bestemmingsplan "Lisse Bedrijventerreinen" van de gemeente Lisse. Het plan heeft betrekking op de bedrijventerreinen "Meer en Duin" en "Dever" in Lisse. Het plan maakt onder meer mogelijk dat op het PPO-terrein op bedrijventerrein Dever bedrijven kunnen worden gevestigd. Verder wordt het bedrijventerrein Dever aan de zuidkant uitgebreid. Meerdere omwonenden zijn het niet eens met het bestemmingsplan en komen tegen het goedkeuringsbesluit in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij vrezen voor verstening van het landschap en voor verlies van uitzicht. (zaaknummer 200802540/1)

10.00 uur

Zitting over de bouwvergunning die het college van burgemeester en wethouders van Nunspeet heeft verleend voor een kerkgebouw aan de Vierhouterweg in Elspeet. Het gaat om een nieuwe kerk van de Hersteld Hervormde gemeente op de hoek van de Maatweg en de Vierhouterweg in Elspeet. Ook wordt op het terrein een parkeerplaats gemaakt en wordt een verbindingsweg tussen de Maatweg en de Vierhouterweg aangelegd. Een inwoner van Elspeet verzet zich tegen de nieuwbouw van de kerk en is in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Een eerder beroep is in november 2008 door de rechtbank van Zutphen ongegrond verklaard. In afwachting van de behandeling van het hoger beroep verzoekt de omwonende de Raad van State nu de bouwvergunning alvast te schorsen. Over dat verzoek gaat deze zitting. (zaaknummer 200900156/2)