Brief aan Tweede Kamer over vliegtuigongeluk Schiphol
Kamerstuk | 26-02-2009
Minister-president Balkenende informeert de Tweede Kamer, mede namens
de ministers van V&W en BZK, over het vliegtuigongeval nabij Schiphol.
Hierbij informeer ik, mede namens de minister van Verkeer en
Waterstaat en de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties, u over het tragische vliegtuigongeval nabij
Schiphol in de ochtend van 25 februari. Om 10.31 uur is een vliegtuig
van Turkish Airlines neergestort tussen Rottepolderplein en Schiphol,
in de omgeving van de Polderbaan, Schiphol.
Aan boord bevonden zich 135 passagiers en bemanningsleden. Er zijn op
dit moment 9 doden te betreuren en een groot aantal gewonden,
waaronder circa 25 zwaargewonden (stand donderdag 26 februari, 9.00
uur).
De Koningin, die zeer meeleeft, heeft zich door mij voortdurend op de
hoogte laten stellen. Ook het kabinet leeft intens mee met de
nabestaanden van de slachtoffers. Onze gedachten gaan uit naar hen die
zijn omgekomen. Veel families, in binnen en buitenland, leven in angst
om het lot van hun dierbaren die nu in de verschillende ziekenhuizen
worden behandeld. Ook naar hen gaan onze gedachten uit.
De hulpverlening is snel op gang gekomen. Er zijn slachtoffers naar
diverse ziekenhuizen in de regio afgevoerd. Er is opvang georganiseerd
voor niet-gewonde slachtoffers, verwanten, en andere (buitenlandse)
betrokkenen. Het kabinet heeft waardering voor de grote inzet van de
hulpverleners. Onder de eerste hulpverleners bevonden zich ook bij het
ongeluk betrokken passagiers, die hun medereizigers te hulp schoten.
Deze waardering is ook internationaal uitgesproken door de Turkse
Minister-president Erdogan in het telefonisch overleg dat ik met hem
had na het ongeval. Tevens hebben de Turkse Minister van Transport
Yildirim en EU commissaris Tajani hebben hun waardering uitgesproken
in telefonisch overleg met de minister van Verkeer en Waterstaat. De
voorzitter van de Europese Commissie, de heer Barroso, heeft direct
het medeleven van de commissie uitgesproken en de hulp van de
commissie aan mij aangeboden toen hij vernam van dit tragische
ongeval.
Het vliegtuig van Turkish Airlines, een Boeing 737-800 met het
registratiekenmerk TC-JGE, was vertrokken vanuit Istanbul en onderweg
naar Schiphol. Tijdens de nadering van de Polderbaan uit noordelijke
richting is het toestel om nog onbekende redenen verongelukt.
Het Kabinet heeft op dit moment geen aanwijzing dat het incident zou
zijn veroorzaakt door een terroristische aanslag.
Bij de Inspectie Verkeer & Waterstaat en in Europa staat Turkish
Airlines bekend als een standaard maatschappij met vanuit het
Nederlandse en Europese toezicht goede resultaten. Ook het type
vliegtuig, een Boeing 737-800, staat algemeen bekend als een
betrouwbaar toestel. Het bij het ongeval betrokken toestel is een voor
luchtvaartbegrippen een relatief jong vliegtuig uit 2002.
Onder leiding van het Openbaar Ministerie (OM) doen de
luchtvaartpolitie, de marechaussee en de politie Kennemerland
onderzoek naar de ramp. Het Landelijk team Forensische Opsporing is
ingezet voor identificatie van slachtoffers en het leveren van
forensische expertise. Daarnaast doet de Onderzoeksraad voor
Veiligheid onderzoek naar zowel de oorzaak van het ongeval als de
verleende hulp. Hierbij zal intensief worden samengewerkt met onder
meer Turkish Airlines, de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid en de
Inspectie Verkeer en Waterstaat.
De aansturing van de respons en verdere afhandeling gebeurt op lokaal
niveau door de veiligheidsregio onder leiding van de burgemeester van
de gemeente Haarlemmermeer. Er is sprake van voortdurende afstemming
tussen lokaal/regionaal en rijksniveau. Vanuit het Nationaal Crisis
Centrum is daarbij zorg gedragen voor de interdepartementale
afstemming over informatievoorziening, communicatie en bijstand aan de
regio.
Namens het kabinet heb ik, samen met de staatssecretaris van Justitie,
een bezoek gebracht aan de slachtoffers, familie, nabestaanden en
hulpverleners.
Vanzelfsprekend zal het kabinet u op de hoogte houden van nieuwe
ontwikkelingen en onderzoeksresultaten.
DE MINISTER-PRESIDENT,
Minister van Algemene Zaken,
mr.dr. J.P. Balkenende
Ministerie van Algemene Zaken