FNV

26-2-2009

Vrijheid is kiezen voor de ander

Toespraak van Agnes Jongerius op de herdenking van de Februaristaking bij de Dokwerker op het Jonas Daniël Meijerplein in Amsterdam, 25 februari 2009.

Deze dag, meer dan zestig jaar geleden, maakten vele tienduizenden mensen in Amsterdam, Hilversum, de Zaanstreek en andere plaatsen een belangrijke keuze. Die ijskoude ochtend kozen zij voor hun stadgenoten, voor hun landgenoten en voor degenen die naar ons land waren gevlucht. Ze dachten op dat moment niet aan hun eigen veiligheid. Ze kwamen op voor hun vrienden en vriendinnen. Maar ze kwamen ook op voor die ontelbare naamlozen. Naamlozen die ze niet eens kenden. Maar ze wilden en konden niet machteloos toekijken hoe de Duitse bezetter weerloze mensen oppakte en wegvoerde. Wegvoerde niet om wat ze deden, dachten of zeiden, maar puur om wie ze waren. Ik herinner me dat we bij geschiedenis de Februaristaking behandelden. De spanning: Hè, de trams rijden niet? De geruchten: er wordt gestaakt! De scheepswerven aan het IJ stromen leeg. Op de werkplaatsen zeggen de arbeiders: ik loop eruit! De enkele tram die toch uitrijdt wordt omver getrokken. Later grijpt de SS in en gooit met handgranaten in de Kinkerstraat. En op het hoogtepunt zijn het driehonderdduizend verontwaardigde mensen die staken en optrekken naar het centrum van Amsterdam. Driehonderdduizend mensen. Zo groot was het totale aantal stakers. Ik kan u uit eigen ervaring vertellen: dat is niet niks. Wij waren vijf jaar geleden met een hele grote groep vele weken bezig om driehonderdduizend mensen op het Museumplein te krijgen. Dat was natuurlijk ook historisch, maar het is toch anders. Wat deze Februaristaking zo uniek maakt, is dat spontane, dat emotionele. Het gevoel van: tot hier en niet verder! Als veertienjarige zat ik in het geschiedenislokaal en de docent vertelde hierover. En dan ben je trots dat dit hier, in dit land, in deze hoofdstad gebeurde. En stiekem had ik er natuurlijk graag bij willen zijn. Ik wilde ook wel - net zoals die Amsterdamse scholieren toen- mijn schooltas op straat gooien om de weg te blokkeren. En weigeren om de school in te gaan. Misschien is dat een beetje naïef. Voor een veertienjarige is de Februaristaking vooral een spannend avontuur. Als kind ben je je nog niet bewust van de risico's, van de prijs die je betaalt. Nu maak ik zelf deel uit van die arbeidersbeweging. En nu weet ik. Opstaan tegen de tirannie: je moet het niet alleen willen, je moet het ook dúrven. Als volwassene snap ik beter wat er in de mensen toen moet zijn omgegaan. Want wat is dat eigenlijk, dapper zijn? Wat is dat eigenlijk, moed? Is dat niet veel meer een kwestie van durven, van in het diepe springen. Veel meer dat, dan van willen en rationele beslissingen? Het is niet je verstand dat je moed geeft. Het is je gevoel, je emotie, het gevoel in je buik. En wat er ook allemaal over gezegd en geschreven is, dat blijft toch de essentie van deze staking. De Februaristaking is een symbool van de mens die boven zichzelf uitstijgt, en zijn nek uitsteekt voor een ander. Al die gewone mannen en vrouwen in Amsterdam en in die andere steden trokken een streep. Ze wierpen hun vrees af om anderen te hulp te snellen. Ik ken de oorlog alleen maar uit de overlevering van de overlevenden. Ik kan alleen maar diep respect betuigen aan de mannen en vrouwen die toen deze keuze maakten. En hopen en wensen dat de overtuiging die hen daartoe bracht nog steeds voortleeft bij oud en jong in dit land. Geen mens wordt dapper geboren. Het gaat ook om keuzes die je maakt. {Mansour%20Osanloo_tcm7-11413.jpg} Toen ik dit voorbereidde, moest ik denken aan Mansour Osanloo uit Iran. Hij is een buschauffeur uit Teheran, die al geruime tijd vastzit in de beruchte Evin-gevangenis. Zijn misdaad: hij heeft een vakbond voor buschauffeurs opgericht. Vorig jaar sprak ik hem nog op een bijeenkomst in Brussel. Een vriendelijke man, hij doet geen vlieg kwaad. Nog geen maand later gooide het regime hem voor de zoveelste keer in het gevang. Hij is gruwelijk mishandeld, maar hij blijft overeind. Als FNV hebben we hem onze Vakbondsrechtenprijs toegekend. {Mansour%20Osanloo%20prijsuitreiking%202009-200_tcm7-22152.jpg} We proberen met alle mogelijke middelen om hem vrij te krijgen. En we proberen contact met hem te houden. Via zijn vrouw en op andere manieren. We mogen hem niet alleen laten. Onze wereld kent vele Mansour Osanloos. Nog steeds worden ontzaglijk veel mensen gekwetst, vervolgd, gemarteld, gediscrimineerd en gevangen gezet. Om wat ze zeggen, om wat ze willen, om wat ze denken, om wie ze zijn. Philipijnse weeskinderen die de vuilnishopen afstruinen op zoek naar voedsel. Homo's in Iran. Mensenrechtenactivisten in China, Indonesië, Zimbabwe. De lijst is lang. Te lang. Het is een lijst die niet over ons lijkt te gaan. Die anderen zijn heel verre anderen. Toch moeten we ook vóór hén blijven kiezen en voor hen in beweging komen. Dat is voor mij ook het verhaal van de Februaristaking. En laten we dat verhaal tot in lengte van dagen blijven vertellen. Aan iedereen die in dit prachtige land woont. Want het is het verhaal van de mensen die hun vrees opzij zetten, die moedig en vastbesloten alle risico's negeren. Het is het verhaal van de mensen die niet voor zichzelf kiezen, maar voor de ander. Het is het verhaal van de medemenselijkheid die nooit verloren gaat.