OM Utrecht eist twee jaar voor poging dood doodslag Poolse
man
25 februari 2009
Het Openbaar Ministerie Utrecht heeft gisteren 24 maanden
onvoorwaardelijke gevangenisstraf geëist in de zaak tegen de man die
ervan verdacht wordt op 8 juni 2008 zich schuldig te hebben gemaakt
aan poging tot doodslag in vereniging.
In de nacht van 7 op 8 juni is het onrustig in Woerden. In een café
ontstaat onenigheid en enkele schermutselingen tussen Nederlandse en
Poolse mannen. Als ze elkaar even later in het centrum opnieuw
treffen, ontstaat er een grote vechtpartij tussen beide groepen. Nadat
het slachtoffer op de grond terecht is gekomen, geeft de verdachte hem
een trap in zijn gezicht. De man wordt opgenomen in het ziekenhuis in
Woerden, maar vanwege de ernst van zijn verwondingen wordt hij naar
het UMC in Utrecht gebracht. Daar overlijdt hij enkele dagen later ten
gevolge van ernstig hersenletsel.
De Officier van Justitie weet zeker dat de verdachte tegen het hoofd
van de overleden Poolse man heeft getrapt. Het causale verband tussen
de doodsoorzaak en de trap kon echter niet worden aangetoond. Een
neuroloog en een patholooganatoom, op de zitting gehoord als
getuige-deskundigen, konden niet vaststellen dat de trap de dood tot
gevolg heeft gehad. De Officier betreurde het dat het ze voor het
primair ten laste gelegde vrijspraak moest vragen, hoewel ze het
gedrag van de man exorbitant, buitenproportioneel en excessief noemde.
"Typisch een geval van zinloos geweld door een volkomen weerloze man,
die niets met de eerste vechtpartij te maken had, zo te bejegenen,"
aldus de officier.
De rechtbank doet op 10 maart 2009 uitspraak.
Openbaar Ministerie