Datum: 25 februari 2009
Nadere informatie verkrijgbaar bij: Joelle Noailly (tel: 06-28430714)
en Dick Morks (tel. 070-3383410)
Concurrentie tussen basisscholen heeft een klein positief effect op de
leerprestaties van leerlingen
Leerlingen op basisscholen die veel concurrentie ondervinden, hebben
hogere Cito-scores dan leerlingen op basisscholen die met minder
concurrentie te maken hebben. Het effect is klein, wat overeenkomt met
studies die voor andere landen zijn uitgevoerd.
Dit concluderen Joëlle Noailly, Suncica Vujic en Ali Aouragh in de
vandaag verschenen CPB-studie 'The impact of competition on the
quality of primary schools in the Netherlands'.
De studie onderzoekt de relatie tussen concurrentie en
schoolprestaties in het Nederlandse basisonderwijs. De hypothese is
dat (meer) concurrentie scholen zal stimuleren te streven naar betere
prestaties van hun leerlingen. Gegevens van ongeveer 350.000
leerlingen op 6.000 scholen in de periode 1999-2003 zijn gebruikt.
Deze gegevens zijn afkomstig van zowel het Cito als van de Inspectie
van het Onderwijs.
Basisscholen ervaren veel concurrentie: in plaatsen met meer dan
20.000 inwoners, waar het onderzoek zich op richt, heeft een school
gemiddeld te maken met de concurrentie van 6 à 7 andere scholen binnen
een straal van 1,5 km rond de school.
In het onderzoek zijn de prestaties van leerlingen gemeten op basis
van de Cito-scores. Het effect van concurrentie op de leerprestaties
is gecorrigeerd voor andere factoren die leerprestaties beïnvloeden,
zoals de socio-economische karakteristieken van de buurt.
De resultaten laten een klein significant positief effect zien van
concurrentie op Cito-scores. Als een school vijf scholen meer in de
nabije omgeving heeft dan een andere (bijvoorbeeld acht tegenover drie
concurrerende scholen), dan levert dit gemiddeld ongeveer 1 punt meer
op bij de Cito-score. Om dit in perspectief te zetten: de score kan
variëren tussen 500 en 550, de landelijk gemiddelde score bedraagt 535
punten.
Een verklaring voor het beperkte effect van concurrentie kan zijn dat
ouders weinig informatie over de schoolprestaties hebben of gebruiken.
Meer transparantie van schoolprestaties zou concurrentie daarom kunnen
bevorderen. Een andere verklaring is dat ouders zich weinig gelegen
laten liggen aan Cito-scores en zich meer richten op andere
kwaliteitsdimensies, zoals het gebouw, de sfeer en de klassengrootte.
Daarnaast kan het zijn dat het niveau van concurrentie in Nederland al
behoorlijk hoog is, zodat met meer concurrentie niet zoveel meer te
winnen is.
Er is veel aan gelegen meer zicht te krijgen op de werking van
concurrentie en over hoe ouders voor een bepaalde school kiezen. Ook
kleine verbeteringen van de prestaties van leerlingen kunnen namelijk
de kansen op succes in het latere leven sterk vergroten, bijvoorbeeld
als zij hierdoor naar een hoger schooltype kunnen gaan in het
middelbaar onderwijs. Via die weg kan meer concurrentie tussen scholen
zelfs de economische groei bevorderen.
Discussion Paper 120, The impact of competition on the quality of
primary schools in the Netherlands', is te bestellen bij:
Bibliotheek Centraal Planbureau Postbus 80510 2508 GM Den Haag
Telefax: 070-3383350 E-mail: bibliotheek@cpb.nl Prijs: 9,- euro
De publicatie is is tevens (gratis) beschikbaar als PDF-bestand.
Een Nederlandse samenvatting van de publicatie is ook in ESB
gepubliceerd:
Noailly, J. en P. Koning, Schoolkeuze, concurrentie en kwaliteit in
het basisonderwijs, ESB, 64/4554, 20 februari 2009, p.118-120.
Centraal Planbureau