Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

De voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal
ostbus 20018
P

2500 EA Den Haag

Den Haag Ons kenmerk Uw brief van
23 februari 2009 MLB/M/104.841 16 februari 2009

Onderwerp
Vragen van de heer Atsma (CDA) over het

standpunt van de VNG dat `Gemeenten niet gedwongen mogen worden een lokale omroep in het leven te roepen'.

Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het Kamerlid Atsma (CDA) van uw Kamer inzake over het standpunt van de VNG dat `Gemeenten niet gedwongen mogen worden een lokale omroep in het leven te roepen'.

De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief van d.d. 16 februari 2009 met kenmerk 2009Z00305 / 2080909380.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

dr. Ronald H.A. Plasterk


6

44
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap OCW 11 Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70-4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl





MLB/M/104841

Antwoorden op de schriftelijke vragen van het Kamerlid Atsma (CDA) van de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ingezonden d.d. 16 februari 2009, kenmerk 2009Z00305 / 2080909380)


1.
Bent u bekend met het standpunt van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) dat `Gemeenten niet gedwongen mogen worden een lokale omroep in het leven te roepen'? 1

Ja.


2.
Wat vindt u van het standpunt van de VNG, dat de middelen voor de lokale omroep voor een aantal jaren via een integratie-uitkering verdeeld zouden moeten worden, waarbij er ruimte dient te zijn voor nieuwe mediaontwikkelingen en gemeenten nimmer gedwongen moeten worden een lokale omroep in het leven te roepen?


3.
Deelt u de mening dat het standpunt van de VNG in tegenspraak is met de breed aangenomen motie Bakker c.s. 2 en de intenties van de Kamer?3 ?


4.
Deelt u tevens de mening dat het standpunt van de VNG niet bijdraagt aan een regeling die zeker stelt dat de voor de publieke lokale omroepen bestemde middelen ook daadwerkelijk bij de lokale omroepen terecht komen?

Antwoord op de vragen 2 tot en met 4:
De genoemde motie vraagt te waarborgen dat de bedoelde middelen voortaan bij de lokale omroepen terechtkomen. Het standpunt van de VNG lijkt onvoldoende om aan deze wens van de Kamer tegemoet te komen.


5.
Bent u bereid via een gesprek met o.a. het IPO en de VNG te onderzoeken of de regeling voor de regionale omroepen op vergelijkbare wijze voor lokale omroepen te realiseren is? Indien nee, waarom niet?


1 Brief VNG d.d. 5 januari 2009

2 Kamerstuk 29 800 VIII, nr. 95

3 Kamerstukken 29 800 VIII, nr. 132 en 31 200 VIII nr. 86 Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl





MLB/M/104841

Op dit moment ben ik aan het onderzoeken of er een mogelijkheid gevonden kan worden om de financiering van lokale publieke omroep te borgen. De mogelijkheid dit op een vergelijkbare wijze in te vullen als bij de regionale omroepen wordt daarbij meegenomen. Ik zal zoals eerder toegezegd de Kamer binnenkort over de resultaten informeren.


6.
Hoe oordeelt u over het onderzoeken van venster- of raamprogrammering, waarin samenwerking tussen de landelijke, regionale en waar mogelijk lokale publieke omroep wenselijk is?

In de Mediawet 2008 is voor de landelijke publieke omroep bepaald dat in het concessiebeleidsplan en de meerjarenbegroting een beschrijving wordt gegeven van de samenwerking met de Wereldomroep, de regionale en lokale publieke media-instellingen en anderen. Het is aan de instellingen om de vorm en inhoud van hun programmering te bepalen en aan deze samenwerking invulling te geven, bijvoorbeeld in de vorm van venster- of raamprogrammering.

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl