RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
NL
Brussel, 23 februari 2009
6685/09 (Presse 45)
P 26/99
(OR. en)
Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie betreffende
de situatie in het oosten van de Democratische Republiek Congo
De Europese Unie volgt de ontwikkelingen in het oosten van de
Democratische Republiek Congo (DRC), waaronder de nauwere samenwerking
tussen de DRC en Rwanda, op de voet.
De Europese Unie is van mening dat deze nauwere samenwerking tussen de
twee landen nieuwe perspectieven opent voor een op onderling overleg
berustende duurzame oplossing voor de crisis in het oosten van de DRC.
De Europese Unie moedigt de volledige integratie aan van strijders van
het Congrès National pour la Défense du Peuple (CNDP) en andere
georganiseerde gewapende groepen in de strijdkrachten van de DRC
(FARDC), die een belangrijke stap vormt in de richting van een
duurzame en vreedzame oplossing.
De EU roept de FDLR op onmiddellijk te ontwapenen en terug te keren
naar Rwanda. De EU dringt er bij alle partijen op aan ten volle
rekening te houden met de humanitaire situatie van de burgerbevolking
en de toepasselijke bepalingen van het internationaal humanitair recht
na te leven. De EU neemt in dit verband nota van de toezegging van de
Congolese autoriteiten om de burgerbevolking te beschermen en
humanitaire hulp mogelijk te maken. De EU onderstreept dat de MONUC
bij de planning van de operaties moet worden betrokken, zodat zij haar
mandaat, met name inzake de bescherming van de bevolking, kan
uitvoeren, en dat het belangrijk is dat de FARDC en de buitenlandse
troepen die legaal in de DRC aanwezig zijn het mandaat van de MONUC
ten volle respecteren.
De EU bevestigt opnieuw haar steun voor de regionale samenwerking in
het gebied van de Grote Meren, die een belangrijke manier is om de
inspanningen te consolideren die momenteel worden geleverd om tot een
oplossing voor de aanhoudende crises in de DRC te komen.
Naast het aanpakken van de economische en politieke uitdagingen, zijn
voor een duurzame vrede onder meer een brede verzoening en de
bestrijding van straffeloosheid vereist. In dit verband roept de EU
ook alle betrokkenen op om samen te werken met het Internationaal
Strafhof.
De kandidaat-lidstaten Turkije, Kroatië* en de Voormalige
Joegoslavische Republiek Macedonië*, de landen van het stabilisatie-
en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaten Albanië, Bosnië
en Herzegovina, Montenegro, Servië, en de EVA-landen IJsland,
Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische
Ruimte, alsmede Oekraïne, de Republiek Moldavië en Armenië sluiten
zich bij deze verklaring aan.
*Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven
deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.
European Union