NEN


Ontwikkelingen rond nieuwe energieprestatienorm

woensdag 18 februari 2009, 10:41

In het verlengde van de Europese Energy Performance of Buildings Directive (EPBD) is er een stelsel met ruim 30 Europese normen ontwikkeld met deelbepalingsmethoden die samen de energieprestatie van een gebouw bepalen. Deze normen worden ook voor Nederland verplicht en de hiermee conflicterende bepalingsmethoden uit de huidige energieprestatienormen worden ingetrokken.

In grote lijnen zijn de verschillen tussen deze Europese normen en onze nationale bepalingsmethoden niet echt ingrijpend, omdat in het Europese normontwikkelingstraject veel energie is gestoken in de inbreng vanuit Nederland uit de energieprestatienormen. Eén belangrijk verschil met de huidige Nederlandse situatie is dat het hele normensysteem ook geschikt moet zijn om met de bestaande bouw om te gaan, omdat de EPBD ook een energieprestatiecertificaat eist voor bestaande bouwwerken. Dat betekent dat ook het huidige EPA-instrumentarium 'ISSO 75 en ISSO 82' moet plaatsmaken voor dit Europese stelsel.

Eén overkoepelende norm
De Nederlandse normsubcommissie heeft de afgelopen periode intensief gewerkt aan deze aanpassingsoperatie. Daarbij is de keuze gemaakt voor één overkoepelende Nederlandse energieprestatienorm: NEN 7120. In deze norm zijn de Europese methodiek en bepalingsmethoden in het Nederlands vertaald opgenomen. Uit oogpunt van gebruiksgemak zijn de normteksten gemarkeerd met:

- voor algemeen geldende delen;

- voor nieuw te bouwen woningen of woongebouwen;
- voor bestaande woningen en woongebouwen;
- voor nieuw te bouwen utiliteitsgebouwen;
- voor bestaande utiliteitsgebouwen.
Het grote voordeel van deze integrale methodiek voor de energieprestatie van gebouwen (EPG) is dat nieuwbouw en bestaande bouw een gemeenschappelijke basis zullen krijgen.

Een niet volledige vergelijking met de huidige energieprestatienormen laat deze voorgestelde veranderingen zien:

- verbeterde structuur van inhoud en formules: meer generiek en modulair van opzet;

- zo consequent mogelijke scheiding van rekenregels en rekenwaarden, omdat die laatsten ook door de toepassing worden bepaald;
- omrekening naar primaire energie pas aan het eind van de berekening;
- berekening warmteverlies door ventilatie is anders opgezet en uitgebreid met voorzieningen die nu nog als gelijkwaardige oplossing worden behandeld;

- ook voor utiliteitsbouw zonder koelsysteem een forfaitair energiegebruik voor koeling bij oververhitting;
- nieuw referentieklimaat volgens NEN 5060:2008 (op komst);
- waardering van nieuwe technieken zoals douche-WTW;
- het energiebesparingsmaatregelencijfer (EMC): een indicator voor de mate waarin het potentieel aan besparende maatregelen reeds is benut.

Aan het eind van hoofdstuk 5 van concept NEN 7120 is veel ruimte gereserveerd voor een uitgebreide toelichting op de voordelen en mogelijkheden van het hierboven genoemde
energiebesparingsmaatregelencijfer in vergelijking met de bij de huidige EPA-methodiek gehanteerde energie-index (EI).

Tijdpad voor uitwerking en de invoering

- februari 2009: publicatie Ontwerp NEN 7120;
- december 2009: publicatie definitieve NEN 7120;
- 1 januari 2011: wettelijk verplicht via het Bouwbesluit.