Rijksuniversiteit Groningen

Persbericht
Rijksuniversiteit Groningen / nummer 20 / 16 februari 2009

Bijeenkomst "Leadership in Business & Financial Ethics"

Vruchtbare discussie over ethiek en economische crisis in Gronings alumnihuis De Allersmaborg

'Menselijk falen kan gezien worden als de oorzaak van alle ellende in de financiële wereld. Voor een zelfzuchtige manager of medewerker is niet de maximalisering van het langetermijnsucces van zijn onderneming van belang, maar maximalisering van zijn eigen behoeftes.' Dat zei Robeco-voorzitter George Möller 12 februari 2009 tijdens een bijeenkomst van prominenten uit het bedrijfsleven en de wetenschap in de Allersmaborg, het alumnihuis van de Rijksuniversiteit Groningen. Möller pleitte voor een herwaardering van het vak ethiek in de opleiding economie.

De bijeenkomst had als thema Leadership in Business & Financial Ethics en was georganiseerd door het Ubbo Emmiusfonds van de universiteit. Dit fonds is vernoemd naar de eerste rector magnificus in Groningen. De bijeenkomst is de eerste in een reeks Topontmoetingen waarin voorstaande mensen uit het bedrijfsleven met wetenschappers van gedachten wisselen over maatschappelijke thema's. De bijeenkomsten zijn besloten, maar het is de bedoeling dat aspecten uit de discussie benut worden in het onderzoek en onderwijs van de universiteit.

Moral science

Concreet is het voorstel van Möller voor de herinvoering van vakken als financiële ethiek en "behavorial finance" in de opleiding economie en bedrijfskunde. Hij citeerde daarbij de klassieke econoom Keynes, toen die zei "economy is a moral science". Volgens Möller is de ethiek de laatste eeuw te veel uit het vak verdwenen. 'De wetenschap moet terug naar het opleiden van mensen die begrijpen dat wat zij leren en uitdokteren niet almachtig is. Daarmee scheppen wij intelligente economen en volwassen mensen die kunnen relativeren.'

Homo economicus

De analyse van Möller werd tijdens de bijeenkomst becommentarieerd door prof. dr. Lodi Nauta, hoogleraar Geschiedenis van de Filosofie. Prof. dr. Martin van Hees, hoogleraar Ethiek en Politieke Theorie, had vooraf schriftelijk gereageerd. Beiden hielden Möller voor dat de mens meer is dan de rationeel calculerende 'homo economicus', die zich primair richt op de realisatie van eigenbelang. Möller voegt, aldus Van Hees, echter nog wat toe aan het traditionele beeld van homo economicus. De Robeco-voorzitter stelde tijdens zijn inleiding dat de mens ook een coalitiedier is, die weet dat hij anderen nodig heeft om zijn doel te bereiken. Bovendien wees Möller in zijn diagnose van de financiële crisis behalve op menselijke falen ook op het gebrekkig functioneren van interne controlemechanismen.

Prudentie

In dit laatste aspect doet Möller aanbevelingen, die, aldus Van Hees, 'kunnen worden gezien als concrete voorstellen voor de invoering van nieuwe procedurele "checks and balances". De nadruk ligt dan minder op de motivaties van het handelen van individuen en meer op het voorkomen van ongewenste effecten. Ook volgens Nauta moet de oplossing van het probleem dat ten grondslag ligt aan de financiële crisis, eerder worden gezocht in een verbetering van de praktijk. 'Hoe krijgen we de prudentie terug in het hart van de economische-financiële wereld?', vroeg hij zich af.




Rijksuniversiteit Groningen