Risicoâs van PAKs op bodemdieren beter berekend
dinsdag 3 februari 2009
Langdurige blootstelling van ongewervelde land- en waterbodemdieren
aan polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAKs) levert
onvoorspelbare en grote effecten op hun levenscyclus op. Dat blijkt
uit onderzoek waarop STW-onderzoekster Miriam León Paumen op 13
februari 2009 bij de Universiteit van Amsterdam hoopt te promoveren.
De invloed van PAKs op deze organismen wordt op dit moment gebruikt om
de risicoâs van bodemvervuiling te berekenen. Die risicoberekening
bepaalt bij welke concentratie bodemsanering nodig is. Bij de tests
stelt men de organismen gedurende korte tijd bloot aan PAKs. Dat
levert in 70% van de gevallen goed voorspelbare remmingen in de
ontwikkeling van die bodemdieren op. Paumen toont nu aan dat
chronische effecten heel anders kunnen zijn. Door langduriger te meten
wordt de risicoschatting veel betrouwbaarder. Het bedrijf Bioclear
heeft de in dit onderzoek gebruikte technieken inmiddels toegepast op
verontreinigde locaties.
PAKs komen veel in het milieu voor en zijn daarom door de Europese
Unie als prioritaire gifstoffen geclassificeerd. Bij bodemsanering
bepalen PAKs vaak de prioritering. De kritische concentraties worden
bepaald met een risicoberekening - gebaseerd op de effecten op
bodemdieren, maar deze methode is omstreden. De effecten op
bodemdieren werden tot dusver onderzocht in kortdurende testen, maar
mogelijk zijn chronische effecten veel belangrijker. Miriam León
Paumen keek daarom naar de effecten die twee âstandaardâ
(gereguleerde) en vier ânieuweâ (niet-gereguleerde) PAKs over één of
meer generaties hebben op ongewervelde land- en waterbodemdieren.
Deze dieren, twee wormensoorten, een springstaart- en een
dansmuggensoort, bleken in 70% van de gevallen goed voorspelbare
remmingen te vertonen onder invloed van kunstmatige PAK-dosering.
Langdurige blootstelling maakte echter ook duidelijk dat er vaak
onvoorspelbare en grote effecten op de levencyclus optreden. Daarnaast
liet een multi-generatie experiment zien dat effecten van deze stoffen
over een aantal generaties onvoorspelbaar zijn en dat de gebruikelijke
concentratie-respons-relaties veranderden in een
alles-of-niets-reactie met een duidelijke grenswaarde. Deze waarneming
dwingt tot een nieuwe omgang met effectconcentraties die duidelijk
anders is dan in de traditionele risicoberekening, die uitgaat van
graduele effecten.
Het onderzoek van Paumen maakt een verbeterde risicoberekening
mogelijk, die meteen ook in de praktijk is toegepast door het
participerende Bioclear. Andere deelnemers aan het project zijn het
RIVM, het ministerie van VROM, de Waterdienst en Deltares, Arcadis en
Bioclear. De aardolie-industrie (NAM en EXXONMobil) was betrokken bij
het project vanwege het belang van PAKs in olie en
verbrandingsproducten. ExxonMobil bood de promovendus een jaar voor
het einde van haar promotieproject een functie als âenvironmental
adviserâ aan op het Europese hoofdkantoor. Met het project is tevens
een solide basis gelegd voor verder wetenschappelijk onderzoek.
Promotie: Miriam León Paumen op vrijdag 13 februari 2009 om 12 uur in
de Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam,
M.LeonPaumen@uva.nl
Promotores: prof. dr. W. Admiraal & prof. dr. N.M. van Straalen
Een exemplaar van het proefschrift is op te vragen bij dr. M.H.S.
Kraak: M.H.S.Kraak@uva.nl
Technologie Stichting STW