KNMG
KNMG richtlijn palliatieve sedatie herzien
De KNMG heeft de herziene versie van de KNMG richtlijn palliatieve sedatie 2009 op 22 januari aan staatssecretaris dr. J. Bussemaker van VWS aangeboden.
In 2005 is de eerste KNMG richtlijn palliatieve sedatie uitgekomen. Palliatieve sedatie is het opzettelijk verlagen van het bewustzijn van een patiënt in de laatste levensfase. Het doel is lijdensverlichting. Palliatieve sedatie kan op verschillende manieren worden toegepast: diep of oppervlakkig, tijdelijk/intermitterend of continu.
Na het verschijnen van de eerste richtlijn is de discussie niet verstomd en betreft met name continu en diep sederen tot het moment van overlijden. De KNMG is van oordeel dat er meer zicht is op de praktijk van palliatieve sedatie, inclusief de verhouding tot euthanasie. Toch bleken een aantal punten in de praktijk weerbarstiger dan gedacht. Mede om die reden is de richtlijn herzien. De belangrijkste zijn: Wat maakt een symptoom refractair (onbehandelbaar)? En welk gewicht heeft existentieel lijden daarbij? Hoe zit dat met het inschatten van de levensverwachting van de patiënt? Moet een consultatie toch niet verplicht worden? Moeten artsen aanwezig zijn bij de aanvang van sedatie? Wat is de taak van verpleegkundigen bij palliatieve sedatie? En wat is de verhouding tot euthanasie? Naast verduidelijking van deze punten is op grond van waarnemingen in de praktijk en farmacokinetisch onderzoek het medicatieschema in de richtlijn aangepast.
De KNMG richtlijn palliatieve sedatie is een weerslag van de actuele ontwikkelingen in wetenschap en praktijk en geeft (in vergelijking met de richtlijn uit 2005) verduidelijking over de hiervoor genoemde knelpunten.
Op donderdag 12 februari a.s. is er om 20.30 uur een live WebTV-uitzending over de richtlijn. Zie www.medischcontact.tv