Conjunctuurbericht, donderdag 12 februari 2009 9:30
Inflatie onveranderd
De inflatie is in januari uitgekomen op 1,9 procent en was daarmee gelijk aan die in december 2008. In de laatste vier maanden van 2008 daalde de inflatie nog flink.
De energieprijzen hadden een sterk inflatieverhogend effect. Gas en elektriciteit waren in januari bijna 14 procent duurder dan een jaar eerder. In december was dit nog iets minder dan 8 procent. De prijzen van kleding hadden daarentegen een verlagend effect op de inflatie. Kleding was in januari ruim 4 procent goedkoper dan een jaar eerder. In december waren de kledingprijzen nog ongeveer even hoog als in december 2007.
Huisvesting, water en energie droegen met 1,0 procentpunt het meeste bij aan de inflatie. Ook de bijdrage van voedingsmiddelen en alcoholhoudende dranken en tabak was groot. Voedingsmiddelen droegen 0,4 procentpunt bij en alcoholhoudende dranken en tabak 0,3 procentpunt. Autobrandstoffen drukten de inflatie in januari met 0,5 procentpunt en kleding met 0,2 procentpunt.
Om de inflatie tussen de lidstaten van de Europese Unie (EU) te kunnen vergelijken worden geharmoniseerde prijsindices (HICP) berekend. Volgens deze methode is de Nederlandse inflatie in januari gelijk gebleven op 1,7 procent. De Nederlandse inflatie lag daarmee ver boven de inflatie van de eurozone. Eurostat, het Europees statistisch bureau, berekende voor de eurozone een inflatie van 1,1 procent in januari, tegen 1,6 procent in december. De daling van de inflatie in de eurozone hangt samen met lagere energieprijzen. In de meeste Europese landen werken veranderingen in de olieprijs sneller door in de energieprijzen dan in Nederland.
De inflatie wordt berekend uit de stijging van de consumentenprijsindex (CPI) ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder.
Meer
CBS