VEA: vignet kredietreclame smakeloos
AMSTERDAM, 20090211 -- De organisatie van communicatieadviesbureaus, de VEA, is onaangenaam verrast door het beeld dat vanaf 1 april 2009 iedere reclame-uiting voor krediet moet vergezellen. Het beeld wekt de indruk dat kredietverleners per definitie malafide zouden zijn.
Pietro Tramontin, Chairman DDB Group, vindt het beeld te dol voor woorden. " Dit schiet te ver door en gaat verder dan een waarschuwing. Een waarschuwing zou de consument tot denken moeten zetten, moeten manen tot voorzichtigheid. Niet de indruk wekken dat een kredietverlener aanzet tot criminele handelingen." Pietro had zitting in de Commissie Financiële Consument die tot eind 2008 actief was. In die commissie is deze optie nooit ter sprake gekomen.
Ralph Wisbrun, voorzitter VEA en Managing Director UbachsWisbrun JWT, noemt het beeldmerk ronduit smakeloos: "Er is al heel veel wetgeving op het gebied van kredietverlening. Het merendeel van die leningen wordt afgesloten onder goede begeleiding. De symboliek van dit beeld wekt echter de indruk dat je als kredietverlener of -nemer een straf hebt begaan. Dat gaat echt te ver!"
Frans Blanchard, directeur VEA, is van mening dat de verplichting het zoveelste blok aan het been van reclamemakend Nederland is: `Het mag duidelijk zijn dat dit soort beeld creatief afbreuk doet aan de uitingen die worden ontwikkeld. Bovendien neemt het woud aan bijzondere waarschuwingen die in de verschillende soorten uitingen moeten worden opgenomen steeds gekkere proporties aan. De betutteling viert met al die overheidsregeltjes hoogtij. Hoezo deregulering.'
Vanaf 1 april 2009 zijn financiële ondernemingen verplicht in reclame-uitingen voor krediet een waarschuwing op te nemen over de gevolgen die aan dit krediet verbonden zijn. Doel van deze waarschuwing is het verhogen van het bewustzijn van consumenten over de gevolgen van lenen. De waarschuwingszin hierbij luidt: "Let op! Geld lenen kost geld" en moet samen met het waarschuwingssymbool worden opgenomen in de desbetreffende uitingen.
VEA